• Zurück

Lüge.... Wahrheit.... Bekämpfen des Irrtums....

Es muß gegen den Irrtum angekämpft werden, denn er ist in die Welt gesetzt worden von dem, der die Wahrheit verdrängen will. Die Wahrheit aber ist Gott, und wer für Gott ist, der muß auch in der Wahrheit stehen und die Lüge verabscheuen. Lüge ist alles, was gegen die Wahrheit gerichtet ist; Lüge ist das Wirken dessen, der in weitester Gottferne steht und der auch die Menschen von Gott entfernen will. Die Lüge ist das Produkt der Finsternis, sie scheut das Licht, weil sie nicht bestehen kann, wo die Wahrheit, das hellste Licht aus den Himmeln, leuchtet. Und darum muß die Lüge bekämpft werden, denn die Lüge ist wissentlicher Irrtum, der nicht genug verabscheut werden kann. Wer in der Wahrheit wandelt, wird auch den Irrtum erkennen und wider ihn zu Felde ziehen, denn die Wahrheit duldet nicht, daß der Irrtum neben ihr einhergeht. Der Fürst der Lüge aber wendet alle Mittel an, um zu verhindern, daß die Wahrheit sich Bahn bricht. Er kleidet die Lüge in eine solche Form, daß sie schwerlich zu erkennen ist von denen, die nicht ausschließlich nach der Wahrheit trachten.... Denn ihnen präsentiert sich die Lüge als Wahrheit. Und der Mensch erkennt sie nicht als das, was sie ist, weil er noch nicht im tiefen Wahrheitsverlangen steht. Und so bricht sich der Irrtum Bahn und er behauptet sich so lange, bis ein Wahrheitsfanatiker ihm den Kampf ansagt.... Denn dieser erkennt den Irrtum als Wirken des Widersachers, und er verabscheut ihn.... Und da er für Gott streitet, hat er auch die Unterstützung von seiten Gottes zu erwarten, da Gott will, daß die Wahrheit verbreitet wird in der Welt. Denn wo die Unwahrheit ist, dort ist Finsternis, und Finsternis ist Unwissenheit, und die Finsternis soll durch das Licht verdrängt werden; es soll das Wissen um die reine Wahrheit verbreitet werden. Alles, was vom Widersacher unter den Menschen an Irrtum ausgestreut wurde, soll der reinen Wahrheit weichen, und die Wahrheit soll zu Gott führen, Der in Sich die Wahrheit ist.... Und jeder Mensch, der Gott dienet, soll sich einsetzen für die Wahrheit, er soll aufklärend wirken, er soll den Irrtum aufdecken und die Menschen unterweisen, wo allein die reine Wahrheit zu suchen und zu finden ist.... Denn nur durch die Wahrheit kann der Mensch zum Erkennen kommen, nur durch die Wahrheit kommt er zum rechten Glauben, und nur durch die Wahrheit kann sich die Seele zur Höhe entwickeln. Wo aber die Lüge das Denken des Menschen beherrscht, dort wird auch der Mensch selbst irregeleitet, denn niemals weiset die Lüge zu Gott hin, sondern sie entfernt den Menschen immer mehr von Dem, zu Dem er zurückkehren soll. Und also hindert der Irrtum den Menschen an seiner Bestimmung, er kann niemals das Ziel erreichen, das ihm gesteckt ist auf Erden, denn er wird niemals das anstreben, was Zweck und Ziel des Erdenlebens ist, da ihm die Kenntnis darum mangelt. Wo die Lüge ist, dort hat der Widersacher die Oberhand, und die Seele ist gefährdet. Und darum bildet Gott Seine Streiter aus, auf daß sie gegen die Lüge zu Felde ziehen, auf daß sie für die Wahrheit eintreten und rücksichtslos den Irrtum brandmarken als Produkt des Widersachers. Denn nur so kann die Wahrheit verbreitet werden, indem die Lüge verdrängt wird durch die Wahrheit.... Wer aber in der Wahrheit steht, der soll sich nicht fürchten, wider die Lüge aufzutreten, denn es ist seine Aufgabe, auch die Mitmenschen aus der Dunkelheit des Geistes in das helle Licht einzuführen.... Und im Licht zu stehen bedeutet, zu wissen um die reine Wahrheit, weil nur allein die Wahrheit die Menschen Gott entgegenführen kann....

Amen

Leugen - Waarheid Het bestrijden van de dwaling

Er moet tegen de dwaling gestreden worden, want ze is in de wereld gebracht door hem die de waarheid wil verdringen. Maar de WAARHEID is GOD en wie voor GOD is, moet ook in de waarheid wandelen en de leugen verafschuwen. Leugen is alles wat tegen de waarheid gericht is, leugen is het werk van diegene die het verst van GOD af staat en die ook de mensen van GOD verwijderen wil. De leugen is het product van de duisternis, ze schuwt het licht, daar ze niet kan bestaan waar de waarheid, het helderste licht uit de hemelen, straalt. En daarom moet de leugen bestreden worden, want de leugen is opzettelijke misleiding die niet genoeg verafschuwd kan worden. Wie in de waarheid wandelt, zal ook de leugen herkennen en ertegen te velde trekken, want de waarheid duldt niet dat de dwaling naast haar voortgaat.

Maar de vorst van de leugen wendt alle middelen aan om te verhinderen dat de waarheid baan breekt. Hij kleedt de leugen in zo'n vorm dat ze moeilijk is te herkennen door diegenen die niet uitsluitend naar de waarheid streven, want de leugen doet zich aan hen voor als waarheid. Maar de mens herkent ze niet als dat wat ze is, omdat hij nog geen diep verlangen naar de waarheid heeft. En zo wint de dwaling veld en houdt zich zolang staande, tot een ijveraar voor de waarheid tegen haar ten strijde trekt. Want deze herkent de dwaling als het werk van de tegenstander en hij verafschuwt haar. En daar hij voor GOD vecht, heeft hij. ook de ondersteuning van de kant van GOD te verwachten, daar GOD wil dat de waarheid verbreid wordt in de wereld. Want waar onwaarheid is, is duisternis en duisternis is onwetendheid en de duisternis moet door het licht worden verdrongen, de zuivere waarheid te weten moet verbreid worden.

Alles wat door de tegenstander onder de mensen aan dwaling wordt rondgestrooid, moet voor de zuivere waarheid wijken en de waarheid moet naar GOD leiden, DIE in Zich de WAARHEID is. En ieder mens die GOD dient, moet zich ook inzetten voor de waarheid, hij moet ophelderend werkzaam zijn, hij moet de dwaling blootleggen en de mensen onderwijzen waar de zuivere waarheid alleen te zoeken en te vinden is. Want alleen door de waarheid kan de mens tot inzicht komen, alleen door de waarheid komt hij tot een juist geloof en alleen door de waarheid kan de ziel zich positief ontwikkelen.

Maar waar de leugen het denken van de mens beheerst, wordt ook de mens zelf op 'n dwaalspoor gebracht, want nooit wijst de leugen op GOD, integendeel verwijdert ze de mens steeds meer van HEM tot WIE hij moet terugkeren. En dus verhindert de dwaling de mens zijn bestemming te zien, hij kan nooit het doel bereiken dat hem gesteld is op aarde, want nooit zal hij dat nastreven wat doel en zin is van het aardse leven, daar de kennis daarvoor hem ontbreekt.

Waar de leugen is, heeft de tegenstander de overhand en de ziel is in gevaar. En daarom leidt GOD Zijn strijders op, opdat ze tegen de leugen te velde trekken, opdat ze voor de waarheid opkomen en zonder pardon de dwaling brandmerken als product van de tegenstander. Want alleen zo kan de waarheid worden verbreid, doordat de leugen verdrongen wordt door de waarheid. Wie echter in de waarheid vaststaat, zal niet bevreesd zijn tegen de leugen op te treden, want het is zijn taak ook de medemensen uit de duisternis van de geest in het heldere licht binnen te leiden. En in het licht te zijn betekent, de zuivere waarheid te weten, omdat slechts alleen de waarheid de mensen naar GOD toe kan voeren.

Amen