Vergelijk Kundgabe met vertaling

Meer vertalingen:

Opheldering over traditionele geestelijke leren

Hoe vaak is u al de verzekering gegeven, dat u alles als zuivere waarheid zult kunnen verdedigen, wat u van Mij Zelf door het werkzaam zijn van de Geest in u hebt ontvangen. Ik zal u waarlijk niet in dwaling laten voortgaan, wanneer het uw ernstige wil is in de waarheid vast te staan - juist te denken - en u Mij steeds maar om het toesturen van de waarheid vraagt. Maar de mensen zijn vaak niet bereid onjuiste gedachten los te laten, omdat ze een leerstelling hebben aangenomen, die hun als onweerlegbare waarheid voorkomt, omdat ze deze steeds weer zich eigen hebben gemaakt en lange tijden achtereen doorgegeven. En daar ook een bepaald weten voor het rijp worden van hun ziel niet nodig was, maar de mensen eerder in hun denken zou hebben verward, hoefden zij daar ook niet over onderricht te worden. Is echter het verlangen in een mens erg groot opheldering te verkrijgen, dan wordt die hem toegestuurd, want Ik alleen kan opheldering geven. Ik alleen kan de mensen juist onderrichten, die het werkzaam zijn van Mijn Geest in zich toelaten.

Komt nu Mijn Woord de mensen toe, dan is elke dwaling uitgesloten. Maar de mens, die Mijn Woord ontvangt, moet zichzelf vrij maken van elke geestelijke leer, die op een andere wijze tot hem is gekomen, want de waarheid kan alleen maar daar worden gegeven, waar het hart vrij is van dwaling. Anders gezegd: Ik kan alleen maar daar zijn, waar Mijn tegenstander het veld heeft geruimd.

U, mensen, steunt op het Boek der boeken. En u gelooft, dat de inhoud ervan helemaal niet aan vervalsing is blootgesteld geweest. Maar steeds weer zeg Ik u, dat niets zuiver blijft bewaard, zodra het door onvolmaakte mensen wordt beheerd. Er zal altijd wel worden aangesloten bij datgene, wat oorspronkelijk van Mij uitging, maar u bezit geen garantie van een onbedorven geestelijke leer. En dit des te minder, hoe verder u terugkijkt op de eerste tijden der mensen op deze aarde. Wat u daar nu over wordt medegedeeld, is slechts nog gedeeltelijke waarheid, want de zuivere waarheid behoort bij het volmaakte en de mensen zijn niet volmaakt en dus zult u zich ook niet kunnen beroepen op datgene, waar sinds oertijden melding van werd gemaakt en wat voor u nog steeds als de enige waarheid geldt.

Nooit blijft de waarheid generaties lang gehandhaafd, wel echter de dwaling. En een onjuiste leer wordt met alle hardnekkigheid als waarheid verdedigd en blijft lange tijden achtereen bestaan zonder te worden aangetast. En op zulke dwaalleren bouwen de mensen en ze zijn ook niet bereid zich een andere leer (van de waarheid) te laten onderwijzen, tot er zich weer een gelegenheid voordoet, waarin de mensen de zuiverste waarheid van boven kan worden overgebracht. Maar deze wordt niet aangenomen, zodra ze afwijkt van de vanouds overgenomen geestelijke leren. En slechts zij, die uit het diepst van hun hart de waarheid begeren, zullen er door geraakt zijn en een leer aannemen, ook wanneer ze indruist tegen de traditioneel overgenomen leren.

Mijn Geest vergist Zich niet, maar niet altijd kan Mijn Geest werkzaam zijn in een mens, wanneer deze zich zal laten wegtrekken van de wereld, wanneer hij begeert dingen te weten, die niet als geestelijke kennis kunnen worden beschouwd, die voor het rijp worden van de ziel niet van belang zijn en die de mens voor zichzelf al heeft beantwoord en hij nu door eigen denken het werkzaam zijn van Mijn Geest verhindert. Dit is een gevaar, dat alleen dan wordt uitgeschakeld, wanneer een innigste band met Mij bestaat en Mij voortdurend om bescherming tegen dwaling wordt gevraagd. En gaat het nu om een leer, waaraan sinds mensenheugenis nooit werd getwijfeld, die dus ieder mens zich tot geestelijk eigendom heeft gemaakt, doordat hij geen andere voorstelling voor mogelijk houdt, dan zal ook deze opvatting niet weerlegd kunnen worden, als Ik geen dwang wil uitoefenen op het denken van een mens. Maar wie de zuivere waarheid begeert, die zal ze ontvangen en nu ook in zichzelf de overtuiging hebben, dat het de waarheid is. Want het gaat daarom, dat in de laatste tijd voor het einde een geestelijke leer naar de aarde wordt gestuurd, die de mensen Mijn heersen en werkzaam zijn in het universum begrijpelijk moet maken, zo dat ze zichzelf voor alles de juiste verklaring kunnen geven, omdat deze zuivere waarheid op de nieuwe aarde zal moeten worden aangenomen.

Daarom moeten de onjuiste leren kunnen worden blootgelegd en de zuivere waarheid er tegenover geplaatst. En dat is alleen mogelijk, wanneer Ik, als de Gever van de waarheid, Zelf werkzaam kan zijn in een mens, die Mij trouw dienstwillig is; dat hij onvoorwaardelijk aanneemt, wat Ik hem bied en zich nu ook inzet voor de verbreiding van datgene, wat hij ontvangt. Want juist ten tijde van de geloofsstrijd zal het er op aankomen, wie zich deze waarheid eigen heeft gemaakt. Want deze zal tegen alle aanvallen standhouden, omdat hij door de waarheid de nodige kracht bezit ervoor op te komen. Het gaat er niet om, dat de mens alles moet weten. Integendeel, alleen daarom, dat elke dwaalleer, die door Mijn tegenstander zelf onder de mensen werd gebracht, in de laatste geloofsstrijd Mijn tegenstander daarvoor dient, om bij de mensen elk geloof de grond in te boren, wanneer ze moeten inzien, dat ze ongeloofwaardige leerstellingen voor waar hebben gehouden en deze ongeloofwaardige leerstellingen door uw vijanden zelf worden aangehaald, om u ertoe te brengen alles op te geven. U kent zijn valse streken en listen niet, maar Ik weet, hoe hij optreedt tegen u, die zult willen geloven.

En daarom geef Ik u opheldering, waar dit maar mogelijk is. En u, die Mijn Woord zult ontvangen, zult het spoedig meemaken, dat u vragen worden gesteld, die u anders niet zult kunnen beantwoorden dan met Mijn van bovenaf gegeven verduidelijking. En dan zult u ook kunnen begrijpen, waarom zulk weten u van Mij uit werd toegestuurd, dat schijnbaar in tegenspraak is met het Boek der vaderen en dat toch de zuivere waarheid is. Want de oorsprong van dit Boek zult u niet meer op zijn geloofwaardigheid kunnen nagaan.

Maar wanneer Ik u Zelf toespreek, dan ben Ik Zelf ook de Oorsprong van de geestelijke leer, die u zult ontvangen. En dan zult u niet bang hoeven te zijn, dat u iets verkeerds wordt toegestuurd, want Ik ben Zelf de Waarheid van eeuwigheid en Ik deel ze uit aan diegenen, die er serieus naar verlangen. En Ik Zelf heb vanaf het begin de mensen onderricht, want de eerste mensen hoorden in hun binnenste Mijn Woord. Alleen bezaten ze ook een bepaalde graad aan kennis, zoals zij die nodig hadden om Mij Zelf te kunnen herkenen en Mijn Wil te vervullen. Maar door het inwerken van Mijn tegenstander werd het licht van het inzicht steeds meer vertroebeld, hoe minder ze acht sloegen op Mijn geboden. Onder de eerste mensen waren er ook lichtwezens belichaamd, die hun licht lieten stralen onder de mensen, maar zodra de liefdeloosheid onder de mensen toenam, werd hun geestestoestand steeds duisterder. En steeds weer sprak Ik door de mond van de profeten, om steeds weer een licht in hen te ontsteken.

Toen Jezus dan naar de aarde kwam, omdat de duisternis bijna ondoordringbaar was geworden, straalde er weer een helder Licht binnen in de geestelijke nacht van de mensen. En dat zult u moeten weten, dat de dwaling zich steeds kon handhaven in zulke tijden van geestelijke duisternis. En de mensen, die het zich tot taak stelden de gebeurtenissen op te tekenen, die in het Boek der boeken bijeen werden gebracht, waren ook niet vrij van dwaling.

Denk er eens aan, welke tijdperken er al voorbijgegaan zijn en geloof niet, dat in deze tijd zulke notities waarheidsgetrouw bewaard zijn gebleven. Maar Ik heb steeds door verlichte mensen u datgene kunnen mededelen, wat nu nodig hebt voor het rijp worden van uw ziel. En deze mededelingen zijn altijd dezelfde gebleven. Ze werden steeds weer als “Mijn Woord” aan de mensen verkondigd en Ik zal ook steeds weer Mijn Woord naar de aarde leiden, opdat de mensen in het bezit van de zuivere waarheid komen. Maar geschiedkundige optekeningen kunnen niet als “Mijn Woord” worden bestempeld en gewaardeerd, zolang ze niet de geestelijke gebeurtenissen betreffen, die zich in het geestelijke rijk afspeelden tijdens en na de schepping van de wezens, die Mijn Liefde heeft laten ontstaan.

Van deze gebeurtenissen zult u op de hoogte moeten zijn en daarom wordt u daar in alle waarheid over onderwezen, omdat u de zin en het doel van uw bestaan op aarde zult moeten kennen. En Ik geef u dus ook opheldering over het proces van het terugvoeren van datgene, wat Mij ontrouw werd en weer naar Mij moet terugkeren - en dit in alle waarheid. En zo is ook voor u het ontstaan van de schepping verklaard en de gang van al het afgevallen geestelijke door de scheppingswerken heen, tot aan de mens toe. Ook over het ontstaan van de mens is u uitsluitsel gegeven, maar elk scheppingsproces speelde zich ontelbare malen af, omdat Ik geen beperking ken en omdat Mijn Kracht voortdurend werkzaam is, omdat ook ontelbare geestelijke wezens de werken van de schepping nodig hadden en de mens zich van dit ontzettend grote aantal geen voorstelling kan maken. Maar de mens zelf stelt zich grenzen, ook in zijn denken. En hij zal daarom ook verkeerde gevolgtrekkingen maken, waarvan de rechtzetting weer alleen van Mijn kant uit kan plaats hebben, wanneer het werkzaam zijn van de Geest in de mens wordt toegelaten, Die dan weer de juiste opheldering geeft en dit ook alleen dan, wanneer daarover een waarheidsgetrouwe opheldering wordt verlangd, omdat het niets met het verkrijgen van de rijpheid van de ziel van een mens te maken heeft. Maar er is een dergelijke opheldering verlangd en daarom werd dit verzoek ingewilligd.

Amen

Vertaler
Vertaald door: Gerard F. Kotte

Aufklärung über traditionelles Geistesgut....

Wie oft schon ist euch die Zusicherung gegeben worden, daß ihr alles als reine Wahrheit vertreten könnet, was ihr von Mir Selbst durch das Wirken des Geistes in euch empfangen habt.... Ich werde euch wahrlich nicht im Irrtum dahingehen lassen, wenn es euer ernster Wille ist, in der Wahrheit.... im rechten Denken.... zu stehen und ihr Mich immer nur um die Zuführung der Wahrheit bittet.... Es sind aber die Menschen oft nicht bereit, irrige Gedanken hinzugeben, weil sie ein Gedankengut aufgenommen haben, das ihnen als unwiderlegbare Wahrheit scheint.... weil sie es immer wieder sich selbst zu eigen machten und weitergegeben haben durch lange Zeiten hindurch. Und da auch ein bestimmtes Wissen für das Ausreifen ihrer Seelen nicht nötig war, sondern die Menschen eher verwirrt hätte in ihrem Denken, brauchten sie auch nicht darüber belehrt zu werden. Ist aber das Verlangen in einem Menschen sehr stark, Aufklärung zu erlangen (erhalten), dann geht ihm diese auch zu, denn Ich allein kann Aufklärung geben, Ich allein kann die Menschen recht belehren, die das Wirken Meines Geistes in sich zulassen.... Geht nun Mein Wort den Menschen zu, dann ist jeder Irrtum ausgeschlossen, doch der Mensch, der Mein Wort empfängt, muß sich selbst frei machen von jedem Geistesgut, das ihm anderweitig zugegangen ist, denn die Wahrheit kann nur dort erteilt werden, wo das Herz frei ist von Irrtum.... oder auch: Ich kann nur dort sein, wo Mein Gegner das Feld geräumt hat.... Ihr Menschen stützet euch auf das Buch der Bücher, und ihr glaubet, daß sein Inhalt keinerlei Fälschungen ausgesetzt worden sei.... Doch immer wieder sage Ich es euch, daß nichts rein erhalten bleibt, sowie es von unvollkommenen Menschen verwaltet wird. Es wird wohl immer eine Anlehnung sein an das, was ursprünglich von Mir ausging, doch ihr besitzet keine Garantie für ein unverbildetes Geistesgut.... und dies desto weniger, je weiter ihr zurückblicket auf die ersten Zeiten der Menschen auf dieser Erde.... Was euch jetzt darüber berichtet wird, ist nur noch Teilwahrheit, denn die reine Wahrheit ist Angehör des Vollkommenen, und die Menschen sind nicht vollkommen, und also könnet ihr euch nicht darauf stützen, was von Urzeiten berichtet wurde und was euch immer noch als alleinige Wahrheit gilt.... Niemals hält sich die Wahrheit durch Generationen hindurch, wohl aber der Irrtum und eine irrige Lehre wird mit aller Zähigkeit als Wahrheit vertreten und erhält sich auch durch lange Zeiten hindurch, ohne angetastet zu werden. Und auf solchen Irrlehren bauen die Menschen auf, und sie sind auch nicht bereit, sich eines anderen belehren zu lassen.... bis sich wieder eine Gelegenheit bietet, wo den Menschen reinste Wahrheit von oben vermittelt werden kann.... Diese aber wird nicht angenommen, sowie sie abweichet von alt-übernommenem Geistesgut, und nur, die aus tiefstem Herzen die Wahrheit begehren, werden davon berührt sein und eine Lehre annehmen, auch wenn sie den traditionell übernommenen Lehren widerspricht. Mein Geist irret nicht, doch nicht immer kann Mein Geist wirken in einem Menschen, wenn dieser sich abziehen lässet von der Welt.... wenn er Dinge zu wissen begehrt, die nicht als geistige Kenntnisse gewertet werden können, die für das Ausreifen der Seele belanglos sind und die sich der Mensch zumeist selbst schon beantwortet hat und er nun durch eigenes Denken Meines Geistes Wirken hindert.... Es ist dies eine Gefahr, die nur dann ausgeschaltet wird, wenn innigste Bindung mit Mir besteht und Ich ständig um Schutz vor Irrtum angegangen werde. Und handelt es sich nun um eine Lehre, die seit Menschengedenken niemals angezweifelt wurde, die also jeder Mensch sich zu geistigem Eigentum gemacht hat, indem er keine andere Darstellung für möglich hält, so wird also auch diese Ansicht nicht widerlegt werden können, will Ich keinen Zwang ausüben auf das Denken eines Menschen.... Doch wer die reine Wahrheit begehrt, der wird sie empfangen und nun auch in sich selbst die Überzeugung haben, daß es Wahrheit ist.... Denn es geht darum, daß in der letzten Zeit vor dem Ende ein Geistesgut zur Erde geleitet wird, das den Menschen Mein Walten und Wirken im Universum verständlich machen soll, so daß sie sich für alles die rechte Erklärung geben können, weil diese reine Wahrheit auf die neue Erde übernommen werden soll. Es müssen daher die irrigen Lehren aufgedeckt und ihnen die reine Wahrheit entgegengesetzt werden können, und das kann nur möglich sein, wenn Ich, als der Geber der Wahrheit, Selbst wirken kann in einem Menschen, der Mir treu ergeben ist, daß er bedingungslos annimmt, was Ich ihm biete, und sich nun auch für die Verbreitung dessen einsetzt, was er empfängt.... Denn gerade zur Zeit des Glaubenskampfes wird es darauf ankommen, wer sich diese Wahrheit angeeignet hat, denn dieser wird allen Angriffen standhalten, weil er durch die Wahrheit auch die nötige Kraft besitzt, dafür einzutreten. Es geht nicht darum, daß der Mensch alles wissen soll, sondern nur darum, daß jede Irrlehre, die von Meinem Gegner selbst unter die Menschen getragen wurde, im letzten Glaubenskampf Meinem Gegner dazu dienet, den Menschen jeglichen Glauben zu zerstören, wenn sie erkennen müssen, daß sie unglaubwürdige Lehren vertreten haben und diese unglaubwürdigen Lehren von euren Feinden selbst angeführt werden, um euch zu veranlassen, alles hinzugeben. Ihr kennet seine Tücken und List nicht, doch Ich weiß es, wie er gegen euch, die ihr glauben wollet, vorgeht. Und darum kläre Ich euch auf, wo dies nur möglich ist. Und ihr, die ihr Mein Wort empfanget, ihr werdet es bald erleben, daß euch Fragen gestellt werden, die ihr anders nicht beantworten könnet als mit Meiner von oben euch gegebenen Aufklärung, und dann werdet ihr es auch verstehen können, warum euch ein solches Wissen von Mir aus zugeführt wurde, das anscheinend im Widerspruch steht zum Buch der Väter und das doch die reine Wahrheit ist.... Denn den Ursprung dieses Buches könnet ihr nicht mehr auf seine Glaubwürdigkeit hin verfolgen.... (4.1.1963) Wenn Ich euch aber Selbst anspreche, dann bin Ich Selbst auch der Ursprung des Geistesgutes, das ihr empfanget, und dann brauchet ihr nicht zu befürchten, daß euch etwas Irriges zugeführt wird, denn Ich bin Selbst die Wahrheit von Ewigkeit, und Ich teile sie aus denen, die ernstlich danach verlangen. Und Ich Selbst habe von Beginn an die Menschen belehret, denn die ersten Menschen vernahmen Mein Wort in sich, nur daß sie auch nur einen bestimmten Wissensgrad besaßen, wie sie ihn benötigten, um Mich Selbst erkennen zu können und Meinen Willen zu erfüllen. Durch Einwirken Meines Gegners aber trübte sich das Licht der Erkenntnis stets mehr, je weniger sie Meiner Gebote achteten. Es waren auch unter den ersten Menschen Lichtwesen verkörpert, die ihr Licht unter den Menschen erstrahlen ließen, doch sowie die Lieblosigkeit unter den Menschen zunahm, wurde der Geisteszustand stets verfinsterter.... Und immer wieder sprach Ich durch den Mund der Propheten, um immer wieder in ihnen ein Licht anzuzünden.... Als Jesus dann zur Erde stieg, weil die Finsternis fast undurchdringlich geworden war, strahlte wieder ein helles Licht hinein in die Geistesnacht der Menschen.... Und das müsset ihr wissen, daß stets der Irrtum sich durchsetzen konnte in solchen Zeiten geistiger Finsternis.... Und es waren auch die Menschen nicht von Irrtum frei, die es sich zur Aufgabe machten, die Geschehnisse aufzuzeichnen, die im Buch der Bücher gesammelt wurden.... Bedenket, welche Zeiträume schon vergangen sind, und glaubet nicht, daß sich in dieser Zeit solche Aufzeichnungen wahrheitsgetreu erhalten haben.... Doch Ich habe immer durch erleuchtete Menschen euch das mitteilen können, was ihr benötigtet zum Ausreifen der Seelen.... Und diese Mitteilungen sind immer die gleichen geblieben, sie wurden immer wieder als "Mein Wort" den Menschen verkündet, und Ich werde auch immer wieder Mein Wort zur Erde leiten, auf daß die Menschen in den Besitz der reinen Wahrheit gelangen. Geschichtliche Aufzeichnungen aber können nicht als "Mein Wort" bezeichnet und bewertet werden, solange sie nicht die geistigen Vorgänge betreffen, die sich im geistigen Reich abspielten bei und nach der Erschaffung der Wesen, die Meine Liebe hat erstehen lassen.... Um diese Vorgänge sollet ihr wissen, und ihr werdet darum in aller Wahrheit darüber unterwiesen, weil ihr um den Sinn und Zweck eures Erdendaseins wissen sollet.... Und Ich gebe euch also auch Aufklärung über den Rückführungsprozeß dessen, was Mir abtrünnig wurde und wieder zu Mir zurückkehren soll.... und dies in aller Wahrheit.... Und so auch ist euch das Entstehen der Schöpfung erklärt worden und der Gang alles abgefallenen Geistigen durch die Schöpfungswerke bis hinauf zum Menschen.... Auch über die Entstehung des Menschen ist euch Aufschluß gegeben worden, doch jeglicher Schöpfungsvorgang spielte sich unzählige Male ab, weil Ich keine Begrenzung kenne und weil Meine Kraft ständig wirket.... weil auch unzählige (ungezählte) Geistwesen die Schöpfungswerke benötigten und der Mensch sich von dieser Unzahl keine Vorstellung machen kann. Der Mensch selbst aber setzt sich Grenzen auch in seinem Denken, und er wird darum auch Fehlschlüsse ziehen, deren Berichtigung wieder nur von Meiner Seite aus erfolgen kann, wenn das Wirken Meines Geistes im Menschen zugelassen wird, der dann wieder rechte Aufklärung gibt, und dieses auch nur dann, wenn eine wahrheitsgemäße Aufklärung darüber verlangt wird.... weil sie nichts mit der Erlangung der Seelenreife eines Menschen zu tun hat.... Aber es ist eine solche Aufklärung verlangt worden, und darum wurde diese Bitte erfüllt....

Amen

Vertaler
This is an original publication by Bertha Dudde