0478 Lucht-, vuur-, watergeesten

22 juni 1938: Boek 10

Kijk, de macht van de Allerhoogste van hemel en aarde verhult zich in de blauwe ether. Alles wat jullie rondom jullie zien, is Zijn werk en Zijn wil. Wat jullie boven jullie zien, kunnen jullie niet doorgronden. Het is een geheel van nevel, licht en lucht dat zich afhankelijk van verschillende samenstellingen en verbindingen ook in wisselende verschijningen uitdrukt. De hele atmosfeer die jullie omgeeft, is alleen al een verhulde uiting van de macht van God. In de meest ongelooflijke beelden trekken de wolken aan jullie voorbij, terwijl ze voortdurend van vorm veranderen.

De wolken zijn op hun beurt een samenstelling van afzettingen die door de voortdurende werkzaamheid van de geestelijke wezens in de lucht ontstaan en nu eens zich oplossend, dan weer samengebald, zich voor het menselijk oog zichtbaar maken. Jullie zouden allemaal gemakkelijk een blik kunnen werpen op het atmosferische werk van de geestelijke wezens, want het voltrekt zich onophoudelijk voor jullie ogen zodat er voortdurend verandering optreedt in datgene wat jullie “het weer” noemen.

De werkzaamheid van deze wezens bestaat erin, dat alle lucht-, water- en vuurgeesten zich verenigen en samenwerken en - door deze gezamenlijke arbeid - de luchtlagen die de aarde omringen, voortdurend activeren. Op het ene moment worden alle stoffen verdreven en werken licht- en vuurgeesten intensiever en doordringen ze de hele stoffelijke omgeving van de aarde. Op een ander moment treden de lucht- en watergeesten in volle werking, lossen de verdreven stoffen op en vertonen zich als wind en regen. Dan strijden beide weer met elkaar en proberen terrein te winnen.

Er is dus een actieve werkzaamheid op en rondom de aarde. Niets blijft onveranderd, niets blijft werkeloos op dezelfde trede staan. Alles dringt onweerstaanbaar voorwaarts. En deze werkzaamheid uit zich steeds weer in andere verschijningen, zodat iemand die dit observeert, moet bevestigen dat de werkzaamheid volgens een bepaalde orde verloopt. En dit zou hij met het eenvoudige woord “natuurverschijnsel” willen afdoen. Elk natuurverschijnsel moet echter ook een verklaring hebben en kan nooit ofte nimmer vanzelf ontstaan, dat wil zeggen zonder de wil van de Schepper, maar zijn oorzaak en werking moeten steeds met alle scheppingswetten overeenstemmen, daar het anders een volledige vernietiging zou veroorzaken, maar geen geordend voortbestaan van de aarde tot gevolg zou hebben.

Onderbreking

Vertaald door: Gerard F. Kotte

Deze openbaring is niet opgenomen in de themaboekjes.

Downloads

Download-aanbod voor boek _book
 ePub  
 Kindle  
  Meer downloads

Deze openbaring

 als MP3 downloaden  
Afdrukvoorbeeld
 Kladschriften

Translations