De hemel betrekt en de zon wil haar schijnsel niet meer geven en alle krachten van de natuur verbinden zich tot een verenigd werkzaam zijn tegen de mensheid, die haar God en Schepper niet meer erkent. En onherroepelijk wordt er op de mensheid een zware druk gelegd, want de liefde van God erbarmt zich over haar kinderen en ze moeten de strengste tuchtroede over hen heen laten komen, als ze niet allemaal reddeloos verloren mogen gaan.
De wil van de mens is anders dan de wil van God. De mens lacht over elke leer, die naar boven wijst, en bespot deze en de zucht naar bezit is zo groot geworden, dat deze onvermijdelijk vernietigd moet worden. En de liefdeloosheid onder de mensen is tot de hoogste ontplooiing gekomen. De één staat niet naast, maar tegenover de ander en de geestelijke ellende van het individu kan niet anders tegengegaan worden, dan door een nood, die zo onnoemelijk groot is, dat de mensen, die nog een vonkje liefde in zich hebben, elkaar zullen helpen.
En zo stuurt de Heer de ene tegenspoed na de ander over de aarde en haar bewoners. Hij brengt op gang, dat in de duisternis van de ziel bliksems flitsen, zodat ze verschrikt om zich heen kijken en bang om hulp smeken. En iedereen zal de ochtend, die in stralend licht aanbreekt, mogen beleven, als hij de duisternis ontvluchten wil. En zo is de wereld nu op veel plaatsen tot een brandhaard geworden en geestelijke nood en ellende waren aanleiding tot de zwaarste beproevingen voor de mensenkinderen.
Maar net zo zal het licht van boven komen en in dezelfde mate, als de mensen dit licht aannemen, zal al het moeilijke van die tijd van hen afgenomen worden, want de Vader verlangt enkel naar de ziel, de vrije wil van Zijn kinderen, en Hij geeft hun voortaan Zijn vrede. Zoek daarom het licht van de waarheid, blijf in het geloof en de liefde en al het moeilijke van de komende tijd zal jullie enkel als een schaduw treffen, want Degene, Die jullie het leven gaf, kan jullie redden uit alle nood, als jullie Hem met een gelovig hart daarom vragen.
Amen
VertalerIl Cielo si copre, ed il Sole non vuole più dare il suo splendore, e tutte le potenze della natura si uniscono nel comune agire contro l’umanità, che non riconosce più il suo Dio e Creatore. E si mette una irrevocabile pressione sulla stessa, perché l’Amore di Dio ha Pietà dei Suoi figli e deve far passare su loro la più aspra verga, se non devono andare tutti perduti senza salvezza. La volontà dell’uomo cammina diversamente dalla Volontà di Dio. L’uomo deride e schernisce ogni Insegnamento che indica in Alto, e l’avidità per il possesso è diventata così grande, che questo deve necessariamente essere distrutto. Il disamore fra gli uomini è giunto al massimo sviluppo, non vi sta più uno per, ma contro l’altro, e la miseria spirituale del singolo non può più essere condotta diversamente che attraverso una miseria che è così immensamente grande, che gli uomini si assisteranno aiutandosi reciprocamente, coloro che hanno ancora una scintilla d’amore in sé. E così il Signore manda un disagio dopo l’altro sulla Terra ed i suoi abitanti. Egli stimola che nell’oscurità saettano alle anime dei fulmini luminosi, affinché si guardino intorno spaventate e supplicano timorose l’Aiuto. Ed ognuno potrà di nuovo sperimentare l’inizio di un mattino nella raggiante Luce, se vuole fuggire all’oscurità. E così il mondo è diventato in molti luoghi una fornace, e miseria ed afflizione spirituali sono state il motivo per delle prove più difficili per i figli terreni. Ma la Luce verrà proprio così dall’Alto, e nella stessa misura come gli uomini l’accettano, tutte le difficoltà del tempo saranno tolte da loro, perché il Padre desidera soltanto l’anima, la libera volontà dei suoi Figli, e sin da ora dà loro la Pace. Perciò cercate la Luce della Verità, rimanete nella fede e nell’amore, ed ogni gravità del tempo in arrivo vi toccherà solo come un ombra, perché Colui Che vi ha dato la Vita, vi può anche salvare da ogni miseria, se lo chiedete a Lui con cuore credente.
Amen
Vertaler