Those who feel called to work for the lord are subject to spiritual guidance. They are looked after and guided and directed in all love. For if they declare their willingness to be of service on earth, they must be constantly instructed in order to be able to fulfil their ministry. They have a mission to fulfil and this consists first of all in passing on the wisdom that is passed on to them. But then they must also be prepared at all times to allow themselves to be used as the lord's instrument without resistance; if the lord wants to work through them, they must completely surrender to Him, give up their will and thus carry out the divine will and thereby allow God's work to become evident to the world. For God's immense love seeks to win over the followers of the world and seeks a way to their hearts. And a believing earthly child must now form the bridge, since God cannot reveal Himself to them in such a way that He is recognized by them. A will devoted to God is immediately seized by spiritual beings who are responsible for the care of worldly people. They use every opportunity to come to their aid and can achieve great success with the help of this willing earthly child. But they now have to be careful to first transfer their strength to the willing human being so that he can then pass on earthly what was previously imparted to him supernaturally. This is why the spiritual beings are concerned with the perpetual training of those who offer their service to God. They try to make them understand that only continued work in itself results in that state in which God can work through the human being. God can only take possession of a person's will when he has turned to Him of his own accord.... However, he will only completely submit himself to Him when nothing ties him to the earthly world anymore. Thus the human being must first sever all ties to it; he must voluntarily give up everything that could prevent him from uniting with God; he must give incessantly, for only in giving does he receive, because God Himself unites Himself ever more intimately with him. And if he has thus become love, if God can enter his heart, He can now also work in and through this person. He can now cause him to accomplish things which cannot be carried out earthly, for the human being then no longer does this of his own accord but God Himself is the performer. God now works through the earthly child and makes His greatness known to those whom He wants to win for Himself. And thus heaven and earth unite, i.e., the highest beings from the kingdom of light take care of enslaved humanity and try to bring light to it, and for this purpose they make use of a human being whose will is completely absorbed by divine will and is therefore well suited to serve as God's instrument. However, he must be deeply devout and recognize God as the highest, most loving and wisest being so that God's love, wisdom and omnipotence can express itself through this earthly child and guide humanity towards realization....
Amen
TranslatorDegenen die zich geroepen voelen om voor de Heer werkzaam te zijn, zijn onderworpen aan een geestelijke leiding. Ze worden verzorgd en in alle liefde gestuurd en geleid. Want als ze zich bereid verklaren om op aarde dienend werkzaam te zijn, moeten ze voortdurend onderwezen worden om ook hun plicht te kunnen doen. Ze moeten een missie uitvoeren en deze bestaat er in de eerste plaats in om door te geven, wat hun aan wijsheid gegeven werd. Maar dan moeten ze altijd bereid zijn om zich zonder verzet als werktuig van de Heer te laten gebruiken. Ze moeten zich, als de Heer door hen werken wil, geheel aan Hem overgeven, hun wil opgeven en nu dus de goddelijke wil uitvoeren om daardoor nu het werkzaam zijn van God zichtbaar laten worden voor de wereld.
Want de buitengewone liefde van God probeert de aanhangers van de wereld te bereiken en zoekt een weg naar hun harten. En een gelovig mensenkind moet nu de brug vormen, omdat God Zich niet op die manier aan hen openbaren kan, dat Hij door hen herkend wordt. Een God toegenegen wil wordt onmiddellijk door die geestelijke wezens gegrepen, die de taak hebben om voor de mensen op de wereld te zorgen. Zij benutten elke gelegenheid om hen te hulp te komen en kunnen met de hulp van dit bereidwillig mensenkind grote successen boeken.
Maar ze moeten er nu op bedacht zijn dat ze hun kracht eerst op de bereidwillige mens overdragen, opdat deze dan dat door kan geven, wat hem eerst bovenaards overgedragen werd. Daarom betreft de zorg van de geestelijke wezens het voortdurend onderrichten van degenen, die God hun diensten aanbieden. Ze proberen het voor hen begrijpelijk te maken dat alleen maar voortdurende arbeid aan zichzelf die toestand tot gevolg heeft, waarin God door de mens werkzaam kan zijn. God kan pas dan bezitnemen van de wil van de mens, wanneer deze zich uit eigen beweging naar Hem toegekeerd heeft.
Maar hij zal zich pas dan geheel ondergeschikt maken aan Hem, wanneer niets hem meer aan de aardse wereld bindt. Zodoende moet de mens van tevoren eerst elke verbinding met haar verbreken. Hij moet vrijwillig alles opgeven, wat hem zou kunnen hinderen bij de verbinding met God. Hij moet onophoudelijk geven, want hij ontvangt enkel door te geven, omdat God Zelf Zich steeds inniger met hem verbindt.
En als hij dus liefde geworden is, als God in zijn hart binnentrekken kan, kan Hij nu ook in en door deze mens werkzaam zijn. Hij kan hem er nu toe brengen dingen te volbrengen, die aards niet uitvoerbaar zijn, want dat doet de mens dan niet meer uit zichzelf, maar God Zelf is de uitvoerende. God is nu werkzaam door het mensenkind en maakt Zijn grootheid bekend aan degenen, die Hij voor Zich winnen wil.
En zodoende verenigen de hemel en de aarde zich. Dat wil zeggen dat de hoogste lichtwezens uit het lichtrijk zich om de onderdrukte mensheid bekommeren en proberen hun licht te brengen en ze bedienen zich daarbij van een mens, wiens wil geheel in de goddelijke wil opgaat en dus zodoende goed geschikt is om als werktuig van God te dienen. Hij moet echter diepgelovig zijn en God als het hoogste, meest liefdevolle en wijste wezen erkennen, opdat de liefde, wijsheid en almacht van God door dit mensenkind tot uiting kan komen en de mensheid tot kennis leidt.
Amen
Translator