Vergelijk Kundgabe met vertaling

Meer vertalingen:

Leven in goddelijke ordening is grondwet

U zult de goddelijke wetten niet omver kunnen stoten, maar u zult wel tegen ze in kunnen handelen. Doch dit laatste zal u nooit tot zegen strekken, want alleen de mens die in de goddelijke ordening leeft vervult de wil van God en alleen deze kan volmaakt worden zolang hij op aarde leeft. De goddelijke orde in acht nemen betekent in de liefde te leven, want de liefde is goddelijke wet. De Liefde is God zelf Die het volmaaktste Wezen is in de oneindigheid. Zonder liefde bestaat er dus geen volmaaktheid en daar bij de gelukzaligheid ook de volmaaktheid hoort, kan zonder liefde ook geen mens gelukzalig zijn.

Maar de mensen kunnen deze wet buiten beschouwing laten en dit hebben de wezens gedaan toen ze afvallig werden van God en in de diepte stortten. Ze handelden dus tegen de goddelijke orde in, maar konden desondanks niet de liefde zelf buiten werking stellen. Alleen konden ze zich niet meer zelf in de stroomkring van deze liefde ophouden en daarom bleven ze zelf zonder kracht. Hun wil was tegen de goddelijke wet gericht, hun wil sloot zich af voor de bestraling door Gods liefde, dat wil zeggen ze traden buiten de goddelijke ordening, ze werden zelf liefdeloos en zondigden daarom ook tegen de goddelijke wet. Ze vielen in zonde, want zonde is alles wat tegen de liefde is gericht en daarom ook tegen God zelf is gericht. En zo was een ongelukkige toestand het begrijpelijk gevolg van de afval van God, omdat het wezen absoluut in goddelijke ordening moet leven, wil het gelukzalig zijn. Dat wil zeggen het moet onophoudelijk liefde kunnen ontvangen en uitdelen, want de liefde is de grondweg van eeuwigheid, die eerste goddelijke wet is en blijven zal tot in alle eeuwigheid.

U mensen zult te allen tijde weer de goddelijke orde kunnen binnentreden, wanneer u zich de liefde tot basisbeginsel van uw leven maakt, wanneer u zich steeds alleen door de liefde zult laten leiden bij uw denken en handelen. Dan zal u ook spoedig weer de vroegere toestand van gelukzaligheid beschoren zijn, want dan zult u leven volgens goddelijke wet, dan zult u de wil van God vervullen en dan zult u zich ook weer aaneensluiten met de Wetgever van eeuwigheid, met God Die de Liefde zelf is. En uw wezen zal zijn zoals in het allereerste begin, door God uitgestraalde liefdeskracht die nu eeuwig met God versmolten is, maar als zelfbewust wezen kan genieten van onvoorstelbaar geluk dat hem door de eeuwige Liefde is bereid.

Zondigt het wezen tegen de goddelijke wet, dan zal het zich steeds alleen zelf schade berokkenen, maar nooit de wet van eeuwigheid ongedaan kunnen maken. Het zal steeds maar in een ongelukkige toestand geraken, waaruit het alleen vrij kan worden wanneer het weer genegen is en zijn best doet de goddelijke orde binnen te treden. En dit is zin en doel van het leven op aarde, want de ziel, het eens gevallen wezen, bevindt zich bij het begin van de belichaming als mens niet in deze ordening, integendeel, steeds alleen erbuiten. Het kan echter de toestand bereiken, het kan zich weer volledig binnen de goddelijke ordening plaatsen en de ziel kan zich helemaal tot liefde veranderen en zich dan ook aan de goddelijke wet hebben onderworpen. En dan zal het wezen weer gelukzalig zijn zoals het was in het allereerste begin, want als het in zich liefde is, stemt het ook overeen met het oerwezen van God en zal zich met Hem weer aaneensluiten uit Wie het eens is voortgekomen.

Amen

Vertaler
Vertaald door: Gerard F. Kotte

Vivere nell’Ordine divino è la Legge fondamentale

Non potete rovesciare le Leggi divine, ma potete agire contro di esse. Quest’ultimo però non sarà mai per la vostra Benedizione, perché soltanto l’uomo che vive nell’Ordine divino, adempie la Volontà di Dio, e solo costui può diventare perfetto, finché vive sulla Terra. Mantenere l’Ordine divino però significa vivere nell’amore, perché l’amore è la Legge divina. Dio Stesso E’ l’Amore, il Quale E’ l’Essere più perfetto nell’Infinito. Senza Amore non esiste nessuna Perfezione, e dato che la Perfezione fa parte anche della Beatitudine, nessun uomo può diventare beato senza amore. Ma gli uomini possono disattendere questa Legge, e lo hanno fatto gli esseri, quando sono diventati infedeli a Dio e sono precipitati nell’abisso, hanno quindi agito contro l’Ordine divino, ma non potevano comunque mettere fuori Forza l’Amore stesso, soltanto che loro stessi non potevano rimanere nella Circolazione di Corrente di questo Amore e perciò rimanevano senza Forza loro stessi. La loro volontà era rivolta contro la Legge divina, la loro volontà si è decisa contro l’Irradiazione d’Amore di Dio, cioè sono usciti dall’Ordine divino, loro stessi sono diventati disamorevoli e perciò hanno infranto anche la Legge divina. Sono caduti nel peccato, perché il peccato è tutto ciò che è rivolto contro l’Amore e perciò è rivolto anche contro Dio Stesso. E così la comprensibile conseguenza della caduta da Dio era uno stato infelice, perché l’essere deve vivere assolutamente nell’Ordine divino, se vuole essere beato, cioè deve ricevere continuamente l’Amore e poter distribuirlo, perché l’Amore è la Legge Fondamentale dall’Eternità, che è la prima Legge divina e lo rimarrà in tutta l’Eternità. Voi uomini potete di nuovo entrare in ogni momento nell’Ordine divino, se fate dell’amore il principio fondamentale della vostra vita, se vi lasciate sempre soltanto determinare dall’amore nel vostro pensare ed agire. Allora vi attenderà anche presto di nuovo lo stato di Beatitudine di una volta, perché allora vivete secondo la Legge divina, allora adempite la Volontà di Dio, e poi vi unite anche di nuovo con il Legislatore dall’Eternità, con Dio, il Quale E’ l’Amore Stesso. Ed il vostro essere sarà come in principio, Forza d’Amore irradiata da Dio, che ora sarà eternamente fusa con Dio, ma che può godere di inimmaginabile felicità come essere auto consapevole, che gli viene preparato dall’Eterno Amore Stesso. Se l’essere infrange la Legge divina, allora danneggerà sempre soltanto sé stesso, ma non può mai rovesciare la Legge dall’Eternità. Giungerà sempre soltanto in uno stato infelice, dal quale può liberarsi solamente, quando vuole e si sforza di nuovo di entrare nell’Ordine divino. E questo è il senso e lo scopo della vita terrena, perché l’anima, l’essere una volta caduto, all’inizio dell’incorporazione come uomo non si trova in questo Ordine, ma sempre soltanto al di fuori. Ma può raggiungere questo stato, può di nuovo sottomettersi totalmente all’Ordine divino, e l’anima può cambiare totalmente nell’amore e poi sottomettersi alla Legge divina. Ed allora l’essere sarà di nuovo beato come lo era in principio, perché se è in sé amore, corrisponde anche all’essere Ur di Dio ed ora si unisce di nuovo con Lui, nel Quale una volta ha avuto la sua Origine.

Amen

Vertaler
Vertaald door: Ingrid Wunderlich