Compare proclamation with translation

Other translations:

Luminosity of the sun....

One area that is still unexplored is the luminosity of the sun, which can be physically felt by every human being and is also visible to the human eye, but which is taken for granted and yet has not yet found an explanation that corresponds to the truth. No matter how thoroughly and precisely people investigate, they will never be able to solve this problem by virtue of their human intellect. For man is only able to fathom what is on earth and in its surroundings as far as it still belongs to the earth's sphere. Beyond that, however, human enquiry is inadequate. Man starts from the laws of nature, which are probably the same everywhere on earth, but no longer govern all creations outside the earth. And so, for the first time, the basic conditions for researching unknown works of creation would not exist, consequently the results cannot be flawless either, for they are based on a false foundation. People, however, are convinced of the correctness of these results of human research, although on deeper reflection, if they are believers, they would have to come across contradictions. Either they are not deeply religious or they do not think.... And then the error cannot be explained to them either, and therefore a view is widespread among people which must be called downright wrong in comparison to the truth. The solar body, like every other celestial body, harbours living beings on its outer surface and is therefore animated. Consequently, this body cannot be a glowing mass that constantly sends its light to earth.... This idea is almost naïve, because a solid body that is constantly glowing loses its solidity and would therefore also lose its shape. It must also be taken into consideration that every glowing of a mass requires combustible basic material.... that there must therefore be some matter that is seized by the fire and consumed accordingly.... Everything that the sun harbours would therefore have to be earthly matter, i.e. a basic substance that could be destroyed by fire, by an element that is likewise of earthly origin. But if both the matter and the element cease to exist, there is no explanation for a luminous celestial body. However, everything that is outside the earth is never subject to the laws of nature that apply to the earth. The human mind only grasps that which can be earthly proven to it with likewise earthly laws of nature. But that there is much in God's infinite creation for which the knowledge available to earthly people is truly insufficient will have to be recognized by every wise and believing person, for the earth is only a very tiny work of creation in comparison to infinity. And it is understandable that the inhabitants of this earth cannot be completely initiated into the processes and nature of every work of creation. Things which never exist on earth, for which no parallel can be found on earth, understandably elude man's intellectual knowledge; he cannot reckon with laws of nature which he does not know, which are therefore unknown to him because the conditions for them are not given.... He is therefore also unable to imagine their effects and therefore cannot make any calculations, as they would lack any basis. Nevertheless, the human being can be given spiritual information about it, he just has to believe since nothing can be proven to him as long as he lives on earth. However, the worldly researchers cannot prove their results either, they likewise only have to be believed, and they are believed because the human intellect is not sufficient to recognize and reject fallacies. And an entire body of thought is built upon such a fallacy and now takes shape through established doctrines. People are presented with an earthly-worldly view, an assertion is made about a process which would be a very inadequate explanation for the emergence of light.... from the sun's rays. And people now live in this false view and are satisfied with such an explanation. They thereby gain a false picture because the final goal of the human soul is completely unknown to them. Otherwise, however, they do not accept the enlightenment about the latter, again because everything is explained to them in earthly terms, i.e. as a natural consequence, as is the case with such erroneous teachings. If a person is a believer, he hesitates to accept human wisdom, even though he cannot give himself a better explanation. But the spirit within him warns him against accepting such human teachings. He then regards creation outside the earth as an unsolved riddle, and that is far better than forming closed opinions about it that completely contradict the truth. For a ‚questioner‘ can still be given the right explanation by spiritual knowing powers.... it is difficult to give an explanation that corresponds to the truth to someone who already believes that they know. And yet so much depends on the right realization of this....

Amen

Translator
Translated by: Doris Boekers

Lichtintensiteit van de zon

Een nog onontgonnen gebied is de lichtintensiteit van de zon, die wel voor elk mens lichamelijk voelbaar en voor het menselijke oog zichtbaar is, die als iets vanzelfsprekends aangenomen wordt en waar toch nog geen verklaring voor gevonden is, die met de waarheid overeenkomt.

De mensen mogen nog zo grondig en precies onderzoek doen, ze zullen dit vraagstuk nooit op grond van hun menselijke verstand op kunnen lossen. Want de mens is alleen maar in staat om hetgeen zich op de aarde en in haar omgeving bevindt, te doorgronden, voor zover het deel uitmaakt van de wereld. Maar daar voorbij is het menselijke onderzoeken ontoereikend. De mens gaat van natuurwetten uit, die op aarde wel overal hetzelfde zijn, maar niet meer regeren over alle scheppingen buiten de aarde.

En zo zijn in de eerste plaats de basisvoorwaarden voor een onderzoek naar onbekende scheppingswerken niet aanwezig. Daarom kunnen ook de resultaten niet onweerlegbaar zijn, want ze zijn op een verkeerde grondslag gebaseerd. Maar de mensen zijn van de juistheid van de resultaten van deze menselijke onderzoeken overtuigd, ofschoon ze bij dieper nadenken, voor zover ze gelovig zijn, op tegenstrijdigheden zouden moeten stuiten. Of ze zijn niet diepgelovig, of ze denken niet na. En dan kan voor hen de vergissing ook niet opgehelderd worden en daarom is er onder de mensen een opvatting verspreid geraakt, die gewoonweg verkeerd genoemd moet worden in vergelijking met de waarheid.

Het zonnelichaam herbergt net als elke andere ster levende wezens op zijn oppervlak. Het wordt dus bewoond. Daarom kan dit lichaam geen gloeiende massa zijn, die onophoudelijk haar lichtschijnsel naar de aarde zendt. Deze gedachte is bijna naïef te noemen, want een solide lichaam, dat voortdurend gloeit, verliest zijn stevigheid en zou dus ook aan vorm verliezen. Evenzo moet ook in aanmerking genomen worden dat elk ontbranden van een massa brandbare stoffen vereist. Dat er zodoende één of andere materie moet zijn, die door het vuur gegrepen en dienovereenkomstig opgebruikt wordt. Alles wat de zon bevat, zou dus aardse materie moeten zijn, dus een grondstof, die door vuur vernietigbaar zou zijn. Door een element, dat eveneens aards beperkt is. Maar als nu zowel de materie alsook het element komt te vervallen, is er geen opheldering gegeven voor een schijnend hemellichaam.

Alles wat zich buiten de aarde bevindt, is echter nooit onderhevig aan de natuurwetten die voor de aarde gelden. Het menselijke verstand begrijpt alleen maar wat hem door eveneens aardse natuurwetten bewezen kan worden. Maar dat er in Gods oneindige schepping veel is, waarvoor de kennis, die de aardse mensen ter beschikking staat, waarlijk niet toereikend is, zal door elk wetend en gelovig mens erkend moeten worden, want de aarde is alleen maar een nietig scheppingswerk in vergelijking met de oneindigheid.

En het is begrijpelijk dat de bewoners van deze aarde niet volledig ingewijd kunnen zijn in de gebeurtenissen en hoedanigheid van elk scheppingswerk. Dingen, die nooit op aarde bestaan, waarmee geen overeenkomsten te vinden zijn op aarde, onttrekken zich begrijpelijkerwijs aan het verstandelijke weten van de mens. Hij kan niet rekenen met natuurwetten die hij niet kent, die hem daarom onbekend zijn, omdat de voorwaarden daarvoor niet gegeven zijn. Hij kan zich daarom ook geen voorstelling van hun werkingen maken. Dus kunnen ze ook geen berekeningen maken, omdat deze op niets gebaseerd zouden zijn.

Toch kan de mens hier geestelijk opheldering over gegeven worden, maar hij moet het wel geloven, omdat hem, zolang hij op aarde leeft, niets bewezen kan worden. Maar ook de wereldse onderzoekers kunnen hun resultaten niet bewijzen. Ze moeten eveneens alleen maar geloofd worden en ze worden geloofd, omdat het menselijke verstand niet toereikend is om verkeerde conclusies te herkennen en af te wijzen.

En er bouwt zich nu op zo’n verkeerde conclusie een hele gedachteconstructie op en het krijgt nu vorm door vaststaande leringen. Er wordt nu een aards-wereldse opvatting over de mensen uitgespreid. Er wordt een bewering gedaan over een gebeurtenis, die een heel gebrekkige verklaring voor het ontstaan van het licht, de zonnestralen, is.

En de mensen leven nu met deze verkeerde opvatting en ze zijn met zo’n verklaring tevreden. Ze krijgen daardoor een verkeerd beeld, omdat het einddoel van de menselijke ziel hen volledig onbekend is. Maar in het andere geval accepteren ze de verklaring over dat laatste niet, omdat hen juist alles aards, dat wil zeggen als natuurlijke effecten, verklaard wordt, zoals dat bij zulke misleidende leringen gaat.

Als de mens gelovig is, aarzelt hij om de menselijke wijsheid aan te nemen, ofschoon hij zichzelf ook geen betere verklaring kan geven. Maar de geest in hem waarschuwt hem voor het aannemen van zo’n menselijke leer. Dan beschouwt hij de schepping buiten de aarde als een onopgelost raadsel en dat is veel beter, dan zich daar een afgeronde mening over te vormen, die geheel in tegenspraak is met de waarheid. Want iemand die ernaar vraagt, kan altijd nog door geestelijke krachten die weten de juiste verklaring gegeven worden. Iemand die gelooft het al te weten, is moeilijk een met de waarheid overeenkomende verklaring te geven. En toch hangt er van de juiste kennis hierover zo veel af.

Amen

Translator
Translated by: Peter Schelling