De naam van de Heer zij geprezen tot in alle eeuwigheid. Ontvang vandaag een bericht dat de Heer wijselijk in deze vorm hult, zodat je het goed kunt begrijpen.
Een bijzondere taak van de geestelijke wezens is het voorbereiden van de zielen voor hun geestelijke werkzaamheid. En deze krachten die de Heer in het hiernamaals voor het geven van onderricht heeft bestemd, werken onophoudelijk. Wat aan de mensen overgedragen moet worden, wordt als het ware door de Heer Zelf gegeven, want de geestelijke wezens voeren steeds alleen de goddelijke wil uit. Ze zijn de verbindende krachten van gene zijde naar deze zijde en hun werkzaamheid bestaat erin ononderbroken de wil van God bekend te maken aan de mensen op aarde die daarvoor bijzonder ontvankelijk zijn. En ze doen dat op zo’n manier dat ze de gedachten van de mensen beïnvloeden, als het ware geestelijk goed aan hen overdragen en onophoudelijk zulke gewillige mensen aansporen steeds weer te ontvangen.
Want het is de opgave van de geestelijke wezens van gene zijde om onuitputtelijke gebieden voor het kind van de aarde toegankelijk te maken. En deze opdracht voeren ze uit liefde voor de goddelijke Heiland graag en ijverig uit. In zulk een verbinding proberen wederom al degenen zich kenbaar te maken, die een ongestild verlangen hebben om zielen naar de Heer te brengen en die ook met de mensen op aarde op een bepaalde manier verbonden zijn en zo een soort verantwoordelijkheid dragen voor deze zielen. Als deze geestelijke wezens zich nu aan de mensen verstaanbaar kunnen maken, dan is er een weg ingeslagen die voor de kinderen op aarde oneindig voorspoedig is.
Alleen beroven de mensen zich vaak zelf van deze buitengewone gunst. Dan bevinden de geestelijke wezens zich in een moeilijke positie. Ze zouden graag geven en vinden zelden een kind dat deze gaven aanneemt en zich instelt op de wijze van toenadering of berichtgeving. Steeds zal het nuchtere aardse denken beginnend werk verstoren. En de geestelijke beleving staat zo ver van de mensen af dat ze eenvoudigweg niet bekwaam zijn zich hiervoor in te zetten, omdat ze het niet begrijpen of ook niet willen begrijpen.
God liet op elk moment een buitengewone kracht werken. En deze kracht zorgde er voor dat er enerzijds in de mens een honger naar geestelijke voeding voelbaar werd en dat aan deze honger anderzijds beantwoord kon worden door de wil van de mens. En zo was de wil er de oorzaak van dat de brug werd geslagen van het hiernamaals naar de aarde en dat de mens plotseling niet alleen in staat was aards te denken, maar een volledig nieuwe geestelijke beleving hem ook ontvankelijk maakte voor een werking van gene zijde.
Nu zal het weliswaar steeds de taak van ieder afzonderlijk zijn de brug naar het hiernamaals zo vaak als mogelijk is te betreden. Daardoor is hem immers een gebied toegankelijk gemaakt dat zonder deze geestelijke verbinding ondoorgrondelijk is. De mens verlangt ernaar te weten en het staat hem volledig vrij dat zijn verlangen vervuld wordt. Alleen zal eerst onderzocht worden in hoeverre de werkelijk vrije wil bij de mensen overheerst. Als een geestelijk wezen de verbinding tot stand heeft gebracht, dan moet het noodgedwongen werkzaam zijn om het verlangen in de mens wakker te houden, om de vragen in hem te laten opkomen en het is de taak van de geestelijke wezens deze vragen op te lossen. En dit moet als onderricht dienen voor al degenen voor wie het geestelijke weten meer nastrevenswaard toeschijnt dan aardse rijkdom en aardse wijsheid.
Waar de interesse in zulke vragen wakker is geworden, daar zal ook de geestelijke honger niet meer afnemen. De mens zal proberen deze honger te stillen en hij zal zich daar onuitsprekelijk goed bij voelen. Want hij ontvangt immers al het hemelse voedsel, het brood des levens, dat de Heer Zelf is. Hij wordt verzadigd met een spijs die door de engelen van God zelf bereid is en ter verkwikking is gegeven, opdat de mens niet moe wordt van de geestelijke arbeid, die toch het belangrijkste is op aarde. Deze werkzaamheid van de geestelijke wezens is door God zelf bevolen en het is wederom een werk van liefde voor de kinderen op aarde.
De wezens proberen onverstoord in te werken op de mensen en zo proberen ze zielen te bemachtigen die ze nu ontwikkelen met hun kennis vol wijsheid. Ze proberen deze zielen een taak te geven en sporen hen aan deze taak te vervullen. En zo dragen ze eraan bij dat de ziel zich in geestelijke regionen verheft, zodat de arbeid aan deze ziel, het beïnvloeden van de gedachten, hen steeds lichter valt. En tenslotte kan zelfs de toestand worden bereikt waarin de mens deze verbinding met de geestelijke krachten als enig waar levensdoel beschouwt en hij geen gelegenheid voorbij laat gaan deze verbinding aan te gaan en zo het werk van deze geestelijke wezens in het hiernamaals met succes wordt bekroond en de geest en de ziel van het mensenkind helemaal worden omgevormd.
Amen
VertalerQue le Nom du Seigneur soit glorifié dans toute l'Éternité. Tu vas recevoir aujourd'hui une Communication que le Seigneur a mise bien sagement dans une forme bien compréhensible. Une tâche particulière des êtres spirituels est la préparation des âmes pour leur activité spirituelle, et ces Forces agissent inlassablement là où le Seigneur les a mises pour leur activité d'enseignement dans l'au-delà. Ce qui doit être transmis aux hommes est donné pour ainsi dire par le Seigneur Lui-même, parce que les êtres spirituels exécutent continuellement seulement la Volonté divine. Ils sont des Forces unificatrices entre l'au-delà et ici-bas, et leur activité consiste à annoncer la Volonté de Dieu sans interruption aux hommes de la Terre qui sont particulièrement réceptifs à celle-ci. Et cela de telle manière qu'ils influencent les pensées des hommes pour leur transférer pour ainsi dire le patrimoine spirituel et stimuler sans arrêt un tel homme de bonne volonté pour qu’il cherche à le recevoir continuellement.
Il y a un nombre inépuisable de domaines qui relèvent du travail des êtres spirituels de l'au-delà et qui doivent être communiqués au fils terrestre, ce qu’ils exécutent volontiers et avec ferveur par amour pour le divin Sauveur. Par une telle liaison ils cherchent à se faire remarquer par tous ceux qui ont un désir insatiable de guider les âmes vers le Seigneur des âmes, ils sont même d’une certaine façon reliés avec les hommes de la Terre et portent ainsi une certaine responsabilité pour leurs âmes. Si maintenant de tels êtres spirituels peuvent se faire comprendre des hommes, alors c’est une entreprise qui est infiniment utile pour les fils terrestres. Seulement les hommes eux-mêmes se privent souvent de cet extraordinaire avantage. Dans ce cas les êtres spirituels ont une situation difficile. Ils voudraient donner et trouvent rarement un fils qui accepte ce Don et qui cherche à en saisir l'intention ou l’objet. Il y a toujours de sombres pensées terrestres qui détruisent les œuvres commencées, et l'expérience spirituelle est si éloignée des hommes qu’ils ne sont simplement pas en mesure de s'employer pour celle-ci, parce qu'ils ne les comprennent pas ou bien même ne veulent pas les comprendre. Dieu a mis en œuvre une extraordinaire Force de travail en tout temps et cette Force a eu pour effet que, d'un coté, dans l'homme est devenue palpable une faim pour la Nourriture spirituelle et que, d'autre part, cette faim puisse être assouvie à travers la volonté de l'homme, et ainsi la volonté a fait apparaitre la nécessité de ce Pont avec l'au-delà de la Terre, car tout à coup l'homme n'était pas seulement en mesure de penser d’une manière terrestre, mais une expérience spirituelle totalement nouvelle le rendait réceptif aux actions avec l'au-delà. Maintenant ce sera toujours seulement la tâche de l'individu de prendre aussi souvent que possible le pont pour l'au-delà, vu qu’avec cela il lui a justement été rendue accessible une région qui aurait été insondable en dehors d'une telle liaison spirituelle. L'homme veut savoir et il est laissé totalement libre de s’acquitter de son désir, mais auparavant il devra être examiné jusqu'où prédomine réellement la libre volonté dans l'homme. Si un être spirituel a établi la liaison, alors elle doit être nécessairement active pour pouvoir réveiller le désir dans l'homme, pour faire se lever en lui des questions que les êtres spirituels ont pour tâche de résoudre et qui doivent servir à instruire tous ceux pour qui le savoir spirituel semble plus désirable que la richesse et la sagesse terrestres. Là où l'intérêt pour de telles questions a été réveillé, là la faim spirituelle ne cessera plus, l'homme cherchera à la calmer, et en faisant cela il ressentira un bien immense, parce qu'il reçoit justement déjà de la Nourriture céleste, le Pain de la Vie, qui est le Seigneur Lui-même. Il est rassasié avec le menu préparé par les Anges de Dieu, de même il lui est accordé du repos pour que l'homme ne soit pas fatigué dans le travail spirituel, ce qui est vraiment la chose la plus importante sur la Terre. Cette activité des êtres spirituels est commandée par Dieu Lui-même et est à nouveau une Œuvre d'Amour pour les fils terrestres. Les êtres spirituels cherchent infatigablement à agir sur les hommes et permettre ainsi le développement des âmes qui, maintenant, cherchent à se former selon leur connaissance et leur sagesse. Ils cherchent à donner à ces âmes une tâche et à les stimuler pour qu’elles s’en acquittent, et ainsi ils contribuent à l’élévation de ces âmes dans les domaines spirituels, afin que le travail sur de telles âmes soit toujours plus facile à travers les influences qu’ils exercent sur leurs pensées, et enfin que puisse aussi être atteint l’état où l'homme reconnait à travers cette liaison avec les Forces spirituelles l’unique vrai but de la vie et ne laisse passer aucune occasion de se soigner, et ainsi l’action de ces êtres spirituels dans l'au-delà est couronné de succès et l’esprit et l’âme du fils terrestre sont totalement transformés.
Amen
Vertaler