1493 Goddelijk ingrijpen – Ontploffing

27 juni 1940: Boek 24

In een kort tijdsbestek van weinige uren zal de ene geweldige ontploffing na de andere volgen en dit zal vroeg op de dag plaatsvinden en aanhouden tot de volgende ochtend en de mensen zullen vrezen voor hun leven en om have en goed. Ze zullen radeloos zijn en zonder enig houvast, want ze sloegen geen acht op de waarschuwingen, die hun van tevoren toegestuurd werden. Ze kijken verstijfd naar het vernietigingswerk, dat ze nooit voor mogelijk hielden. Het is een chaos zonder vergelijk, die deze stem uit de hoogte teweegbrengt.

Er moet van tevoren echter nog veel werk verzet worden. Er moeten grote gevaren, die het aardse leven ernstig bedreigen, dichter bij de mensen gebracht worden om hun al een kleine hint te geven op de vergankelijkheid van dit aardse leven. Ook een tijdelijke verandering van levensomstandigheden moet de mensen er eveneens toe brengen na te gaan denken over hoe onstandvastig het aardse leven en alles wat er mee samenhangt, is. En, indien mogelijk, moet het woord van God dichter bij hem gebracht worden, opdat hij nu in staat is om een samenhang tussen al het aardse en de goddelijke wil te herkennen, wanneer hij dat wil.

Pas dan schenkt hij aandacht aan de tekenen en begint hij zijn standpunt hierover te bepalen. Dat wil zeggen, dat hij besluit om voor of tegen God te zijn. Pas als het nu mogelijk voor hem is om zijn hart los te maken van aards bezit en een hoger levensdoel in zijn bestaan te herkennen, zal voor hem het duidelijke ingrijpen van God een zichtbaar bewijs zijn voor de rechtvaardiging van zijn innerlijk gevoel om aardse goederen als waardeloos te herkennen, maar daarentegen de kennis omtrent de goddelijke waarheid en een diep geloof als alleen begerenswaardig na te streven.

En dit besef laat hem in zekere zin rustig ten opzichte van de goddelijke zendingen staan. De ziel herkent de noodzaak hiervan en aanvaardt het gelaten en kalm. En nu zal blijken, hoe diep het goddelijke woord binnengedrongen is en welke kracht de mens bereid is daaruit te putten. Het is het belangrijkste, dat de mens een bepaalde verbinding met God tot stand brengt. Dat hij door het in ontvangst nemen van het goddelijke woord God Zelf en Zijn kracht op zich in laat werken en dat hij zich nu overeenkomstig dit woord ontwikkelt.

Als de mens het woord van God zou horen en er voorheen naar geleefd zou hebben, dan zou zo’n gewelddadig ingrijpen niet nodig zijn, maar dit is het enige middel om de mensen tot het in ontvangst nemen van het woord van God te bewegen. God herkent de geestelijke toestand van de mensen en gebruikt in Zijn liefde het laatste middel, waardoor de mensheid niet volkomen verloren gaat, wat zonder Gods woord onvermijdelijk het geval is.

Zo menig mens zal zich willen herpakken. Hij zal proberen zijn leven met alle geweld te behouden. Hij zal niet willen buigen en nooit een hogere macht erkennen, maar hij zal ook zijn onmacht herkennen, en gezegend degene, die nog op het laatste moment een Heer boven zich erkent en zichzelf en zijn leven aan Hem overgeeft. Wanneer hij zich door de goddelijke liefde laat grijpen, doordat hij smekend de handen omhoog steekt. Want God laat de mensen werkelijk niets zonder doel overkomen en Hij zal iedereen helpen, die in deze zending de goddelijke Heer herkent en zich aan Hem en Zijn wil onderwerpt.

Amen

Vertaald door: Peter Schelling

Deze openbaring is niet opgenomen in de themaboekjes.

Downloads

Download-aanbod voor boek _book
 ePub  
 Kindle  
  Meer downloads

Deze openbaring

 als MP3 downloaden  
Afdrukvoorbeeld
 Kladschriften

Translations