Compare proclamation with translation

Other translations:

Care of the inner life.... contemplative hours of leisure....

Anyone who always wants to enjoy divine grace will never go empty-handed, and thus a spiritual being will communicate with you today with the fullest will of the lord. A representation will be given to you which relates to the inner life and its correct formation. It cannot remain hidden from you how little people concern themselves with spiritual questions just now. They all fear a certain knowledge and therefore avoid it. And precisely this evasion is the evil that brings the greatest harm to man. The constant attempt of spiritual forces fails one after the other; they do not succeed in making the human heart hungry and preparing it to receive divine gifts, and such avoidance is even less helpful for the soul's inner shaping.... A person without faith can also explainably not have a distinct inner life, or rather, all his thinking concentrates on purely earthly things which fill him up again sufficiently so that he never finds the time for a contemplative, inner hour of leisure. And every person should allow himself such an hour of leisure.... an hour that is spent in intimate contact with the divine saviour and used accordingly. A person should at least sacrifice one hour a day to his saviour and this hour will be blessed a thousand times over, for such a contemplative hour can result in extremely pious thinking, the realization of one's own 'self' can make the earthly child realize its worthlessness, and this can stimulate the willing person to cooperate in God's kingdom and have an extremely beneficial effect. And this is what an hour of reflection on spiritual problems brings about, and even the non-pious human being sometimes sends questions into the universe which at first only arouse his purely scientific interest but which, in time, inwardly change the very person and also bring him closer to the question of his outcome, which can now be of inestimable value for a believing mind, in that the spirit which still slumbers unawakened in the human being now begins to stir and only awaits the earth child's willing devotion in order to become active. Everything that happens outside of the human being sometimes keeps the soul from its beneficial task, therefore the human being should immerse himself in regular contemplation, he should leave everything earthly aside during this time and only think about such questions which concern eternal life.... he should deeply think of the creator in his heart and regard himself as His created being and demand clarification about his actual purpose. And once this has become his, he should investigate himself, remove all impure thinking from his heart and make it homely for the highest and best being.... he should strive for perfection.... he should connect all earthly activity with profound questions.... concerning the soul's salvation he should look at himself like a creature alien to him so that he will completely recognize his faults and weaknesses and relentlessly strive to conquer them.... he should continue to leave no stone unturned which could contribute to awaken the same striving and desire in the fellow man.... he should seek spiritual exchange as often as possible and thus continue to care for the shaping of his soul, so that the heart will be presented to the lord as a receptacle of divine truth in such a way that He will henceforth integrate it into His obedience, that He henceforth takes it into His care and protects it from every danger from outside.... For as the human being cultivates his inner life, blessings will one day accrue to him, his spiritual alertness will bring him success, and he will no longer pay attention to the world, so that he will be granted insight into spiritual spheres, because he first paid attention to his inner life....

Amen

Translator
Translated by: Doris Boekers

Verzorgen van het innerlijke leven – Beschouwend vrij uurtje

Wie zich steeds wil verheugen in de goddelijke genade, zal nooit met lege handen vertrekken, en zo zal een geestelijk wezen met de volste wil van de Heer jou vandaag voorlichten. Er wordt jou een beschrijving gegeven, die betrekking heeft op het innerlijke leven en zijn juiste ontwikkeling.

Het kan niet verborgen voor je blijven, hoe weinig de mensen zich tegenwoordig bezighouden met geestelijke vragen. Zij vrezen allemaal een zeker inzicht en gaan haar daarom uit de weg. En juist dit ontwijken is het kwaad, dat de mensen de grootste schade toebrengt. Van de voortdurende pogingen van geestelijke krachten mislukt de één na de ander. Het lukt hen niet om het menselijke hart hongerig te maken en op de ontvangst van goddelijke gaven voor te bereiden. En nog veel minder is zo’n ontwijken nuttig voor de innerlijke ontwikkeling van de ziel.

Een mens zonder geloof kan ook op verklaarbare wijze geen uitgesproken innerlijk leven hebben. Of veel eerder nog, al zijn denken concentreert zich op zuiver aardse zaken, die hem weer voldoende in beslag nemen, zodat hij voor een innerlijk beschouwend vrij uurtje nooit de tijd opbrengt. En zo’n vrij uurtje zou elk mens zich moeten gunnen. Een moment, die in innige verbinding met de goddelijke Heiland doorgebracht en overeenkomstig benut wordt.

De mens moet op zijn minst een uurtje per dag aan zijn Heiland offeren. En dit moment zal voor hem duizendvoudig gezegend worden, want zo’n beschouwend moment kan een buitengewoon vroom denken teweeg brengen. De herkenning van het eigen ‘ik’ kan het mensenkind zijn nietigheid laten beseffen, en dit kan de bereidwillige mens aanzetten tot medewerking in Gods rijk en dit kan een buitengewoon zegenrijke uitwerking hebben.

En zoiets brengt een moment van nadenken over geestelijke vraagstukken tot stand. En zelfs de niet vrome mens stuurt soms vragen het heelal in, die in de eerste plaats puur wetenschappelijk zijn interesse opwekken. Maar het zal in de loop van de tijd de mensen innerlijk veranderen en zal bij hen ook de vraag over hun begin dichterbij brengen, die nu van onschatbaar waarde kan zijn voor een gelovig gemoed, doordat de geest, die nu nog niet opgewekt is, maar sluimert, actief begint te worden en alleen wacht op de bereidwillige overgave van het mensenkind om werkzaam te worden.

Alles, wat buiten de mens gebeurt, houdt de ziel soms af van haar zegen brengende opdracht. Daarom moet de mens zich verzinken in regelmatige beschouwingen. Hij moet in deze tijd al het wereldse ter zijde leggen en alleen over de vragen, die het eeuwige leven betreffen, nadenken. Hij moet diep in het hart aan de Schepper denken en zich als Diens schepsel beschouwen en opheldering verlangen over zijn eigenlijke bestemming.

En als hij dit gedaan heeft, moet hij zichzelf onderzoeken, al het onzuivere denken uit het hart verwijderen en deze gerieflijk maken voor het hoogste en beste Wezen. Hij moet streven naar volmaaktheid. Hij moet al het aardse doen verbinden met diepe, het heil van de ziel betreffende vragen. Hij moet zichzelf beschouwen als een vreemd schepsel, opdat hij de fouten en zwakten volkomen herkent en ze onverbiddelijk probeert te overwinnen. Hij moet verder alles in het werk stellen, wat er toe zou kunnen bijdragen om in de naasten hetzelfde streven en verlangen op te wekken. Hij moet zoveel mogelijk geestelijke uitwisseling zoeken en zo voortdurend zorg dragen voor de vorming van de ziel, opdat het hart als opnamevat voor de goddelijke waarheid op zo’n manier aan de Heer kan worden aangeboden, dat Hij het voortaan onder Zijn hoede neemt en het voor elk gevaar van buiten beschermt.

Want zoals de mens zijn innerlijke leven verzorgt, zo zal hem eens zegen te wachten staan. Zijn geestelijke bedrijvigheid zal hem succes brengen en hij zal geen acht meer slaan op de wereld, zodat hij een blik mag werpen in geestelijke sferen, omdat hij in de eerste plaats aan zijn innerlijke leven aandacht schonk._>Amen

Translator
Translated by: Peter Schelling