Vergelijk Kundgabe met vertaling

Meer vertalingen:

Wie Mij voor de wereld belijdt

Wie schroomt Mij voor de wereld te belijden, is nog niet van mijn geest vervuld. Hij is slechts een leeg vat, een dode vorm zonder geest en leven, want het leven erkent Mij en belijdt Mij ook tegenover de medemensen. En u zult ook in staat zijn daaraan de vormchristenen te herkennen, dat ze angstvallig vermijden mijn naam uit te spreken, dat ze niet spreken over Mij en mijn verlossingswerk, dat ze zich maar zelden met geestelijke gesprekken inlaten en dan ook alleen met onbehagen.

En u herkent ze als "dode" aanhang. Want waar mijn geest werkzaam kan zijn, wordt met de grootste blijmoedigheid ook mijn naam beleden en wordt de mens van binnenuit gedrongen Mij te bekennen voor de wereld.

En wanneer u er nu op let, hoe weinig "christelijk" de mensen zich gedragen, hoe ze alles trachten te ontwijken wat met religie of christendom - hetzij kerken of andere verkondigingen van het woord - samenhangt, wanneer u erop let hoe alles met heimelijkheid omhuld wordt, hoe de mensen in gezelschap schromen een thema aan te voeren dat over God, over Jezus Christus, over het geestelijke rijk of over de opdracht op aarde van de mensen gaat, dan is het ook gemakkelijk te raden hoe de beslissing van de mensen eens zal zijn, wanneer er een getuigen voor of een afwijzen wordt geëist van Hem die de wereld heeft verlost van zonde en dood. Dan zullen er slechts weinige uit volle overtuiging voor Mij en mijn naam opkomen.

Maar de meeste zullen zich inhouden, hebben zich misschien in hun hart nog niet geheel losgemaakt, maar bezitten geen geloofskracht om ook de gevolgen van een werkelijke bekentenis op zich te nemen.

Er zullen er maar weinige zijn die standhouden tegen de benauwenissen die werken zijn van mijn tegenstander kort voor het einde. Dan zal dus blijken wie verlost is van zonde en dood. Want alleen deze belijdt mijn naam luid in het openbaar, alleen deze brengt de kracht op om te weerstaan, wanneer hem wordt gesommeerd Mij te verloochenen. Alleen het levende geloof levert de mens deze kracht op. Alleen het levende geloof verzekert het werkzaam zijn van mijn geest in de mens en dus ook een vast vertrouwen op mijn bijstand in de tijd van het einde. En dat is de tijd waarin de geesten van elkaar zullen worden gescheiden, waarin het duidelijk zichtbaar is wie tot de mijnen behoort en behoren wil en wiens christendom tot nu toe slechts "vorm" is geweest.

Dan zal het niet voldoende zijn, aanhanger van deze of die geloofsrichting te zijn, maar moet de mens Mij zelf in Jezus Christus aanhangen. Hij moet zo levend met Mij verbonden zijn, dat hij niet anders kan dan luid mijn naam te verkondigen als die van zijn God en Verlosser.

En dan zal hij ook door Mij worden aangenomen. Ik zal ook hem bekennen in het rijk van het licht. Ik zal mijn belofte vervullen: "Wie Mij belijdt voor de wereld, die zal Ik ook voor mijn Vader belijden." Want deze heeft Mij zelf erkend in Jezus Christus en mijn geest is in alle volheid in hem.

Doch wee degenen die Mij verloochenen.

Ze behoren nog tot de aanhang van mijn tegenstander en zijn en blijven weer eindeloos lange tijd van hem. Maar ze waren ervan op de hoogte dat Ik de erkenning van mijn naam verlang. Ze waren niet onwetend en moeten zich daarom ook verantwoorden op de dag van het oordeel. Dan zal Ik dus komen om de "levenden" en de "doden" te oordelen.

Begrijp deze woorden: Het leven komt alleen voort uit Mij en wie van Mij is, zal leven. Maar zij die zich van Mij afkeren zullen aan hun einde komen, doordat ze Mij verloochenen wanneer de laatste beslissing van hen wordt geëist.

En hun aantal zal groot zijn, maar slechts klein mijn kudde, die Ik binnenleid in de gelukzaligheid.

Amen

Vertaler
Vertaald door: Gerard F. Kotte

“Chi Mi confessa davanti al mondo.... ”

Chi teme di confessarMi davanti al mondo, non è ancora colmato del Mio Spirito, è soltanto un vaso vuoto, una forma morta senza Spirito e Vita, perché la Vita Mi riconosce e Mi confessa anche nei confronti dei prossimi. Ed in questo potrete riconoscere anche i cristiani formali, che evitano timorosi di pronunciare il Mio Nome, che non parlano di Me e della Mia Opera di Redenzione, che solo raramente partecipano a discorsi spirituali e poi anche soltanto con un disagio. E voi li riconoscerete come seguito “morto”. Perché dove può agire il Mio Spirito, là anche il Mio Nome viene riconosciuto con la massima gioia, là l’uomo viene spinto dall’interiore a confessarMi davanti al mondo. E se ora considerate quanto poco “cristiano” si atteggiano gli uomini, come cercano di evitare tutto ciò che è collegato con religione o cristianesimo, sia chiesa oppure altro che annuncia la Parola, quando osservate come tutto viene soltanto avvolto da segretezza, come gli uomini temono di toccare nella società un tema che tratta di Dio, di Gesù Cristo, del Regno spirituale oppure del compito terreno dell’uomo, allora si può anche facilmente indovinare, come sarà una volta la decisione degli uomini, quando viene pretesa la dichiarazione oppure il rifiuto di Colui, il Quale ha redento il mondo dal peccato e dalla morte. Allora solo pochi si adopereranno con piena convinzione per Me ed il Mio Nome davanti al mondo. La maggior parte però si terrà indietro, forse perché nel cuore non si sono ancora del tutto staccati, ma non possiedono nessuna Forza di fede, per prendere anche su di sé le conseguenze di una autentica dichiarazione. Saranno soltanto pochi che resisteranno alle oppressioni, che sono l’agire del Mio avversario poco prima della fine. Allora si dimostrerà chi è redento dal peccato e dalla morte, perché soltanto costui dichiara il Mio Nome ad alta voce davanti al mondo, soltanto costui ha la Forza per la resistenza, quando viene preteso da lui di rinnegare Me. Solo la viva fede procura all’uomo questa Forza, solo la viva fede assicura l’Agire del Mio Spirito nell’uomo e quindi anche una certa fiducia nella Mia Assistenza nel tempo della fine. Ed è questo il tempo, in cui gli spiriti si divideranno, dov’è chiaramente visibile chi appartiene e vuole appartenere a Me e per chi il cristianesimo era finora soltanto una formalità. Allora non basterà essere appartenenti a questo o quell’orientamento di fede, ma l’uomo deve seguire Me Stesso in Gesù Cristo, dev’essere unito con Me in modo così vivo, che non può fare altro che annunciare ad alta voce il Mio Nome come quello del suo Dio e Redentore. Allora verrà anche accettato da Me, riconoscerò anche lui nel Regno della Luce, adempirò la Mia Promessa: “Chi Mi dichiara davanti al mondo, lo dichiarerò anche davanti al Padre Mio.... ”. Perché costui ha riconosciuto Me Stesso in Gesù Cristo, ed il Mio Spirito E’ in lui in tutta la pienezza. Ma guai a coloro che Mi rinnegano! Costoro appartengono ancora al seguito del Mio avversario e sono e rimangono suoi di nuovo per un tempo infinitamente lungo. Ma lo sapevano, che Io pretendo il riconoscimento del Mio Nome, non erano ignari e perciò nel Giorno del Giudizio devono anche renderne conto. Allora Io verrò per giudicare i “vivi” ed i “morti”. Comprendete questa Parola: La Vita proviene da Me, e chi è Mio, vivrà, alla morte verranno tutti coloro che si distolgono da Me, mentre Mi rinnegano, quando viene pretesa da loro l’ultima decisione. Ed il numero di costoro sarà grande, ma solo piccolo il Mio gregge, che guiderò nella Beatitudine.

Amen

Vertaler
Vertaald door: Ingrid Wunderlich