In het verlangen naar goddelijke wijsheid is ook de liefde voor de Heer te herkennen. En de mens, die zichzelf als een product van de goddelijke liefde herkent, verlangt ernaar om in de geest deel te nemen aan het werkzaam zijn en heersen van de eeuwige Godheid. Dat wil zeggen om door zijn denken alle wonderen van de schepping te begrijpen en kennis te hebben van zaken, die de zuiverste geestelijke goederen zijn en die dus enkel met de zich in hem bergende geestelijke vonken op te nemen zijn.
Zo is er slechts enige oefening nodig en de wil van de mens bereikt in geestelijk opzicht ongelofelijk veel. Het is ook in meer of mindere mate slechts een kwestie van oefenen om alle taken van het lichaam te kunnen vervullen, want de mens leert zich op verschillende gebieden vaardigheden aan door er bewust naar te streven. En het aardse doel is zich te ontwikkelen in het beroep, dat hij voor zijn aardse leven gekozen heeft.
Het verhoudt zich precies zo met alle geestelijke vaardigheden, die eveneens door voortdurend oefenen ontwikkeld kunnen worden en in hoge mate als resultaat hebben om buitengewoon diep geestelijke gebieden binnen te kunnen dringen en dienovereenkomstig de geestelijke kennis te vergroten. Dit streven zet steeds de liefde voor God voorop, want de mens wil steeds dat bezitten, wat hem begerenswaardig voorkomt. En hij bekent door zijn verlangen naar geestelijke goederen, dat hij met ziel en geest naar de goddelijkheid getrokken wordt, wiens product van liefde hij toch van eeuwigheid af is.
De gedachten van degene, in wie de liefde voor God niet aanwezig is, verlangen niet naar de wijsheid uit God. Ze zijn op de wereld met haar aardse voordelen gericht. De mens verlangt naar roem en eer, aardse goederen en aardse kennis. En daarin vindt hij volkomen vervulling van zijn vurige verlangen. En omgekeerd zal voor de mens, die de geestelijke waarheid geproefd heeft, de wereld smakeloos toeschijnen. Want zijn verlangen naar de geestelijke waarheid zal toenemen, naarmate het gestild wordt. Maar de aardse goederen zullen hem onaantrekkelijk en waardeloos toeschijnen.
En de liefde voor God, voor zijn Schepper, zal alles uit het hart verdringen, wat ooit daarin verborgen was. En de geringste geestelijke kost zal veel meer een genot voor hem zijn, dan alle genietingen van de wereld, want zijn hart is niet meer in staat om deze als zodanig te herkennen, als het zijn geluk eenmaal gevonden heeft in het aanbod van hemelse wijsheden en de honger ernaar steeds mag stillen door de genade van de Heer. Want de geest van degene, die in de liefde voor Hem volhardt, mag zo vaak hij wil de vlucht naar de hoogte ondernemen. Hij zal steeds door de goddelijke liefde bedacht worden.
Amen
VertalerDans le désir pour la divine Sagesse on peut reconnaitre aussi celui de l'amour pour le Seigneur, et l'homme qui la reconnaît comme produit de l'Amour divin désire participer dans l'esprit à l’Action de l'éternelle Divinité, c'est-à-dire saisir avec ses sens tous les Miracles de la Création et connaître des choses qui relèvent du plus pur patrimoine spirituel et ainsi les accueillir seulement avec l’étincelle divine spirituelle qui se cache en lui. Ainsi il est nécessaire de seulement quelques exercices, et la volonté de l'homme atteint des choses incroyable en ce qui concerne le spirituel. S'acquitter des obligations du corps n’est plus ou moins qu’une affaire d'exercice, parce que l'homme exerce ses talents dans divers domaines au travers de ses aspirations conscientes, et cela a pour but terrestre de s'instruire dans la profession qu’il a choisi pour sa vie terrestre. Il en est de-même avec toutes les choses spirituelles qui peuvent être formées à un haut degré à travers un constant exercice et qui peuvent permettre de réussir à pouvoir pénétrer extraordinairement en profondeur dans des régions spirituelles et augmenter le savoir spirituel respectif. Cela exige toujours une tendance affirmée pour l'amour envers Dieu, parce que l'homme veut toujours posséder ce qui lui semble désirable. Et à travers son désir pour le patrimoine spirituel il déclare qu'il est attiré avec l'âme et l'esprit vers la Divinité, dont il est justement un produit de l'Amour depuis l'Éternité. Mais celui qui n'a pas en soi l'amour pour Dieu, ne ressent pas le désir pour la Sagesse de Dieu. Il est tourné vers le monde avec ses avantages terrestres. L'homme désire la renommée et les honneurs, les biens terrestres et le savoir terrestre et avec cela il trouve la satisfaction définitive de sa nostalgie. Et vice versa le monde semblera terne à l'homme qui a goûté la Vérité spirituelle. Parce que son désir pour celle-ci augmentera plus il est satisfait, mais les biens de la Terre lui sembleront sans charme et inutiles. Et l'amour pour Dieu, pour son Créateur, repoussera du cœur tout ce qui y était dissimulé, et la moindre Nourriture spirituelle lui sera d’une plus grande jouissance que toutes les joies du monde, parce que son cœur ne peut plus les reconnaître comme telles, lorsqu’il a trouvé une fois son bonheur dans les Sagesses célestes qui lui sont offertes, et il peut calmer sa faim continuellement à travers la Grâce du Seigneur, parce que l’esprit de celui qui reste dans l'amour pour Lui peut exécuter le vol vers le Haut chaque fois qu’il le veut, et il sera toujours pourvu à travers l'Amour divin.
Amen
Vertaler