Vergelijk Kundgabe met vertaling

Meer vertalingen:

Boek der boeken - Gods woord

De schrift die van Mij getuigt zou meer dan voldoende zijn om de mensen mijn wil te verkondigen, hij zou ze ook naar het licht leiden, naar het inzicht wanneer mijn wil werd nageleefd, en ze zouden gelukzalig worden. Maar dit schrift, het boek der Vaderen, heeft voor veel mensen zijn waarde verloren. Het is voor hen niet meer het boek dat hun mijn woord overbrengt, omdat het ongeloof ook de oorsprong van de schrift betreft, omdat ze niet geloven kunnen dat mijn geest werkzaam was in mijn discipelen en deze geest hen ertoe bracht op te schrijven wat Ik zelf heb gedaan en onderricht toen Ik op aarde was. En daarom beoordelen ze dit woord van Mij niet zoals ze het zouden moeten beoordelen - als boodschap van mijn wil, die van de mensen het vervullen van de geboden verlangt: de liefde tot God en tot de naaste.

Zouden ze maar deze twee geboden erkennen als door Mij aan de mensen gegeven en alleen moeite doen volgens deze twee geboden op aarde te leven, dan zouden ze ook zeker spoedig de juistheid en waarheid van alle andere leerstellingen begrijpen die mijn discipelen in mijn opdracht hebben opgeschreven voor alle mensen. Maar ze leven niet in de liefde en daarom ontbreekt hun het kunnen begrijpen van alles wat de schrift bevat. En daarom twijfelen ze ook aan de herkomst, ze herkennen Mij niet als diegene van wie het woord dat van Mij getuigt, is uitgegaan. Maar ze moeten toch door mijn woord worden onderricht, ze moeten toch op de hoogte zijn van mijn wil en dus rechtstreeks worden gewezen op Diegene die zich op velerlei manieren uit.

Ze moeten weten dat het Mij mogelijk is altijd mijn woord naar de aarde te sturen, dat Ik te allen tijde mensen onderricht door de geest, zoals Ik ook mijn discipelen heb onderricht toen Ik niet meer bij hen was in het vlees. Ze moeten weten dat het gebeuren van het uitgieten van mijn geest niet iets eenmaligs was dat zich alleen aan mijn discipelen voltrok, maar dat Ik steeds weer mijn geest uitgiet in een geopend vat, dat Ik op dezelfde manier, zoals vroeger mijn discipelen, altijd mensen onderricht en hun dus mijn woord doe toekomen, dat weer alleen mijn wil te kennen geeft in de liefde te leven om dan als gevolg van het vervullen van mijn wil de mens in alle waarheid te leiden, hem de samenhang van het geschapene met zijn Schepper, de bestemming en het doel van dit alles te verklaren wat voor de mens duidelijk is, hem dus een omvangrijk weten te geven dat voor de ziel het helderste licht betekent en de weg naar het eeuwige leven zal laten vinden.

Met het toezenden van mijn woord beoog Ik alleen maar dat de mens zich vormt tot liefde. Ook de schrift onderwijst steeds maar de liefde, dus moet die ook van Mij zelf zijn uitgegaan, die de eeuwige Liefde ben. Maar omdat de liefde bekoeld is onder de mensen, zijn dezen ook niet meer in staat de diepere waarde in te zien van datgene wat geschreven staat, ze zijn blind van geest en kunnen totaal niet oordelen. Daarom moeten hun nu weer krachtige verkondigers van mijn woord tegemoet treden die hun weliswaar niets nieuws brengen maar het oude met overtuigingskracht verdedigen en opnieuw kunnen bewijzen, namelijk dat de liefde het eerste gebod is waarvan Ik vraag het te vervullen en dat al het verdere weten, het hogere inzichtelijke weten van de waarheid pas uit de liefde voortvloeit. Het woord van Mij moet weer intensief worden verbreid, want weer zeg Ik tot mijn discipelen die Ik Mij zelf heb uitgekozen: Ga de wereld in en onderricht alle volkeren. Want de mensen moeten mijn evangelie horen, ze moeten weten dat de schrift niet mag worden verworpen, dat hij de waarheid bevat die Ik zelf mijn discipelen door de geest heb verkondigd. Ze moeten weten dat Ik altijd en eeuwig hetzelfde woord naar de aarde stuur en dat mijn woord blijft bestaan, ook al vergaan hemel en aarde.

Amen

Vertaler
Vertaald door: Gerard F. Kotte

Le Livre des livres.... La Parole de Dieu....

L’Ecriture qui témoigne de Moi suffirait pleinement pour annoncer Ma volonté aux hommes, elle les conduirait à la lumière, à l'entendement, et ils atteindraient la béatitude si Ma volonté était accomplie. Cependant cette Ecriture, le livre des pères, a perdu sa valeur pour beaucoup de gens ; pour eux, ce n’est plus le livre qui leur communique Ma parole, parce qu’ils manquent de foi en ce qui concerne l’origine de l’Ecriture et aussi parce qu’ils ne peuvent pas croire que Mon esprit a agi dans Mes disciples, et que c’est cet esprit qui les a motivés à mettre par écrit ce que J’avais Moi-même fait et enseigné quand J'ai cheminé sur terre. C’est pourquoi ils n’apprécient pas cette parole de la façon dont ils devraient le faire.... c’est à dire comme étant la manifestation de Ma volonté qui exige des hommes l'accomplissement de Mes commandements.... d’aimer Dieu et le prochain.

S’ils ne reconnaissaient que ces deux commandements que J’ai Moi-même donnés aux hommes en s'efforçant de vivre sur la terre selon ces deux commandements, bientôt ils entendraient à coup sûr la justesse et la vérité de toutes les autres instructions mises par écrit, sur Mon ordre, par Mes disciples.... Mais ils ne vivent pas dans l’amour, aussi leur manque-t-il l'intelligence pour tout ce que contient l’Ecriture. Et c’est pourquoi ils mettent en doute son origine, ils ne Me reconnaissent pas comme étant l’Auteur de la Parole qui Me rend témoignage. Cependant, ils doivent quand même être instruits de Ma parole, ils doivent connaître Ma volonté et donc être instruits directement au sujet de Celui Qui S’exprime de façon variée....

Qu'ils sachent que de tout temps, il M’est possible d’envoyer Ma parole vers la terre, qu’à tout moment, J’instruis des hommes par l’esprit, comme J'ai instruit Mes disciples lorsque Je n’étais plus parmi eux dans la chair ; ils doivent savoir que le processus de la transmission de l’Esprit ne fut pas unique, qu'il n’est pas arrivé seulement à Mes disciples, mais que Je continue à déverser Mon esprit dans tout vase ouvert, qu’à tout moment J’instruis des hommes comme J’ai antérieurement instruit Mes disciples et que donc Je leur communique Ma parole qui leur transmet encore de nouveau Ma volonté de vivre dans l’amour de sorte que celui qui accomplit Ma volonté, sera guidé dans toute la vérité et il lui sera expliqué le rapport de la création avec son créateur, la destination et le but de tout ce qui est visible à l’homme, il lui sera ainsi fait cadeau d’un savoir universel qui donne à l’âme une lumière très claire et qui lui permet de trouver la voie qui mène à la vie éternelle.

En communiquant Ma parole à l’homme J’ai pour seul but que l’homme se forme à l’amour.... De même l’Ecriture n’enseigne toujours que l’amour, donc elle doit être issue de Moi-même qui suis l’Amour Eternel. Mais comme parmi les hommes l’amour s’est refroidi, ceux-ci ne sont plus capables de reconnaître la valeur profonde de ce qui est écrit ; ils sont aveugles en esprit et manquent de toute faculté de juger. C’est pourquoi il faut de nouveau qu’ils soient confrontés à des témoins vivants de Ma Parole qui ne leur apporteront rien de nouveau, mais réaffirmeront l’ancien avec la force de la conviction, et pourront prouver de nouveau que l’amour est le premier commandement que J’exige d’accomplir, et que tout savoir supplémentaire, et particulièrement la connaissance sublime de la vérité ne procède que de l’amour.... La diffusion de Ma parole doit être renforcée de nouveau, car Je redis à Mes disciples que J’ai choisis Moi-même: «Allez, faites de toutes les nations des disciples....» Car il faut que les hommes entendent Mon évangile, il faut qu'ils sachent qu'ils n'ont pas le droit de répudier l'Ecriture, qu’elle contient la vérité que J’ai Moi-même proclamée à Mes disciples au travers de l’esprit.... Il faut qu’ils sachent que c’est toujours et éternellement la même parole que J’envoie sur la terre et que Ma parole persistera, même si le ciel et la terre disparaissent....

Amen

Vertaler
Vertaald door: Jean-Marc Grillet