0199 Strijd van het licht met de duisternis (Voortzetting van nr. 198)
24 november 1937: Boek 5/6
Waar jouw wil zich richt op het geestelijke, zal jou ook de kracht gegeven worden, je doel na te streven. In jouw hart ligt de waarborg voor je streven. In het hart zul je voelen, dat de verbinding met de Heiland je goddelijke genade doet toestromen. En je zult in geluk en innerlijke vrede de toekomst tegemoet kunnen zien. Waar zich de Heiland om de Zijnen bekommert, brengt elke dag jou zegen. Maar dank de Heer ook voor elke dag, waarop Zijn Woord jou onderwijst.
En begin nu: Waar de wezens van het licht met de duisternis strijden, zal geen graankorrel verloren gaan. Alles verrijst opnieuw, steeds naar het licht strevend. De kleinste wezenlijkheden blijven bestaan in het heelal en vormen zich al naar gelang de duur van hun leven steeds opnieuw om. Ze bereiken eindelijk een toestand, waarin zij naar eigen goeddunken over zich zelf kunnen beschikken, maar steeds onderdanig aan de wil van de Schepper. Waar dan hun eigen wilsvrijheid begint, dragen zij nu ook de verantwoording voor de verdere ontwikkelingsgang, voor de rijpheid van hun ziel. Het is hun bestemming, terug te keren naar het eeuwige licht, vanwaar zij uitgegaan zijn. Maar in welke tijd zij deze bestemming bereiken, wordt aan hen zelf overgelaten. Daarom worstelen deze lichtwezens onafgebroken tegen de macht der duisternis. Wie uit deze strijd als winnaar naar voren komt, draagt nu van zijn kant eraan bij, de zwakken te helpen. En het scherpste wapen in de strijd tegen de tegenstander is de liefde.
Amen
Deze openbaring
als MP3 downloaden
Afdrukvoorbeeld
Kladschriften