Kundgabe mit Übersetzung vergleichen
Innerer Frieden....
Erhellung des Geistes ist innerer Frieden.... Wem die Erleuchtung ward, dessen bemächtigt sich ein Gefühl des Geborgenseins und der Ruhe, denn er ist es, der die Materie schon zum Teil überwunden hat und nur mehr dem Geistigen sich zuwendet. Und so wird dieser auch nimmer sich von irdischen Dingen beirren lassen in dem Maß, daß er friedlos und ungeduldig durch das Leben geht, er wird vielmehr sich in dem glücklichen Zustand befinden, daß ihn nichts mehr ungewöhnlich berührt. Er wird alles wohl durchleben, jedoch mit geringer Beteiligung des Herzens.... er wird auch nicht sonderlich leiden unter Begebenheiten, die sonst sein ganzes Wesen erschüttert hätten, dagegen alles hinnehmen als eine Begleiterscheinung des täglichen Lebens, die ihm nur zugedacht ist vom göttlichen Vater zum Zwecke weiterer Vervollkommnung. Und es kann nichts den inneren Frieden stören, der nur immer fühlbarer in Erscheinung tritt, je mehr sich das Erdenkind befleißigt, den Willen des Vaters im Himmel zu erfüllen. Denn es hat nunmehr die Seele nicht mehr so zu leiden unter dem Druck der Materie, sie lebt ihrer wahren Bestimmung, und die Kämpfe der Gegenmacht sind nicht mehr so zu fürchten, daher ist die Seele in einem Ruhezustand allen irdischen Ereignissen gegenüber, während sie jedoch geistig sich immer reger betätigt. Es steht die Erde und ihr Verlangen nun einmal im Widerspruch mit dem geistigen Leben und kann niemals beiden zugleich entsprochen werden. Das Erdenleben mit seinen Anforderungen wird auch stets Unruhe und Friedlosigkeit hervorrufen, während das geistige Leben und Streben der Seele den Ruhezustand gibt, d.h. nur den irdischen Erlebnissen gegenüber. Es wird sich dieses immer so auswirken, daß der Geist des Menschen unempfindlich ist gegen alles Schwere, das ihm irdisch beschieden ist, und der Mensch ohne Störung seiner eigentlichen Aufgabe nachkommen kann, solange er nur begehrt, in geistigen Regionen weilen zu dürfen. Er wird auch einer gewissen Sorge enthoben sein, denn es ist ihm geistiger Beistand gewährt in allen Nöten und Sorgen, sowohl des Leibes als auch der Seele, und er wird diesen Beistand wohl wahrnehmen, und sein innerer Frieden wird nur selten gestört werden durch Vorkommnisse, die ihn sonst aus der Ruhe aufgerüttelt hätten. Es sind zumeist weltliche Sorgen, die den Menschen beunruhigen und ihm das Erdenleben unerträglich machen, jedoch wer vollgläubig diese dem Vater im Himmel aufopfert, wer Ihn bittet, und das in der geistigen Erkenntnis, daß Er der Herr ist über alles Geschehen, wer also diese Sorge hinüberträgt ins geistige Reich, der wird sichtlich davon befreit werden, und der Friede des Herzens wird wieder Oberhand haben, und verbannt wird sein, was dem Erdenkind als Last dünkt und sein geistiges Streben beeinträchtigen könnte. Und so soll euer ganzes Streben immer nur darauf gerichtet sein, euren Geist zu bedenken.... ihr sollt den irdischen Anforderungen keine Beachtung schenken, sondern immer nur des Geistes Helligkeit ersehnen und erbitten, und es wird der himmlische Vater euch sorgsam hindurchführen durch das Erdenleben und euch alles Schwere fernhalten, auf daß ihr den inneren Frieden findet und behaltet, um desto rühriger das geistige Leben fördern zu können und so eure Seele dem Lichtzustand zuzuführen....
Amen
Übersetzer
Innerlijke vrede
Verlichting van de geest is innerlijke vrede. Van wie het inzicht ten deel valt, maakt zich een gevoel van geborgen zijn en rust meester. Want hij is het die de materie al voor een deel heeft overwonnen en zich steeds meer op het geestelijke richt. En zo zal deze zich ook nooit door aardse zaken van de wijs laten brengen in die mate dat hij rusteloos en ongeduldig door het leven gaat. Hij zal zich veel meer in de gelukkige toestand bevinden dat niets hem meer buitengewoon raakt. Hij zal alles wel doormaken, echter met geringe deelname van het hart. Hij zal ook niet bijzonder lijden onder gebeurtenissen die anders zijn hele wezen diep zouden hebben aangegrepen, daarentegen alles aanvaarden als een bijverschijnsel van het dagelijks leven, dat hem alleen is toebedacht door de goddelijke Vader ten behoeve van zijn verdere vervolmaking. En niets kan de innerlijke vrede verstoren, die zich alsmaar voelbaarder openbaart, hoe meer het mensenkind zijn best doet de wil van de Vader in de hemel te vervullen. Want voortaan heeft de ziel niet meer zo te lijden onder de druk van de materie. Ze leeft voor haar ware bestemming en de gevechten van de vijandige macht zijn niet meer zo te vrezen. Daarom is de ziel in rust tegenover alle aardse gebeurtenissen, terwijl ze toch geestelijk steeds levendiger werkzaam is.
De aarde en haar verlangen is nu eenmaal in tegenspraak met het geestelijke leven en er kan nooit aan beide tegelijk gevolg worden gegeven. Het leven op aarde met zijn eisen zal ook steeds onrust en onvrede oproepen, terwijl het geestelijke leven en het streven van de ziel de rust biedt, dat wil zeggen alleen tegenover de aardse belevenissen. Dit zal steeds zo’n uitwerking hebben dat de geest van de mens ongevoelig is voor al het moeilijke dat hem aards is beschoren en de mens zonder storingen zijn eigenlijke taak kan vervullen, zolang hij maar begeert in geestelijke regionen te mogen vertoeven. Hij zal ook van een zekere zorg zijn ontheven, want er is hem geestelijke bijstand verzekerd in alle noden en zorgen, zowel van het lichaam als ook van de ziel, en hij zal deze hulp wel waarnemen en zijn innerlijke vrede zal maar zelden worden verstoord door voorvallen die hem anders uit de rust zouden hebben opgeschud.
Het zijn meestal wereldse zorgen die de mens verontrusten en hem het aardse leven onverdraaglijk maken. Wie deze echter heel gelovig aan de Vader in de hemel opoffert, wie Hem vraagt - en dat in het geestelijke inzicht dat Hij de Heer is over al het gebeuren - wie dus deze zorg meeneemt naar het geestelijke rijk, die zal daar duidelijk van worden bevrijd en de vrede van het hart zal weer de overhand nemen. En verbannen zal zijn wat het mensenkind als last voorkomt en zijn geestelijk streven zou kunnen benadelen. En zo moet uw hele streven steeds alleen daarop gericht zijn, bedacht te zijn op uw geest. U moet aan de aardse eisen geen aandacht schenken, maar steeds alleen verlangen naar de helderheid van geest en hierom vragen, en de hemelse Vader zal u zorgzaam door het leven op aarde heen leiden en al het moeilijke ver van u houden opdat u de innerlijke vrede vindt en behoudt, om des te rustiger het geestelijke leven te kunnen bevorderen en zo uw ziel naar het licht te leiden.
Amen
Übersetzer