• Terug

Het openen van de poort naar de gelukzaligheid

Volg Mij in het rijk dat Ik voor u heb geopend. Ga dezelfde weg die Ik ben gegaan en u zult uw doel bereiken: de vereniging met de eeuwige Liefde, een leven in eeuwige gelukzaligheid. Als mens ging Ik op aarde bewust deze weg, want Mij trok de eeuwige Liefde, tegen welke Ik me niet verzette, omdat Ik met alle liefde mijn hemelse Vader was toegedaan. De liefde voor Hem was in Mij en werd steeds groter, hoe langer Ik op aarde vertoefde. En door deze liefde die Mij vervulde, zag Ik ook de onuitsprekelijke nood van de medemensen bij wie de liefde helemaal ontbrak en die daarom krachteloos op de grond lagen, gekluisterd door een macht die totaal zonder enige liefde was. Ik verkreeg dit weten door mijn liefde en het weten vermeerderde weer mijn liefde. Want nu gold ze ook de ongelukkige broeders die eens in het licht stonden en onmetelijk diep in de duisternis waren gestort.

Ik werd door de toevloed van liefde steeds machtiger en Ik voelde me daarom sterk genoeg te strijden tegen hem die mijn broeders gevangen hield. Want Ik wist dat mijn hemelse Vader Mij nooit de liefdeskracht zou onttrekken, maar alleen zou vermeerderen, omdat Ik Hem Zijn kinderen terug wilde brengen, aan wie Zijn liefde ook toebehoorde, maar die Zijn tegenstander in zijn macht had. Maar de strijd tegen hem betekende een ongelofelijk liefdesoffer. Ik moest hem overwinnen met een daad van liefde, waardoor zijn macht gebroken werd. Ik moest voor alle gevallen broeders iets offeren om hen vrij te kopen van degene die hen pijnigde. Ik moest het losgeld betalen, want hij liet de zielen nooit los die van hem waren sinds de val in de diepte. En zo offerde Ik mijn leven aan het kruis.

Mijn overgrote liefde zette me daartoe aan en Ik verlangde vurig naar de liefde van de Vader. En Hij schonk ze Mij doordat Hij Mij totaal vervulde en zo nam de Vader helemaal bezit van Me. En alles wat Ik nu deed, volbracht de Vader in Mij. En zo ging Ik de weg naar het kruis, weliswaar als mens, maar gedreven door de liefde in Mij, die niet anders kon dan redding brengen aan de gevallenen die smachtten in grote nood. En mijn kruisweg voerde rechtstreeks naar de Vader. De poort was geopend en hij blijft geopend voor ieder die dezelfde weg gaat als Ik: de weg van liefde.

De weg van de liefde te bewandelen betekent voortdurend dichterbij komen bij de eeuwige Liefde en dus ook het binnengaan in het rijk van licht en gelukzaligheid. Want de liefdevolle mens is vervuld van de kracht van God en hij zal zich uit de boeien kunnen bevrijden wanneer hij Mij navolgt, wanneer hij naar Mij kijkt, wanneer hij Mij in zijn hart draagt, wanneer hij Mij liefheeft zoals de mens Jezus Mij heeft liefgehad. Want door de liefde trekt hij Mij dan tot zich en ontvangt onbeperkt kracht om de weg van de navolging van Jezus te gaan.

Er is geen andere weg naar Mij dan die van de goddelijke Verlosser Jezus Christus. Hij was mijn Zoon, die Ik naar de aarde zond, die met een van liefde vervuld hart voortdurend naar Mij en mijn liefde verlangde en in wie Ik - als de eeuwige Liefde - me dan ook kon belichamen. Hij heeft het werk van verlossing volbracht, omdat Zijn liefde uitging naar u als Zijn gevallen broeders. En ter wille van deze grote liefde heb Ik de poorten naar het paradijs geopend, naar de eeuwige gelukzaligheid, door welke u allen binnen zult kunnen gaan; u, die Jezus Christus, de Verlosser van de mensheid, navolgt, die de weg van de liefde gaat welke onherroepelijk naar Mij leidt.

Amen

Aprire la Porta alla Beatitudine

SeguiteMi nel Regno che ho aperto per voi. Prendete la stessa Via che ho percorso Io e raggiungerete la meta, l’unificazione con l’Eterno Amore, una Vita nell’eterna felice Beatitudine. Ho percorso coscientemente come Uomo questa via sulla Terra, perché Mi ha attirato l’Eterno Amore, al Quale non Mi Sono opposto, perché Ero dedito con tutto l’Amore al Mio Padre celeste. L’Amore per Lui era in Me e diventava sempre più grande, più a lungo dimoravo sulla Terra ed attraverso questo Amore che Mi colmava, ho anche riconosciuto l’indicibile miseria dei prossimi, ai quali mancava totalmente l’amore e che perciò giacevano inermi al suolo, legati da un potere che era privo di qualsiasi amore. Il Mio Amore Mi ha procurato questo sapere e questo nuovamente aumentava il Mio Amore, perché ora era rivolto anche ai fratelli infelici, i quali stavano una volta nella Luce e che erano precipitati nell’abissale oscurità. Attraverso l’afflusso dell’Amore diventavo sempre più potente e Mi sentivo abbastanza forte per combattere contro colui che teneva prigionieri i Miei fratelli, perché sapevo che il Padre Mio celeste non Mi avrebbe mai sottratto la Forza d’Amore, ma l’avrebbe sempre soltanto aumentato, perché Gli volevo riportare i Suoi figli, ai quali apparteneva anche il Suo Amore, che però il Suo avversario teneva nel proprio potere. La lotta contro di lui però significava un inaudito Sacrificio d’Amore. Dovevo vincerlo con un Atto d’Amore, con cui venisse spezzato il suo potere. Dovevo dare qualcosa per tutti i fratelli caduti, per riscattarli dal loro torturatore, dovevo pagare il prezzo del riscatto, perché non liberava mai le anime che gli appartenevano sin dalla caduta nell’abisso. Così ho dato la Mia Vita sulla Croce. Il Mio ultragrande Amore Mi ha indotto a questo ed avevo nostalgia dell’Amore del Padre. Egli Me Lo ha donato, mentre Mi colmava totalmente, e così il Padre ha preso totalmente Possesso di Me. Tutto ciò che ora facevo, lo ha compiuto il “Padre” in Me. Così percorsi la Via verso la Croce, come Uomo, ma spinto dall’ “Amore” in Me, che non poteva fare altro che portare la Salvezza ai caduti che languivano nella grande miseria. La Mia Via della Croce conduceva direttamente al Padre, la Porta era aperta e rimane aperta per ognuno che percorre la stessa Via come Me, la Via dell’Amore. Percorrere la Via dell’Amore significa un costante avvicinamento all’Eterno Amore e quindi anche all’ingresso nel Regno della Luce e della Beatitudine, perché l’uomo amorevole è colmato con la Forza di Dio e potrà liberarsi dai legacci, se Mi segue, se guarda a Me, quando Mi porta nel cuore, quando Mi ama proprio come l’Uomo Gesù Mi ha amato, perché attraverso l’amore Mi attrae poi a sè e riceve illimitata Forza, per percorrere la Via nella successione di Gesù. Non esiste altra Via verso di Me se non quella del divino Redentore Gesù Cristo. Egli Era Mio Figlio, il Quale avevo inviato giù sulla Terra, il Quale con un Cuore colmo d’Amore desiderava costantemente Me ed il Mio Amore e nel Quale Io come l’Eterno Amore, potevo anche incorporarMi. Egli ha compiuto l’Opera di Redenzione, perché il Suo Amore era rivolto a voi come Suoi fratelli caduti. E per via di questo grande Amore ho aperto la Porta verso il Paradiso, verso l’eterna Beatitudine, attraverso la quale potete entrare voi tutti che seguite Gesù Cristo, il Redentore dell’umanità, voi che percorrete la Via dell’amore che conduce irrimediabilmente a Me.

Amen