Kundgabe mit Übersetzung vergleichen

Weitere Übersetzungen:

Mangelndes Gottvertrauen.... Glaubensschwäche....

Nur in der immer gleichbleibenden Gesinnung, die Gott zugewandt ist, liegt die Festigkeit des Glaubens.... Es ist unvermeidlich, daß der Mensch wankend wird, so sein Gedankengang von Gott sich entfernt. Es ist der Glaube immer die Folge der tiefen Verbindung mit Ihm, denn das Zusammengehörigkeitsgefühl macht ein Wankend-Werden unmöglich. Je inniger nun das Herz dem göttlichen Vater entgegenschlägt, desto stärker und unerschütterlicher ist der Glaube. Es darf also nie das innige Verhältnis des Kindes zum Vater gestört werden. Denn dann kann auch ununterbrochen göttliche Kraft dem Menschen zugehen, und diese Kraft äußert sich zuerst in einem starken Glauben und freudigem Bekennen des Glaubens der Mitwelt gegenüber und in einer freudigen Lebensbejahung. Sein Blick ist geklärt, sein Gedankengang dem göttlichen Willen entsprechend und alles Tun und Unterlassen gleichfalls gottgewollt. Es sucht das Kind die Nähe des Vaters, und dies trägt ihm auch vollste Ruhe und Sicherheit ein, denn alle seine Gedanken sind dann recht geleitet. Und es wird einem nach Gott verlangenden Menschen jede Trennung von Ihm spürbar sein.... denn so er einmal die Geborgenheit an dem Herzen des Vaters genießen durfte, wird jeder Zustand der Trennung von Ihm als Qual empfunden werden.... Es mangelt ihm an Sicherheit, an Überzeugungskraft und Vertrauen.... es mangelt ihm an Glauben.... er ist schwach und ohne inneren Frieden, denn er entbehrt die Nähe des Vaters.... Und es ist dies oft die Folge von mangelndem Gottvertrauen in irdischer Not. Jede irdische Not soll vertrauensvoll dem Vater im Himmel dargestellt werden. So jedoch der Mensch sich überwältigen läßt, und, anstatt sich desto inniger Gott anzuschließen, das Band lockert, das ihn mit dem Vater im Himmel verbindet, wird auch die Kraft weniger werden und dies eine Schwäche des Glaubens nach sich ziehen. Ihr könnet nichts erreichen ohne Gott.... Mit Gott besteht ihr jeden Kampf, ohne Gott werdet ihr unterliegen. Es trennt das Irdische euch immer wieder von Gott, und doch ist dies eure eigene Schuld, denn euren Gedanken gebietet Gott nicht, darum lasset diese nicht abschweifen von Ihm und sich anderen Dingen zuwenden, denn es wird euch dies nicht befriedigen, ihr werdet in steter Unruhe dahingehen so lange, bis ihr wieder zurückgefunden habt.... Vertrauen zu Gott ist Glaube.... und ein gläubiges Erdenkind soll sich durch nichts erschüttern lassen, es soll bedingungslos sich dem Vater im Himmel übergeben, dann erst wird es die Kraft des tiefen Glaubens an sich spüren und ohne Sorge alles Schwere im Leben hinnehmen, denn immer sind es Prüfsteine des Glaubens, die den Menschen nicht zum Fall bringen dürfen.

Amen

Übersetzer
Dies ist eine Originalkundgabe von Bertha Dudde

Gebrekkig godsvertrouwen - Geloofszwakte

Alleen in de steeds dezelfde blijvende gezindheid die op God is gericht, is de vastheid van het geloof gelegen. Het is onvermijdelijk dat de mens wankel wordt wanneer zijn gedachtegang zich van God verwijdert. Het geloof is steeds het gevolg van de diepe verbinding met Hem, want het saamhorigheidsgevoel maakt een wankel worden onmogelijk. Hoe inniger nu het hart voor de goddelijke Vader klopt, des te sterker en onwrikbaarder is het geloof. De innige verbinding van het kind met de Vader mag dus nooit worden verstoord. Want dan kan de mens ook ononderbroken goddelijke kracht toekomen en deze kracht uit zich eerst in een sterk geloof en blijmoedig bekennen van het geloof tegenover de medemensen en in een blijmoedige, optimistische levenshouding. Zijn blik is zuiver, zijn gedachtegang in overeenstemming met de goddelijke wil en al het doen en laten is eveneens door God gewild. Het kind zoekt de nabijheid van de Vader en dit levert hem ook volledige rust en zekerheid op, want al zijn gedachten zijn dan juist geleid. En voor een mens die naar God verlangt, zal elke scheiding van Hem voelbaar zijn. Want als hij eenmaal de geborgenheid aan het hart van de Vader mocht genieten, dan zal elke toestand van scheiding van Hem als kwelling worden ervaren.

Het ontbreekt hem aan zekerheid, aan overtuigingskracht en vertrouwen. Het ontbreekt hem aan geloof. Hij is zwak en zonder innerlijke vrede, want hij mist de nabijheid van de Vader.

En dit is vaak het gevolg van gebrekkig godsvertrouwen in aardse nood. Elke aardse nood moet vol vertrouwen aan de Vader in de hemel worden voorgelegd. Als echter de mens zich laat overmeesteren en, in plaats van zich des te inniger bij God aan te sluiten, de band losser laat worden die hem met de Vader in de hemel verbindt, dan zal ook de kracht minder worden. En dit zal een zwakheid van geloof tot gevolg hebben. U zult niets kunnen bereiken zonder God.

Met God houdt u stand in elke strijd, zonder God zult u bezwijken. Het aardse scheidt u steeds weer van God en toch is dit uw eigen schuld, want God gebiedt uw gedachten niet. Laat deze daarom niet van Hem afdwalen en zich op andere dingen richten, want dit zal u niet bevredigen. U zult zo lang in voortdurende onrust voortgaan, tot u de weg terug weer hebt gevonden.

Vertrouwen op God is geloof. En een gelovig mensenkind moet zich door niets aan het wankelen laten brengen. Het moet zich onvoorwaardelijk aan de Vader in de hemel overgeven. Pas dan zal het de kracht van het diepe geloof voelen en zonder zorgen al het moeilijke in het leven aanvaarden. Want steeds zijn het toetsstenen van het geloof, die de mens niet ten val mogen brengen.

Amen

Übersetzer
Übersetzt durch: Gerard F. Kotte