De mensen die nog smachten in de materie, begeren deze ook met al hun zinnen. Het doel van het leven op aarde als mens is echter het overwinnen van de materie, het loslaten ervan, het doden van elk verlangen naar alles wat de wereld de mens biedt, want alleen door het overwinnen ervan, bereikt de ziel de rijpheid die nodig is om binnen te gaan in het geestelijke rijk. Het begeren van aardse zaken hoeft geen zonde te zijn, ofschoon het de mensen hindert bij hun positieve ontwikkeling, maar het kan makkelijk tot zonde leiden, want de begeerlijkheid tracht zich het voorwerp van het verlangen te verschaffen en vaak op onrechtmatige wijze.
Hoe groter en sterker een hartstocht voor zaken is die het lichaam genoegen bereiden, des te meer is het denken en streven van de mens daarop gericht en kan slechte driften en eigenschappen in de mens opwekken die schadelijke gevolgen hebben voor de medemens. En daarom heb IK u, mensen het gebod gegeven: "Gij zult niet begeren de vrouw van uw naaste, zijn huis, knecht en akker, noch alles wat het zijne is".
Elk bezit van de medemens moet u heilig zijn, niets zult u trachten u toe te eigenen wat uw naaste toebehoort, en alleen al de gedachte eraan het van hem af te nemen is een zonde, want ze verraadt zijn wil, de duisternis van de ziel, die nog geen liefde kent.
En hoewel u voor uw medemensen uw gevoelloos hart tracht te verbergen, is het MIJ duidelijk door uw begeren, en zodra u verlangend kijkt naar de goederen van uw naaste, overtreedt u in gedachte het gebod van de naastenliefde, want u ziet in de naaste niet uw broeder, die u moet beminnen als uzelf. Het zelfde recht dat u tegenover hem handhaaft om uw rijkdom te eerbiedigen, moet u ook hem toekennen. U moet u verheugen wanneer het uw naaste goed gaat en hem helpen zijn bezit te vergroten, dan voert u de strijd om de materie te overwinnen met succes, dan verwerft u meer schatten dan u ooit van uw naaste zou kunnen nemen, want de liefde tot uw naaste wordt u beloond door Mijn Liefde en Deze geeft u waarlijk een onvergankelijke schat aan genade die tegen alle aardse goederen en vreugden opweegt.
Eerbiedig en bescherm daarom ook het bezit van uw naaste en houd elke begerigheid verre van u, als u niet in strijd wilt handelen met het gebod van de naastenliefde, dat IK u alleen maar gegeven heb, om u de klim omhoog makkelijk te maken, want slechts door de liefde tot de naaste zult u Mijn Liefde kunnen verwerven en alleen maar door de liefde zalig worden.
Amen
VertalerAs pessoas que ainda definham na matéria também o desejam com todos os seus sentidos. Mas o propósito da vida terrena como ser humano é vencer a matéria, desligar-se dela, matar todo o desejo por tudo o que o mundo oferece às pessoas, pois só vencendo-a a alma alcançará a maturidade necessária para entrar no reino espiritual. O desejo de coisas terrenas não precisa de ser um pecado, embora impeça o desenvolvimento ascendente do ser humano, mas pode facilmente levar ao pecado, pois a cobiça procura adquirir o objecto do desejo e muitas vezes de uma forma ilegal. Quanto maior e mais forte for a paixão por coisas que dão prazer ao corpo, mais o sentido e o esforço do ser humano é dirigido para ele e pode desencadear maus impulsos e características no ser humano que funcionam em detrimento do seu semelhante. E por isso vos dei o mandamento, humanos: "Não cobiçareis a mulher, casa, criado, campo ou qualquer coisa que seja a sua....". Toda a posse do seu semelhante será sagrada para si, não procurará apropriar-se de nada que pertença ao seu próximo; e o próprio pensamento de a tirar dele é um pecado, pois trai a sua vontade, a escuridão da alma, que ainda não conhece o amor. E embora tenteis esconder os vossos corações frios dos vossos semelhantes, eles são-me revelados através do vosso desejo, e assim que olhais desejosamente para os bens do vosso próximo transgredis mentalmente o mandamento do amor de vizinhança, pois não vedes no vosso próximo o vosso irmão a quem deveis amar como a vós próprios. O mesmo direito que reivindicas para com ele de respeitar a tua riqueza, deves também conceder-lhe; deves regozijar-te quando o teu próximo está bem e ajudá-lo a aumentar os seus bens; então travarás com sucesso a batalha da superação da matéria, e então ganharás mais tesouros do que alguma vez poderias tirar ao teu próximo, pois o amor pelo teu próximo ser-te-á recompensado através do Meu amor, e isto dá-te verdadeiramente um tesouro de graça imperecível que supera todos os bens e prazeres terrenos. Portanto, respeita e protege também os bens do teu próximo e afasta-te de toda a cobiça, se não queres violar o mandamento do amor ao próximo, que só te dei para te facilitar a ascensão para cima, pois só através do amor ao teu próximo podes ganhar o Meu amor e só através do amor te podes tornar feliz...._>Ámen
Vertaler