Vergelijk Kundgabe met vertaling

Meer vertalingen:

"Niemand komt tot de Vader…. "

"Niemand komt tot de Vader dan door Mij". Hoe buitengewoon belangrijk deze woorden zijn wordt ook verklaard door de noodzaak die mensen tot het geloof in Jezus Christus te brengen, die dat geloof nog niet bezitten, of tot een levend geloof aan te sporen bij wie de kennis over Jezus Christus reeds aanwezig is. Want niemand kan tot Mij komen die niet in Jezus Christus Mijzelf erkent. Er zijn wel mensen die voorwenden in een God te geloven omdat Hij zich bewijst in alles wat de mens omringt, die echter Jezus als Christus niet willen aannemen als "Zoon van God" en "Verlosser der Wereld", en toch zichzelf niet voor ongelovig houden. Maar deze mensen staan nog ver van hun God en Schepper af. Zij zijn met Mij nog geen nauwe band aangegaan en konden daarom ook nog niet in hun denken verlicht worden. Op hen drukt nog de zonde dat ze zich eens van Mij hebben afgewend en door deze zonde zijn zij nog aan mijn tegenstander gebonden, maar zij kunnen zonder Jezus Christus niet van hem bevrijd worden. Maar zeer weinig mensen hebben weet van deze zonde van de vroegere afval van Mij, en daarom is men zich de betekenis van Jezus en Zijn verlossingswerk ook niet bewust.

Voor zover nu de leringen van het evangelie bij de mensen bekend zijn en voor zover zij bekend zijn met de woorden die Jezus op de aarde heeft gesproken, zouden zij ook kunnen nadenken over de woorden: "Niemand komt tot de Vader dan door Mij". En zouden zij serieuze opheldering daarover verlangen, dan zouden zij deze ook zeker ontvangen. En de gedachte aan deze woorden zal hen dan ook zeker niet meer loslaten. Er is alleen maar één weg tot Mij mogelijk, namelijk door Jezus Christus, omdat de kwijtschelding van de zondeschuld moet zijn voorafgegaan om door Mij aangenomen te kunnen worden.

Zonder de verlossing door Jezus Christus kan geen wezen dat in vrije wil zondig werd, Mij naderen. Dit is een wet die ook mijn eindeloze liefde niet teniet kan doen. En geen mens zal zich in zijn hart geheel zeker voelen tegenover God, als hij Die wel erkent, maar meer met woorden of oppervlakkige gedachten. Want een ernstig nadenken zou hem toch gevoelsmatig laten weten dat hij niet in de juiste verhouding staat tegenover zijn God en Schepper van eeuwigheid. Hij zal zich nooit aan Mij toevertrouwen, zoals een kind aan zijn vader. Hij zal alleen geloven dat er een God bestaat, echter niet de nauwe verbinding met Mij tot stand brengen, die de liefde voorop stelt. Want de liefde verlicht ook zijn geest. De liefde zou zijn geestelijk oog scherpen. De liefde zou hem vragen doen stellen, niet echter iets laten beweren wat onjuist is.

Een lichtelijk onbehagen zal over ieder mens komen die zich overgeeft aan geestelijke gedachten en nog niet met Jezus Christus in contact is getreden. Voor hem zullen de lijdensweg en de kruisdood niet onbekend blijven. Hij zal steeds weer met zijn medemensen daarover in gesprek komen, of door hen aan Jezus Christus herinnerd worden. Want steeds weer zal Ik zijn gedachten leiden naar de mens Jezus die op de aarde geleefd heeft en een smartelijk einde doormaakte. Ook al belijdt hij Hem nog niet, toch is hem het leven van Jezus op aarde bekend en Ik zelf breng Mij bij hem in herinnering in Jezus Christus. En in overeenstemming met de graad van liefde waarin deze mens zich bevindt, zal ook het aanvaarden of de afweer zijn.

Waar de liefde aanwezig is, zal Ik de mens zelf beroeren. En zijn weerstand zal steeds minder worden. En tenslotte zal ook de mens Jezus voor hem in een geheel ander licht komen te staan dan eerst, toen hij nog geheel afwijzend tegenover Hem stond. Is hij echter niet voor rede vatbaar, is zijn wil in het uur van de dood nog vijandig ingesteld, dan kan hij in het geestelijke rijk geen zaligheid verwachten. Dan kan hij ondanks een correcte levenswandel alleen in dat rijk opgenomen worden, waarin allen verblijven die Christus geloochend hebben. Want hij heeft zich op aarde niet laten verlossen en gaat nu gebonden het geestelijke rijk binnen. Maar ook daar kan hij nog zijn goddelijke Heiland en Verlosser vinden. En dat is wederom een grote genade van Mij, dat Ik ook in het geestelijke rijk allen tegemoet kom, die Mij tot nog toe afgewezen hebben. Dat Ik iedere roep hoor die tot Mij als Verlosser wordt opgezonden, en dan de roepende bij de hand neem en uit dat gebied mijn goddelijke gelukzaligheid binnenleid. Want Ik haal nog uit de diepte terug als Ik maar erkend word, als een ziel de weg naar Jezus gevonden heeft, die zij op aarde afwees en zonder wie zij toch niet het doel kan bereiken.

Het lichtrijk is voor iedere ziel gesloten zolang Jezus Christus niet de poort voor haar opent, wat echter Zijn erkenning als "Zoon van God" en "Verlosser der wereld" vereist. Daarom sprak de mens Jezus de woorden: "Niemand komt tot de Vader dan door Mij." Want Ik zelf sprak tot hen door de mens Jezus. Ik zelf wilde erkend worden in Hem die Mij slechts voor de tijd van Zijn aardse levenswandel als een stoffelijk omhulsel diende, dat Ik echter ook in het geestelijke rijk behield om voor al mijn schepselen een zichtbare God te kunnen zijn. Ik die toch Geest was van eeuwigheid tot eeuwigheid en die als zodanig niet voor de geschapen wezens zichtbaar was. Om voor u mensen nu een zichtbare God te kunnen zijn koos Ik Mij een vorm uit en volbracht in deze vorm het verlossingswerk. Dus moet u ook die vorm erkennen waarin Ik schuilging, dan heeft u reeds de juiste weg ingeslagen tot Mij, uw Vader van eeuwigheid. Maar zonder Jezus Christus zult u voor eeuwig niet tot Mij kunnen komen, want zonder Jezus Christus laat mijn tegenstander u niet vrij, omdat u hem dan nog toebehoort door uw wil.

Amen

Vertaler
Vertaald door: Gerard F. Kotte

'No one comes to the Father....'

No one comes to the Father except through Me.... The extreme importance of these words also explains the necessity of leading those people who are not yet believers to faith in Jesus Christ, or of advocating a living faith where knowledge of Jesus Christ is already present. For no one can come to Me who does not recognise Me Myself in Jesus Christ.... Because there are people who indeed say that they believe in 'God', since He gives evidence of Himself in everything which surrounds the human being, but who do not want to accept Jesus Christ as Son of God and Saviour of the world although they do not consider themselves unbelievers. But these people are still very distant from their God and Creator, they have not yet come into closer contact with Me and hence their thoughts cannot become enlightened.

They are still burdened with the sin of the former apostasy from Me, and this sin ties them to My adversary, they will not get away from him without Jesus Christ. But not many people know about this sin of the past apostasy from Me, consequently they are not aware of the significance of Jesus and His act of Salvation either. Providing people know the teachings of the Gospel, providing they know the words spoken by Jesus on earth, they could also reflect on the words 'No one comes to the Father except through Me....' And if only they seriously wanted more information about this, they would certainly receive it, and the thought of these words would certainly never leave them again....

The only way to Me is through Jesus Christ, since the redemption of the guilt of sin has to come first in order to be accepted by Me.... No being who had voluntarily become sinful can approach Me before salvation through Jesus Christ. This is a law which even My infinite love cannot reverse. And no human being will really feel completely confident in his heart about God either, Whom he may well acknowledge with words or superficial thoughts, because on serious reflection he would know that he does not have the right relationship with his eternal God and Creator....

He will never confide in Me like a child to his Father, he will only believe that God exists but not establish a close connection with Me, which requires love.... Because love also enlightens his spirit, love would improve his spiritual vision.... Love would make him question but not make an erroneous statement. Every person will feel slightly uneasy when he contemplates spiritual thoughts and will not yet have made contact with Jesus Christ.... The course of suffering and crucifixion will not remain unknown to him, time and again he will enter into conversations with other people or be reminded by them of Jesus Christ because I constantly guide his thought to the human being Jesus, Who lived on earth and experienced a painful end.... Even if he does not yet acknowledge Him he does know of Jesus' earthly life, and I Myself will remind him of Me in Jesus Christ.

And corresponding to the human being's degree of love will be his acceptance or rejection.... Wherever there is love I take hold of the person Myself, and his resistance will steadily lessen, until he finally sees the human being Jesus in an entirely different light than at the beginning, when He was still defensively opposed to Him. However, if he does not want to learn, if his will is still hostile at the hour of his death, he cannot expect blissfulness in the spiritual kingdom, in spite of a right way of life he can only be accepted into the realm where all deniers of Christ dwell, because he refused to be redeemed on earth, and he will enter the spiritual kingdom in a constrained state.... But even there he can still find his divine Saviour and Redeemer....

And again, it is a great mercy on My part that I will meet all those in the spiritual kingdom who so far had rejected Me, that I will hear every appeal sent to Me as the Redeemer, and that I will then take hold of the caller's hand and lead him from that realm into My divine region.... Because I will still retrieve the souls from the abyss providing I Am acknowledged.... providing a soul has found the way to Jesus Christ, Whom it had rejected on earth but without Whom it cannot reach its goal. The kingdom of light is closed to every soul as long as Jesus Christ does not open the gate for it, but this necessitates that He is acknowledged as Son of God and Redeemer of the world. For this reason the human being Jesus said the words 'No one comes to the Father except through Me.'

Because I Myself spoke through the human being Jesus, I Myself wanted to be acknowledged in Him, Who merely served as a cover for Me during earthly life.... but which I kept even in the spiritual kingdom so that I could be a visible God to all My living creations, since I was an eternal Spirit after all.... and as such could not be seen by the created beings. I chose a form for Myself in order to become a visible God for you humans, and in this form I accomplished the act of Salvation. Consequently, you also have to acknowledge the form in which I had dwelled, and then you will already have taken the right path to Me, your Father of eternity.... However, without Jesus Christ you will not ever be able to come to Me, because without Jesus Christ My adversary will not release you, since you still belong to him as a result of your will....

Amen

Vertaler
Vertaald door: Heidi Hanna