Jeder Versuch einer Annäherung an Gott wird von Ihm gesegnet werden, indem das Verlangen danach immer stärker wird und dies auch die Erfüllung gewährleistet. Es wird das Leben ein stetes Kämpfen sein, denn am Widerstand soll der Mensch seine Kraft erproben, und so wird auch bei einem willigen Menschen das Verlangen oft nachlassen, damit der Mensch versucht, diesen Zustand durch vermehrte Willenskraft zu überwinden. Denn erst dann ist er fähig, als Streiter Christi auf Erden für Ihn einzutreten. Denn dieser Kampf erfordert größte Willenskraft, Geduld und Ausdauer. Er muß sich selbst überwunden haben, bevor er als Überwinder der Mitmenschen Gott dienen kann. Steht der Mensch aber erst einmal im Verlangen nach Gott, dann ist er auch Ihm ergeben, und er bemüht sich, das zu tun, was Gott wohlgefällig ist. Und es wird der gute Wille anerkannt von Ihm und gestärkt, nur muß er immer wieder von neuem tätig werden, und also wird die Geduld gleichzeitig geübt, wenn er nicht unmutig wird, sondern immer wieder den Anschluß sucht an Gott, wenngleich es ihm schwerfällt. Das Ringen des Menschen wird bewertet von Gott. Je mehr Widerstände, desto verdienstvoller ist es für ihn, so er die Verbindung mit Ihm findet und Seine Gnade offensichtlich empfängt. Gott will ersehnt werden, Er will erbeten werden, weil dies die Liebe zu Ihm bezeugt, und erst die Liebe zu Ihm trägt dem Mitmenschen Gegenliebe ein, die sich äußert in Form von Kraftzuströmung. Und darum soll das Erdenkind ringen ohne Unterlaß, damit es diese köstlichste Gabe, den Kraftstrom aus Gott, empfangen kann. Denn dieser Kraftstrom führt das Wesen immer näher zu Gott. Es muß, wer diesen Kraftstrom spürt, schon im Lichtkreis der göttlichen Ausstrahlung stehen, ansonsten er nicht davon berührt werden könnte. Und was das heißt, das fasset der Mensch auf Erden noch nicht.... was es heißt, schon auf Erden Licht- und Kraftträger sein zu dürfen und göttliche Kraft, die in Form Seines Wortes den Menschen zufließt, weitergeben zu können an die Mitmenschen und also gleichsam die Kraft aus Gott weiterleiten zu können. Wo diese große Gnade dem Menschen geboten wird, dort sollte kein Ringen ihm zu schwer erscheinen, denn so er ringt um innerliche Kraft und Stärke für seinen Willen, wird er sein Ziel erreichen.... Er wird, was ihm zuerst schwer erscheint, immer leicht ausführen können, er wird die Kraft aus Gott spüren, und immer inniger wird sein Verlangen werden nach dem Zusammenschluß mit Gott, und dieses Verlangen wird Gott auch erfüllen....
Amen
ÜbersetzerElke poging om God te naderen zal door Hem gezegend worden, doordat het verlangen ernaar steeds sterker wordt en dit ook de vervulling ervan garandeert. Het leven zal een voortdurende strijd zijn, want de mens moet zijn kracht aan de weerstand beproeven en zo zal ook bij een bereidwillig mens het verlangen vaak afnemen, zodat de mens probeert om deze toestand door toegenomen wilskracht te overwinnen. Want pas dan is hij in staat om als strijder van Christus op aarde voor Hem op te komen. Want deze strijd vereist de grootste wilskracht, het grootste geduld en doorzettingsvermogen. Hij moet zichzelf overwonnen hebben, voordat hij als overwinnaar van de medemensen God kan dienen.
Maar als de mens eerst eenmaal een verlangen naar God heeft, dan is hij Hem ook toegenegen en hij doet zijn best om dat te doen, wat God welgevallig is. En de goede wil wordt door Hem erkend en gesterkt, maar deze moet steeds weer opnieuw actief worden, en zodoende wordt het geduld gelijktijdig geoefend, als hij niet ontstemd raakt, maar steeds weer de aansluiting zoekt bij God, ofschoon het hem zwaar valt.
Het strijden van de mens wordt door God gewaardeerd. Hoe meer tegenstand, des te verdienstelijker is het voor hem, als hij de verbinding met Hem vindt en duidelijk Zijn genade ontvangt. God wil dat er hevig naar Hem verlangd wordt. Hij wil gevraagd worden, omdat dit getuigt van de liefde voor Hem en pas die liefde voor Hem levert de medemens wederliefde op, die tot uiting komt in de vorm van toestroom van kracht. En daarom moet het mensenkind zonder ophouden strijden, zodat het dit heerlijke geschenk, de toestroom van kracht uit God, kan ontvangen.
Want deze toestroom van kracht brengt het wezen steeds dichter bij God. Wie deze krachtstroom gewaarwordt, moet al in de lichtkring van de goddelijke uitstraling staan, omdat hij er anders niet door getroffen kan worden. En wat dat betekent, begrijpt de mens op aarde nog niet. Wat het betekent om op aarde al licht- en krachtdrager te mogen zijn en goddelijke kracht, die in de vorm van Zijn woorden naar de mensen toestroomt, door te kunnen geven aan de medemensen om zodoende als het ware de kracht uit God door te kunnen geven.
Waar deze grote genade de mensen aangeboden wordt, daar zou geen worstelen hem te zwaar moeten lijken, want als hij worstelt om innerlijke kracht en sterkte voor zijn wil, zal hij zijn doel bereiken. Hij zal, wat hem aanvankelijk zwaar leek, steeds gemakkelijk uit kunnen voeren. Hij zal de kracht uit God gewaarworden en zijn verlangen naar God zal steeds inniger worden en God zal dit verlangen ook vervullen.
Amen
Übersetzer