• Retour

Missionnaires professionnels – Savoir scolaire

Toute mission sur la Terre qui a pour but la libération des âmes liées, est agréable à Dieu et donc elle est aussi bénie par Lui, mais ceux qui se sont imposé une telle mission comme tâche de vie doivent s’efforcer de répandre la pure Vérité. Donc tous ne peuvent pas faire ce travail, lorsqu’eux-mêmes ne sont pas dans la Vérité et à nouveau la volonté de l'homme est décisive et le motif qui l’a poussé à entreprendre ce travail est déterminant. La bonne volonté de servir Dieu et de guider à Lui des âmes égarées, lui procurera aussi la pure Vérité qui le rendra capable d'être actif d’une manière salvatrice sur la Terre. Une telle entreprise doit d'abord être précédée de la prise de conscience de son ignorance qui le poussera à se tourner intimement vers Dieu et à Lui demander l'éclairage de l'esprit. Alors il s’est acquitté de la première condition pour sa vocation qui doit être issue de la poussée du cœur, mais ce ne doit pas être une profession dans le sens du mot. Cependant le danger de cette dernière possibilité existe dès que l'homme se croit savant à travers un savoir accueilli scolairement, mais qui ne le rend pas capable d'être actif en tant qu’enseignant, parce que lui-même ne reconnaît pas encore la Vérité et donc il ne peut pas la donner à d’autres. Il ne pourra alors jamais instruire correctement le prochain, il ne pourra pas lui rendre compréhensible l’objectif et le but de la vie terrestre, parce qu'il ne sait rien de l’état primordial et du but final de tout ce qui doit parcourir le chemin sur la Terre. Il se conforme seulement sévèrement à des enseignements dogmatiques qui lui ont été transmis scolairement, mais qui ne stimulent pas l'âme à l'activité et qui ne peuvent pas réveiller l'esprit en elle. L'homme accueille seulement intellectuellement un savoir qui cependant ne pénètre pas dans le cœur et ne procure aucune transformation de l'âme, chose qui est de toute façon absolument nécessaire pour que cette âme soit libérée de son état non libre. Donc ce savoir scolaire ne peut jamais suffire pour une mission sur la Terre qui s’impose pour but la libération des âmes errantes. Maintenant il est aussi compréhensible avec combien peu de succès agissent les missionnaires de profession, si la plus profonde humilité envers Dieu et l'amour le plus profond pour le prochain ne les ont pas poussés à cette fonction, parce que seulement ces derniers sont les vrais domestiques de Dieu, car ils peuvent agir pour la bénédiction du prochain. Le vrai service pour Dieu consiste uniquement dans le fait d'aider à libérer ce qui est procédé de Dieu et qui s'est séparé de Lui, mais dont l'éternel Amour ne se détourne jamais. Dès qu'un homme s’impose cette tâche pour sa vie et qui, dans la reconnaissance de son ignorance, désire le Soutien de Dieu, alors il sert Dieu et maintenant il pourra aussi exécuter sa tâche consciencieusement et avec succès, il accomplira une mission sur la Terre et contribuera à la Libération du spirituel lié, tandis que par contre la vraie profession de domestique de Dieu n'est pas une garantie, si auparavant il ne s’est pas acquitté de la condition et donc il doit même lui être nié la capacité de pouvoir instruire le prochain dans la Vérité et par conséquent la Libération de ces âmes est mise en doute, parce que seulement la Vérité peut rendre l'homme libre, parce que seulement la pure Vérité rachète.

Amen

Beroepsmatige missionarissen - Schoolkennis

Elke missie op aarde die het verlossen van gekluisterde zielen tot doel heeft, is GOD welgevallig en daarom ook door HEM gezegend, alleen moet ook het streven van diegenen die zich zo'n missie tot levenstaak hebben gesteld, zijn: de zuivere waarheid te verbreiden. En daarom kan niet ieder deze arbeid op zich nemen die zelf de waarheid niet bezit. En wederom is de wil van de mens doorslaggevend, maatgevend is de beweegreden die hem daartoe aanzet deze arbeid ter hand te nemen. De goede wil GOD te dienen en verdwaalde zielen naar HEM toe te leiden, zal hem ook de zuivere waarheid opleveren, die hem in staat stelt verlossend werkzaam te zijn op aarde. En daarom moet aan zo'n voornemen eerst het besef van eigen onwetendheid voorafgaan, dat hem aanleiding geeft zich innig naar GOD te keren en HEM om verlichting van de Geest te vragen. Dan is de eerste voorwaarde vervuld voor een beroep dat een drang vanuit het hart moet zijn, maar niet een "beroep" in de letterlijke zin van het woord.

Het gevaar van het laatstgenoemde bestaat echter, zodra de mens meent wetend te zijn door 'n schools geleerd weten, dat hem evenwel niet in staat stelt, onderrichtend werkzaam te zijn, omdat hij zelf de waarheid nog niet inziet en ze daarom ook niet verder kan geven. En nooit zal hij dan de medemensen juist kunnen onderrichten. Hij zal hun, de zin en het doel van het aardse leven niet begrijpelijk kunnen maken, omdat hij niet op de hoogte is van het allereerste begin en het einddoel van datgene wat de gang over de aarde moet doormaken. Hij houdt zich alleen streng aan dogmatische leerstellingen die wel weer schools worden doorgegeven maar niet de ziel aansporen om werkzaam te zijn en de Geest in haar kunnen wekken. De mens neemt slechts kennis op met z'n verstand, maar die dringt niet door in het hart en veroorzaakt daarom ook geen omvorming van de ziel, die echter absoluut noodzakelijk is, opdat deze ziel verlost zal worden uit haar onvrije staat. En bijgevolg kan deze schoolkennis nooit toereikend zijn voor een missie die de verlossing van verdwaalde zielen tot doel heeft.

En nu is het ook begrijpelijk hoe weinig succesvol beroepsmatige missionarissen werken, wanneer niet de diepste deemoed tegenover GOD en de diepste liefde tot de medemensen hen tot dit ambt hebben aangespoord. Want alleen de laatsten zijn de ware dienaren van GOD, die tot heil van de medemensen onder hen kunnen werken. De ware dienst aan GOD bestaat alleen daarin: te helpen bij het verlossen van wat uit GOD is voortgekomen en zich van HEM heeft afgescheiden, maar van wie de eeuwige Liefde Zich nooit afwendt. En zodra een mens zich deze levenstaak stelt en vanuit het besef van de eigen onwetendheid GOD's steun begeert, dient hij GOD en hij zal zijn taak nu ook nauwgezet en succesvol kunnen uitvoeren, hij zal zijn missie op aarde vervullen en bijdragen aan de verlossing van het gebondene, terwijl het eigenlijke beroep van een dienaar GOD's geen garantie is dat hij tevoren de voorwaarden heeft vervuld en hem daarom ook de bekwaamheid moet worden ontzegd de medemensen in de waarheid te kunnen onderrichten en bijgevolg ook de verlossing van deze zielen in twijfel is getrokken, omdat alleen de waarheid de mensen vrij kan maken, omdat alleen de zuivere waarheid verlossend werkt.

Amen