Vergelijk Kundgabe met vertaling

Meer vertalingen:

Het verlies van aardse goederen kan geestelijke schatten opleveren

Voor datgene wat u mensen aards wordt afgenomen of verboden blijft, krijgt u geestelijk een rijkelijke schadeloosstelling als u er naar streeft u geestelijk te vervolmaken. U zult nooit vergeefse geestelijke verzoeken doen, want elke geestelijk gerichte gedachte is God welgevallig en daarom ook steeds succesvol. Maar hoe dieper u mensen in de materie verstrikt bent, des te minder zijn uw gedachten geestelijk gericht en daarom moet deze materie tevoren van u worden afgenomen om uw denken te veranderen. En daarom is het steeds alleen maar als een middel ter vervolmaking te beschouwen, wanneer u gedwongen wordt van materiële goederen afstand te doen. Maar nooit zult u met lege handen vertrekken, veeleer zult u des te rijkelijker geestelijke goederen in ontvangst kunnen nemen, als u het alleen maar zou willen. U zult wel aardse materie kunnen bezitten, maar ze mag nooit de baas over u zijn. Ze moet te allen tijde opgeofferd kunnen worden, wat echter alleen gemakkelijk is wanneer de waarde van geestelijke goederen wordt ingezien. En deze waarde zult u mensen pas beseffen als u zich in aardse nood bevindt, als menselijke bijstand u niet gegeven kan worden maar altijd om geestelijke bijstand moet worden gevraagd, die dan ook als buitengewoon krachtgevend wordt ervaren.

Wat u aan aardse goederen bezit kan van u worden afgenomen, maar nooit zult u het verlies van geestelijke goederen hoeven te vrezen, als u zich gelegen laat liggen aan het bezit ervan. Het verlangen naar geestelijk bezit zal steeds worden vervuld, maar aards bezit blijft niet gegarandeerd uw eigendom. Alleen wanneer u het juist - dat wil zeggen naar de wil van God - gebruikt en dus tot zegen van uw medemensen bezig en werkzaam zult zijn, dan zal God het ook voor u zegenen en vermeerderen. Maar dan hebt u mensen u al zelf losgemaakt van de materie. U begeert ze niet meer met heel uw hart, maar werkt ermee ten bate van uw medemensen. Maar klaag niet als aards bezit van u wordt afgenomen, dan weet God waarom Hij het toelaat en ook het verlies van zulke goederen strekt u tot zegen. Want dan overlaadt Hij u met genadegaven van geestelijke aard en dan hoeft alleen uw wil bereid te zijn, ze te benutten voor eigen voltooiing en die van uw medemensen. Treur daarom nooit om materiële goederen die van u worden afgenomen. Ze zijn waardeloos voor de eeuwigheid, maar het verlies ervan kan u waardevaste goederen opleveren die u gelukkig kunnen maken, al op aarde en eenmaal in het geestelijke rijk. Wat u zich geestelijk verschaft en verzamelt, zal voor u behouden blijven en een rijkdom betekenen die onvergankelijk is. Maar wat u aan aards materiële goederen bezit, geef dat graag en met vreugde weg en ruil deze in voor geestelijke goederen, want de tijd komt, waarin alleen maar deze goederen zullen baten, waarin alles vergaat wat u heden nog uw eigendom noemt.

Amen

Vertaler
Vertaald door: Gerard F. Kotte

Verlust irdischer Güter kann geistige Schätze eintragen....

Für das, was euch Menschen irdisch genommen wird oder versagt bleibt, findet ihr geistig reichlich Entschädigung, so ihr nur danach strebt, euch geistig zu vollenden. Geistige Fehlbitte werdet ihr niemals tun, denn jeder geistig gerichtete Gedanke ist Gott wohlgefällig und daher auch immer von Erfolg. Je tiefer ihr Menschen in der Materie verstrickt seid, desto weniger aber sind eure Gedanken geistig gerichtet, und darum muß euch diese zuvor genommen werden, um euer Denken zu wandeln. Und darum ist es stets nur als ein Mittel zur Vollendung anzusehen, wenn ihr gezwungen werdet, materiellen Gütern zu entsagen. Doch niemals brauchet ihr leer ausgehen, sondern ihr könnet um so reichlicher geistige Güter entgegennehmen, so ihr es nur wollet. Ihr könnet wohl irdische Materie besitzen, doch sie darf niemals euer Herr sein, sie muß jederzeit geopfert werden können, was jedoch nur dann leicht ist, wenn der Wert geistiger Güter erkannt wird. Und diese werdet ihr Menschen erst erkennen, so ihr euch in irdischer Not befindet, so menschlicher Beistand euch nicht gegeben werden kann, geistiger Beistand aber immer erbeten werden muß, um dann auch überaus kraftspendend empfunden zu werden. Was ihr an irdischen Gütern besitzet, kann euch genommen werden, niemals aber brauchet ihr den Verlust geistiger Güter zu fürchten, so euch an deren Besitz gelegen ist. Das Verlangen nach geistigem Gut wird euch stets erfüllt werden, doch irdisches Gut bleibt nicht garantiert euer eigen, nur dann, wenn ihr es gut, d.h. im Willen Gottes, verwertet und also zum Segen eurer Mitmenschen schaffet und wirket, wird auch Gott es euch segnen und vermehren. Doch dann habt ihr Menschen euch schon selbst gelöst von der Materie, ihr begehret sie nicht mehr mit allen Sinnen, sondern arbeitet damit zum Nutzen für eure Mitmenschen. Doch klaget nicht, wenn euch irdisches Gut genommen wird, dann weiß Gott es, warum Er es zuläßt, und auch der Verlust solcher Güter ist für euch von Segen. Denn dann überschüttet Er euch mit Gnadengaben geistiger Art, und dann braucht nur euer Wille bereit zu sein, sie zu nützen zur eigenen und der Mitmenschen Vollendung. Darum trauert niemals materiellen Gütern nach, die euch genommen wurden, sie sind wertlos für die Ewigkeit; doch deren Verlust kann euch wertbeständige Güter eintragen, die euch beseligen können auf Erden schon und dereinst im geistigen Reich. Was ihr euch geistig schaffet und sammelt, wird euch erhalten bleiben und einen Reichtum bedeuten, der unvergänglich ist; was ihr aber an irdisch materiellen Gütern besitzet, das gebet gern und freudig hin und tauschet dagegen geistige Güter ein, denn es kommt die Zeit, wo euch nur diese Güter nützen werden, wo alles vergeht, was ihr heut noch euer eigen nennt....

Amen

Vertaler
This is an original publication by Bertha Dudde