You should be grateful to the lord for everything, for it all only proves His love. Whatever each day may bring you, it is ordained by God and always for your own good, even if it seems incomprehensible to you. For the spirit from eternity directs and guides everything, and His guidance is truly wise and loving above all else. And nothing is without meaning and purpose. And therefore trust the divine guidance and only ever try to recognize divine activity of love in every earthly emergency and every day will be a blessing for you....
As long as the human being resists good spiritual influence his nature is unsteady and depressed, sullen and dissatisfied or even indifferent, careless, pleasure-seeking and intent on earthly pleasures. For he does nothing to fight it, he leaves his will to the workings of ignoble spiritual forces, which now do their utmost to keep him away from the influence of good power. And therefore it is also very difficult to bring spiritual knowledge closer to such people. What now repels is the will of those evil beings which completely dominate the human being, and thus the evil in the human being fights against the good which wants to help him. And this battle of the spiritual makes itself felt in great inner dissatisfaction. The human being certainly realizes that he is not in a perfect state and yet his will is too weak to remedy it as long as he leaves it to the opposing power. And the battle will continue until he has completely abandoned himself to one or the other power. Surrendering to the good spiritual forces will soon bring him inner peace and a conscious striving towards God will be the result.... But to give himself completely to the bad powers will likewise bring him a pleasant life, but only in an earthly sense, for this evil power now fulfils every desire of man to keep him away from spiritual thoughts, the adversary gives him fulfilment of earthly desires and thereby binds him to himself with firm bonds. The struggle for such souls is extremely difficult and can only be successful if the good beings succeed in arousing in them an aversion to what they ardently desire.... and thus the person begins to reflect on the value or lack of value of what he possesses. Then there is again an opportunity to influence him mentally, and the battle of the pure against the impure spiritual begins anew. However, a person only learns to recognize the worthlessness of possessions when he sees how quickly they can perish.... And therefore God Himself often intervenes when the adversary has succeeded in his game of intrigue and he has thoroughly materialized the human being's mind.... Then God sets His will against it and lets fall prey to destruction what holds man's heart captive. He takes people's possessions in various ways by determining the forces of nature to obey His will, or by allowing the work of satan himself, who drives people to destroy the works of creation, to become a blessing for the individual person after all, provided that the person sees the suffering that now affects him as divine providence and resigns himself, thus now also begins to recognize the worthlessness of earthly possessions....
Amen
TranslatorU moet de Heer voor alles dankbaar zijn, want alles bewijst enkel Zijn liefde. Wat elke dag u ook brengen mag, het is zo door God bepaald en steeds alleen maar voor uw bestwil, ook wanneer het onbegrijpelijk voor u lijkt. Want de geest van eeuwigheid leidt en bestuurt alles en Zijn leiding is waarlijk boven alles wijs en liefdevol. En niets is zonder zin en doel. En vertrouw daarom de goddelijke leiding en probeer steeds maar in elke aardse noodsituatie de goddelijke werken van liefde aan u te herkennen en elke dag zal u tot zegen strekken.
Zolang de mens zich tegen goede geestelijke beïnvloeding verzet, is zijn wezen ongedurig en bedrukt, korzelig en ontevreden of ook onverschillig, lichtzinnig, genotzuchtig en op aardse genoegens bedacht. Want hij doet niets om daartegen te vechten, omdat hij zijn wil overgeeft aan het werkzaam zijn van lage geestelijke krachten, die nu al het mogelijke doen om hem ver weg te houden van de invloed van goede geestelijke krachten. En daarom is het ook heel moeilijk om geestelijke kennis dichter bij zulke mensen te brengen. Wat nu afwijst, is de wil van deze slechte wezens, die de mens volledig beheersen en zodoende strijdt het boze in de mens tegen het goede, dat hem wil helpen. En deze strijd van het geestelijke is te herkennen aan grote innerlijke ontevredenheid.
Het is voor de mens wel duidelijk dat het geen volmaakte toestand is, waarin hij zich bevindt en toch is zijn wil te zwak om deze toestand op te heffen, zolang hij zijn wil aan de tegenstander overgeeft. En de strijd zal net zo lang aanhouden, totdat hij zich geheel aan de ene of aan de andere macht overgegeven heeft. Zich overgeven aan de goede geestelijke krachten brengt hem spoedig innerlijke vrede en een bewust streven naar God zal het gevolg zijn. Maar zich geheel aan de slechte krachten in eigendom geven, zal hem eveneens een aangenaam leven bezorgen, maar enkel in aardse zin, want nu vervult deze boze macht elk verlangen van de mens om hem ver weg te houden van geestelijke gedachten. De tegenstander vervult zijn aardse verlangens en bindt hem daardoor met sterke banden aan zichzelf vast.
Het worstelen om zulke zielen is uiterst moeilijk en kan slechts dan succes opleveren, wanneer het de goede wezens lukt om in hen weerzin op te wekken tegen dat, waar ze hevig naar verlangen en de mens zodoende na begint te denken over de waarde of waardeloosheid van dat, wat hij bezit. Dan is er weer een mogelijkheid om via de gedachten op hem in te werken en begint de strijd tussen het zuivere en onzuivere geestelijke opnieuw.
Maar de mens leert de waardeloosheid van bezit pas dan kennen, wanneer hij ziet hoe snel dit kan vergaan. En daarom grijpt God Zelf vaak dan in, wanneer de intriges van de tegenstander gelukt zijn en hij het denken van de mens door en door materieel gevormd heeft. Dan stelt God Zijn wil daar tegenover en laat aan de vernietiging ten prooi vallen, wat het hart van de mens gevangenhoudt. Hij neemt de mensen het bezit op de meest verschillende manieren af, doordat Hij de natuurkrachten ertoe brengt om Zijn wil te gehoorzamen. Maar ook het werkzaam zijn van Satan zelf, die de mensen tot het verwoesten van scheppingswerken aanzet, wordt toch nog tot zegen voor de individuele mens, voor zover de mens het hem nu aangedane lijden voor een goddelijke beschikking houdt en zich berustend schikt en zodoende nu ook de waardeloosheid van aards bezit begint te beseffen.
Amen
Translator