Kundgabe mit Übersetzung vergleichen

Weitere Übersetzungen:

Ernstes Wahrheitsverlangen garantiert Wahrheit....

Begreifet es, daß nur der ernste Wille nach Wahrheit vorhanden sein muß, um diese auch empfangen zu können.... Doch selten nur ist dieser ernste Wille anzutreffen, wenngleich ein jeder Mensch behauptet, nach Wahrheit zu streben. Aber es ist dies auch ein Ausspruch, der den Menschen geläufig ist, ohne daß sie darüber nachdenken, denn das Begehren nach der Wahrheit muß tief im Herzen erwachen und den Menschen nicht mehr loslassen.... er muß nichts so sehr fürchten, als dem Irrtum zu verfallen, und er muß darum sich im Herzen an Mich wenden und Mich bitten um Zuführen der Wahrheit. Und sie wird ihm werden.... Hat aber der Mensch ein Wissen empfangen und er hält an diesem Wissen fest, ohne es jemals ernsthaft geprüft zu haben auf seine Wahrheit, dann ist es auch schwer, ihm die Wahrheit zu bringen, wenn sie nicht mit seinem Wissen übereinstimmt, denn er wehrt sich dagegen, sein Wissen hinzugeben und gegen die reine Wahrheit einzutauschen.... Und dann fehlt ihm das innere Verlangen nach der Wahrheit, und er wird auch zu einer Prüfung unfähig sein, weil er sich nicht mit Mir in Verbindung setzt, weil er Mich nicht um Erleuchtung des Geistes bittet, um nun auch recht urteilen zu können. Darum ist es auch nicht immer möglich, die reine Wahrheit zur Erde zu leiten, darum wird so viel Geistesgut für Wahrheit gehalten, das den Anspruch darauf nicht erheben kann. Und doch wird es als Wahrheit vertreten.... besonders dann, wenn sein Ursprung das geistige Reich ist, wenn man glaubt, dann garantiert die Wahrheit empfangen zu haben. Da aber das ernsthafte Verlangen des Empfängers Voraussetzung ist für Übermittlung der Wahrheit, so ist nicht immer der "Ursprung im geistigen Reich" Garantie für die Wahrheit dessen, was zur Erde geleitet wird.... es ist vielmehr eine ernste Prüfung nötig. Und diese muß mit Mir, mit Meiner Unterstützung vorgenommen werden. Denn auch das geistige Reich birgt Wesen, die noch der Finsternis angehören oder die, als unvollendet, festhalten an ihrem irrigen Wissen, das sie von der Erde hinübergenommen haben und im jenseitigem Reich genau so eifrig vertreten, wie sie es auf Erden getan haben. Denn was der Mensch liebt, davon vermag er sich auch im jenseitigen Reich nicht zu trennen. Und das ist auch bedeutsam für seinen Entwicklungsgang, weil es Ewigkeiten währen kann, bis eine solche Seele sich frei gemacht hat, bis sie endlich die Wahrheit anzunehmen beginnt. Aber sie kann zum Schaden der Menschen wirken im jenseitigen Reich, wenn sie willige Menschen findet, denen sie ihr falsches Wissen vermitteln kann durch gedankliche Übertragung oder auch durch Entäußerung auf medial veranlagte Menschen, die bewußt eine Bindung herstellen von der Erde zum geistigen Reich. Eine solche Verbindung kann und wird nur dann von Segen sein, wenn das ernste Wahrheitsverlangen den Menschen beherrscht und er immer die Unterstützung durch Meinen Geist erbittet.... Dann ist keine Gefahr, dann erbaut sich der Mensch selbst eine feste Mauer, die nicht überstiegen werden kann von erkenntnislosen Wesen, und es hat nur die Lichtwelt Zugang zu ihm, die ihm wahrlich nur die Wahrheit aus Mir vermitteln wird, weil sie in Meinem Auftrag tätig ist und weil es Mein Wille ist, daß ihr belehrt werdet in der reinen Wahrheit.... Und diese Selbstprüfung soll jeder an sich vornehmen, wieweit er im Verlangen nach der Wahrheit steht.... Er soll den Irrtum fürchten und Mich immer um Schutz davor angehen, und seine Bitte wird erhört werden, denn Ich Selbst will, daß ihr Menschen in der Wahrheit steht; Ich Selbst will, daß ihr sie empfanget, also werde Ich euch auch die Möglichkeit dazu schaffen, immer vorausgesetzt, daß in euch der gleiche Wille nach Wahrheit vorhanden ist, der für euch auch sicherer Schutz ist vor irrigem Geistesgut, vor irrigem Denken und falscher Auslegung dessen, was euch geboten wird. Denn es wird der Wahrheit-begehrende Mensch auch das rechte Urteilsvermögen haben, weil Ich zugleich mit der Wahrheit ihm dieses zugehen lasse und er deshalb auch fähig ist, das Geistesgut zu prüfen auf seinen Wert. Ich Selbst bin die Wahrheit, Ich Selbst will mit Meinen Geschöpfen in Verbindung treten, und also will Ich auch, daß Meine Geschöpfe in der Wahrheit stehen.... Und Ich werde sie schützen vor dem Einfluß jener Wesen, die Irrtum zu verbreiten suchen und sich tarnen als Lichtwesen, auf daß ihr getäuscht werdet und dem Irrtum anheimfallet. Die enge Bindung mit Mir garantiert auch rechtes Denken, rechte Belehrung, sie garantiert euch das Zuführen der Wahrheit durch den Geist.... Denn der Geistesfunke in euch ist Mein Anteil, und er belehret euch wahrlich recht.... Und ihr alle sollet danach streben, daß ihr von eurem Geist selbst belehrt werdet, daß ihr euch nicht an solche Übermittlungen aus der geistigen Welt zu halten brauchet, die ihr nicht kontrollieren könnet, weil ihr nicht den Geisteszustand derer kennet, die jene Vermittlungen empfangen auf medialem Wege.... denn immer besteht die große Gefahr des Einschaltens von Wesen, denen die Erkenntnis mangelt.... Wo aber Mein Geist am Wirken ist, dort wisset ihr, daß Ich Selbst zu euch rede und daß Ich euch wahrlich auch die Wahrheit vermittle, weil Ich will, daß Meine Geschöpfe auf Erden in der Wahrheit wandeln.... weil sie nur allein durch die Wahrheit zu Mir und also auch zur Seligkeit gelangen....

Amen

Übersetzer
Dies ist eine Originalkundgabe von Bertha Dudde

Een ernstig verlangen naar de waarheid garandeert deze ook

Begrijp het toch, dat alleen maar de ernstige wil de waarheid te weten aanwezig moet zijn om deze ook te kunnen ontvangen. Zelden is echter deze ernstige wil aan te treffen, ofschoon ieder mens beweert te streven naar de waarheid. En toch is dat alleen maar een gezegde dat bij mensen gebruikelijk is, zonder dat zij er over nadenken, want het verlangen naar de waarheid moet diep in het hart ontwaken en de mens niet meer loslaten. Hij moet niets zo zeer vrezen dan in dwaling te geraken, hij moet daarom zich in zijn hart tot MIJ wenden en MIJ bidden hem de waarheid te doen toekomen - en ze zal hem dan ook gegeven worden.

Heeft de mens echter een bepaalde kennis ontvangen en houdt hij aan deze kennis vast zonder die ooit serieus te hebben onderzocht op haar waarheidswaarde, dan is het ook moeilijk hem van de waarheid te overtuigen als ze niet met zijn kennis overeenstemt. Want dan verweert hij er zich tegen, als hij niet bereid is zijn eigen mening op te geven en voor de zuivere waarheid te verruilen. Dan ontbreekt hem het innerlijke verlangen naar de waarheid en hij zal dan ook niet instaat zijn een onderzoek te verrichten omdat hij zich niet met MIJ in verbinding stelt, omdat hij MIJ niet bidt om verlichting van geest - om dan ook juist te kunnen oordelen.

Daarom is het ook niet altijd mogelijk de zuivere waarheid naar de aarde te brengen, daarom worden zoveel denkbeelden voor de waarheid gehouden die daar geen aanspraak op kunnen maken. En toch worden ze als waarheid verdedigd, in het bijzonder dan als hun oorsprong van het geestelijke rijk uitgaat, wanneer men gelooft vast en zeker de waarheid ontvangen te hebben. Omdat echter het ernstige verlangen van de ontvanger voorwaarde is voor het overbrengen van de waarheid, is niet alleen het feit dat de oorsprong ligt in het geestelijke rijk de garantie voor de waarheid van dat wat naar de aarde werd gebracht.

Steeds is er een ernstig onderzoek nodig en dat moet met MIJ, met Mijn ondersteuning ondernomen worden. Want ook in het geestelijke rijk bevinden zich wezens die nog tot de duisternis behoren, of ook, als zelf nog onvolmaakt, vasthouden aan hun verkeerde kennis die zij van de aarde hebben meegenomen en in het rijk hierna evenzo ijverig uitdragen, zoals zij dat op aarde hebben gedaan. Want wat de mens bemint, daarvan is hij ook niet in staat zich in het hiernamaals los te maken.

En dat is ook van belang voor zijn ontwikkelingsgang, want het kan eeuwigheden duren tot zo'n ziel zich vrij heeft gemaakt, tot ze eindelijk begint de waarheid aan te nemen. Zij kan echter ook ten nadeel van de mensen hier op aarde werkzaam zijn vanuit het rijk hierna, als zij gewillige mensen vindt aan wie zij door gedachtenoverdracht haar foutieve kennis kan overbrengen, of ook door zich te uiten tegenover mensen met een mediamieke aanleg die bewust een verbinding tot stand brengen met het geestelijke rijk.

Zo’n verbinding kan en zal dan alleen tot zegen zijn als het ernstig verlangen naar de waarheid de mens beheerst, en hij steeds om de ondersteuning door Mijn GEEST bidt. Dan bestaat er geen gevaar, dan bouwt de mens zich een sterke muur waar wezens zonder inzicht niet overheen kunnen komen. Dan heeft alleen de lichtwereld toegang tot hem en die zal hem waarlijk alleen de waarheid uit MIJ overbrengen, omdat die in Mijn opdracht werkzaam is en omdat het Mijn WIL is dat u onderricht wordt in de zuivere waarheid.

En dit zelfonderzoek moet ieder bij zich uitvoeren, hoe ver hij staat in het verlangen naar de waarheid. Hij moet vrees hebben voor de dwaling en MIJ steeds om bescherming daarvoor vragen en zijn bede zal verhoord worden. Want IKZELF wil dat u in de waarheid staat. IKZELF wil dat u haar ontvangt, dus zal IK u ook de mogelijkheid daartoe verschaffen - maar altijd met de voorwaarde dat in u dezelfde wil de waarheid te kennen is, die wil is voor u een zekere bescherming tegen verkeerde denkbeelden, tegen onjuist denken en valse uitleg van dat wat u wordt aangeboden.

Dan zal de mens die de waarheid begeert ook het juiste oordeelsvermogen hebben, omdat IK hem dit tegelijk met de waarheid laat toekomen en hij om die reden in staat is elk geestelijk weten te beproeven op zijn waarde. IKZELF ben de Waarheid - IKZELF wil met Mijn schepselen in verbinding treden, dus wil IK ook dat Mijn schepselen zich in de waarheid bevinden. IK zal hen ook beschermen tegen de invloed van die geestelijke wezens die dwaling proberen te verspreiden en zich camoufleren als lichtwezens, opdat u mensen wordt bedrogen en ten prooi valt aan de dwaling.

Een nauwe verbinding met MIJ verzekert u ook een juist denken en het ware onderricht, ze garandeert dat u de waarheid wordt gebracht door Mijn GEEST. Want de Geestvonk in u is een deel van MIJ en deze onderricht u waarlijk juist. U allen moet er dus naar streven dat u door uw Geest zelf wordt onderwezen, opdat u zich niet hoeft te houden aan die doorgegeven kennis uit de geestelijke wereld die u niet kunt kontroleren, omdat u de geestestoestand niet kent van hen die zulke overdrachten ontvangen op mediamieke wijze.

Want daar bestaat altijd het grote gevaar dat er wezens tussenbeide komen die zelf nog het inzicht missen. Waar echter de Geest aan het werk is, daar weet u dat IKZELF tot u spreek en dat IK u waarlijk alleen de zuivere waarheid verschaf. Want IK wil dat Mijn schepselen op aarde in de waarheid wandelen, omdat zij alleen door de waarheid tot MIJ en dus ook tot zaligheid kunnen komen.

Amen

Übersetzer
Übersetzt durch: Gerard F. Kotte