Vergelijk Kundgabe met vertaling

Meer vertalingen:

Her-belichaming - Lichtwezens

Wanneer u naar de zuivere waarheid verlangt zal IK u nooit aan de dwaling prijsgeven. En waar het u aan de juiste kennis ontbreekt en u zich een verkeerde voorstelling maakt, daar zal IKZelf u opheldering verschaffen - omdat IK niet wil dat uw denken fout is.

U bent weliswaar maar een korte tijd als mens op deze aarde, maar toch is deze tijd niet te kort om zalig te kunnen worden - want u kunt tijdens uw aardse leven uw wezen geheel veranderen. U kunt de eigenliefde, die in het begin van uw aardse leven nog sterk ontwikkeld is, totaal afleggen, en veranderen in onzelfzuchtige naastenliefde. U bereikt daardoor een graad van geestelijke rijpheid die het u mogelijk maakt om de sferen van het Licht binnen te gaan, zodat u dus zalig bent.

Maar toch is de graad van zaligheid in het geestelijke rijk zeer verschillend, naargelang de aard van de ziel, in welke mate zij geschikt is om de uitstralingen van licht in zich op te nemen, die haar direct beroeren, die van MIJ uitgaan en dus ook Mijn tegenwoordigheid vereisen, wat vereniging met MIJ betekent, die echter alleen kan plaatsvinden met een wezen dat zich tot liefde heeft omgevormd. Zodoende zal de graad van liefde ook de graad van zaligheid bepalen. De mens kan dus al op aarde deze graad van liefde bereiken en als een waar kind van MIJ van deze aarde scheiden, en dan is onbegrensde zaligheid zijn lot. Hij kan echter deze volmaaktheid ook nog niet bereiken, en toch door werken van liefde op aarde zijn ziel ontvankelijk maken om licht te kunnen ontvangen.

Dan heeft hij dus de aardse levensproef doorstaan omdat zijn wil zich tot MIJ keerde, wat hij MIJ door werken van liefde bewezen heeft. Het lichtrijk neemt nu zijn ziel op, waar zij zich nu verder kan ontwikkelen. Maar zij zal nooit die graad bereiken die een op aarde ernstig naar volmaaktheid strevend mens bereiken kan, omdat diens ziel door MIJ vastgepakt wordt en Mijn Lichtuitstraling geen weerstand meer ondervindt omdat zij door de liefde gekristalliseerd is, en Mijn Licht haar nu geheel en al kan doorstralen.

Nu kunt u begrijpen dat aan deze graad van zaligheid alleen één aards leven ten grondslag kan liggen, anders zou de verdienste beperkt zijn en moest dus het loon verminderd worden. U moet begrijpen dat de verbinding met MIJ reeds op aarde gemaakt moet worden, in geheel vrije wil en met inspanning van alle krachten. Dat juist die zaligheid Mijn gave aan u is voor de totale overgave aan MIJ, die IK dan ook met Mijn onverdeelde Liefde beloon. Dat maakt ook duidelijk dat het een daad van onrechtvaardigheid van MIJ zou zijn, wanneer IK het gelijke loon aan die zielen geven zou die het aardse leven niet op dezelfde wijze benut hebben.

Ieder mens heeft recht op allerlei mogelijkheden om tot voltooiing te komen, hem staan alle hulpmiddelen ter beschikking en hij kan om genade vragen - ofwel ze in elke hoeveelheid benutten. Bij het juiste gebruik van zijn wil kan ieder mens zijn doel bereiken en tot voltooiing komen, omdat alleen een zich omvormen tot liefde verlangd wordt en ieder mens liefde beoefenen kan als hij dat maar wil. IK verlang van u mensen waarlijk niets wat u niet volbrengen kunt, omdat u toch altijd dat ene ter beschikking staat, nml. de hulp door JEZUS CHRISTUS, die daarin bestaat dat de juist gerichte wil versterking ervaart om in onzelfzuchtige goede daden te worden omgezet. U, mensen zou allen zalig kunnen worden als u het maar wilde, derhalve moet de goede wil ook overeenkomstig beloond worden. Zo'n ziel moet dus in het geestelijke rijk anders beloond worden dan een die nalatig was tijdens het aardse leven in het opvoeden van zichzelf, die het streven naar volmaaktheid niet zo ernstig nam. Zo'n ziel moet begrijpelijkerwijs in een andere graad van rijpheid staan, ofschoon zij ook zalig genoemd kan worden. Zij heeft zich uit de duisternis opgewerkt uit een toestand van onwetendheid tot een ontvangeres van licht, al is het dan in mindere mate.

De ziel kan dus in het geestelijke rijk stijgen tot steeds groter zaligheid, want de uitstraling van licht die zij voortdurend ontvangt, verhoogt haar lichtgraad. Daardoor wordt duidelijk dat een reïncarnering op aarde met als doel tot rijpheid te komen onnodig en ook nutteloos zou zijn in zoverre, dat aan de ziel de herinnering aan vroeger ontnomen moet worden. Want weer zou dan alleen de vrije wil beslissend zijn die zich echter net zo goed naar beneden zou kunnen wenden, waardoor de reeds bereikte lichtgraad in gevaar zou zijn. Daarentegen behoudt de ziel in het geestelijke rijk wat zij eenmaal bezit, en waarmee zij zeker van succes kan werken.

De terugkeer van een lichtwezen naar de aarde om een bepaalde missie te vervullen is een daad van allergrootste liefde en barmhartigheid, want voor een vrijgeworden ziel lijkt het leven "in het vlees" ondraaglijk - zodra zij maar een glimp van inzicht bezit. Maar een wezen dat zo onvolmaakt de aarde verlaat dat het zich in de diepste duisternis bevindt, is nog wel in de nabijheid van deze aarde, maar meestal onbewust van zijn verloren lichamelijk leven. Zijn verlangen naar de materiële goederen van deze wereld is nog geweldig groot, maar zo’n wezen weer op de aarde terug te plaatsen zou waarlijk noch wijs - noch liefdevol zijn, want zijn wil zou ook nooit een hogere ontwikkeling nastreven. De zucht naar het stoffelijke moet overwonnen worden, wat echter op aarde heel veel moeilijker is dan in het geestelijke rijk. Daar kan het wezen de onwerkelijkheid van de materie beseffen, en een vrijkomen ervan betekent al een begin van een vooruitgang omhoog.

Een wezen met maar een zwakke glimp van inzicht voelt zich in zijn geestelijke toestand bovenmate zalig, en het verlangt nooit meer naar de keten van het aardse leven terug. Een sprankje inzicht te hebben, betekent reeds een geringe kennis te bezitten volgens de waarheid, en dit bezit maakt het wezen al zalig omdat het met zijn geestelijke rijkdom kan werken. De liefde spoort het wezen dus aan om van zijn bezit aan die zielen te geven die in nood zijn, want elke daad van liefde vermeerdert het toestromen van licht en kennis - en verhoogt de zaligheid. Zo'n wezen geeft nooit meer z'n vrije geestelijke toestand op om naar de aarde terug te keren, het beseft dat het in het geestelijke rijk hogerop kan klimmen en dat zijn activiteit daar nodig is.

Belichaamt zich daarentegen een lichtwezen op de aarde dan is dat een daad van de grootste liefde en barmhartigheid, waartoe reeds een hoge graad van liefde behoort. Want hier gaat het om hulpverlening aan dwalende- en in grote duisternis van geest verkerende mensen, die een buitengewone hulp nodig hebben om niet in de diepte weg te zinken.

Zo'n belichaming kan het lichtwezen het kindschap GOD's bezorgen, de hoogste graad van volmaaktheid, die alleen in het leven op aarde bereikt kan worden. Die ziel gaat dezelfde weg in het vlees met alle bekoringen van de kant van de duisternis. Van haar vroegere rijpheid heeft ze geen enkel voordeel, alleen is een geheel wegzinken in de diepte onmogelijk, omdat zij onder de bescherming van de geestelijk volmaakte zielen staat, die haar wel helpen maar haar wil toch niet dwingen.

Zij moet als mens worstelen en strijden en zij heeft geen enkele herinnering aan vroeger. Zij moet een leven van liefde leiden om nu de medemensen als leider te dienen. Het aardse lot van zo'n ziel zal veel zwaarder zijn, maar zij bereikt het doel, omdat de liefde haar bewoog om de gang over de aarde te gaan. De liefde is de kracht die alles overwint, die alles bereikt en daar ze de vereniging met de eeuwige LIEFDE Zelf betekent - ook altijd bij MIJ steun zal vinden.

Amen

Vertaler
Vertaald door: Gerard F. Kotte

La reencarnación.... seres de luz.... la misión....

Nunca os dejaré caer en la equivocación si estáis pidiendo por la verdad. Y donde os falta el reconocimiento correcto, donde tenéis una imagen falsa, allí Yo os paso la aclaración, porque no quiero que vuestros pensamientos sean falsos.

Solo estais pasando poco tiempo por la tierra como hombre, pero el tiempo tampoco es tan corto para no poder ser bendito. Durante vuestra estancia en la tierra podéis cambiar el ser por completo, podéis superar totalmente el amor egoísta que al principio de vuestra vida terrenal es bastante fuerte en vosotros y transformarlo en amor altruista al semejante y vais a conseguir un grado de desarrollo que os permite la entrada a la esfera de la luz a que seáis felices.... Pero el grado del desarrollo en el reino espiritual es muy diferente según la consistencia del alma, hasta el punto que es capaz de recibir los rayos de la luz que le tocan directamente, que salen de Mi y que necesitan Mi presencia y que significa la unión conmigo y que solo puede tener lugar con un ser que se ha transformado en amor. Entonces el grado del amor determina el grado de la bendición.... El hombre puede llegar de muy buen modo a este grado de desarrollo ya en tierra y salir de ella como un hijo Mío auténtico. Entonces su destino es una felicidad interminable. Pero es posible que no llegue a esta perfección, pero por actos de caridad en tierra hacer susceptible a su alma frente la luz. Así ha aprobado la prueba de la vida terrestre de manera que su voluntad se ha acercado a Mí y lo ha aprobado por actos de caridad. El reino de la luz acepta a su alma y donde puede seguir desarrollándose hacia arriba, pero nunca llegará al grado que pueda obtener un hombre que anhela seriamente la perfección ya en tierra, porque su alma le adapto Yo y Mi flujo de luz no encuentra obstáculos, porque el alma se ha cristalizado por el amor y Mi luz lo puede atravesar por completo. Y ahora podéis entender que el grado de la bendición solo puede tener una vida terrestre como condición previa, el mérito sería disminuido y también el sueldo debería disminuirse. Entendeis que la unión conmigo se tiene que encontrar en voluntad plena ya en tierra bajo la concentración de toda la fuerza y que justamente la bendición es la recompensa por la sumisión completa a Mi y que recompenso Yo con Mi amor entero. Sería una injusticia Mia si diera la misma recompensa a las almas

que no aprovechan la vida terrestre de modo.... (12 de octumbre 1949) Cada hombre tiaene las mismas posibilidsades para el desarrollo, tiene todos los medios de ayuda, puede pedir por gracia y aprovecharla de cualquier modo y con el provecho auténtico de su voluntad cada hombre puede llegar a la meta de la perfección, porque solo se pide la transformación en amor y cada hombre puede dar amor si está dispuesto.... Seguramente no pido a los hombres cosas que no pueden realizar, porque tenéis una cosa a mano: la ayuda de Jesucristo que consiste en el fortalecimiento de la voluntad bien dirigida para que se pueda realizar. Todos los hombres pueden ser benditos, solo tenéis que quererlo.... Entonces la voluntad bien dirigida tiene que obtener recompensa, el alma se tiene que considerar de otra manera en el reino espiritual que aquello que fue dejada en la vida terrestre en su autoeducación y que fue poco interesada en la búsqueda de la perfección. Y a consecuencia aquel alma tiene que moverse entendiblemente en otro grado de luz, aunque se puede llamar igualmente bendito, porque se ha levantado de la oscuridad, del estado de la ignorancia total, porque se ha convertido en un recipiente de la luz, pero de menor grado....

En el reino espiritual el alma puede llegar a una bendición cada vez más grande, porque la radiación de la luz que recibe constantemente, aumenta el grado de la luz y de allí se explica que una reencarnación en la tierra con el reto de madurar es innecesario y también inútil, porque al alma se tiene que quitar la memoria de la vida pasada para obtener una voluntad libre y que se puede desarrollar igualmente hacia abajo y poner en peligro el grado de la luz ya conseguido; al contrario se mantiene en el reino espiritual lo que se ha conseguido una vez y se puede trabajar con esto con éxito seguro. La vuelta de un ser luminoso a la tierra es una misión con un acto de mayor amor y caridad, porque la vida carnal se parece insoportable para cada alma ya liberado anteriormente en el momento de un reconocimiento ligero. Un ser imperfecto que deja atrás la tierra y que se encuentra en la oscuridad más profunda, se encuentra en las cercanías de la tierra, pero la mayoría de las veces inconsciente de su vida corporal perdida. Su anhelo por bienes materiales es enorme, pero volver aquel ser al mundo, no sería sabio ni cariñoso, porque su voluntad no se desarrollaría nunca hacia arriba, porque primero se tiene que superar la gula hacia los bienes materiales y lo que es mucho más difícil en la tierra que en el reino espiritual donde el ser puede contemplar la irrealidad de la materia y soltarla significa el comienzo del ascenso hacia arriba. Un ser con la intensidad de luz y entendimiento muy bajo se siente muy cómodo en su estado espiritual y no pide de nuevo por las ataduras de la vida terrestre. Tener un grado de luz bajo significa obtener un conocimiento rebajado de la verdad, pero su posesión ya le hace feliz, porque puede trabajar con su riqueza espiritual.... el amor le empuja a repartir su bien a almas que están con necesidad. Aquel ser nunca dejaría su estado espiritual libre para volver a la tierra, porque reconoce que puede subir en el reino espiritual y que su tarea hace falta....

Pero si se encarna un ser luminoso en la tierra, es un acto de amor y caridad muy grande y para esto hacer falta un grado mayor de luz, porque vale para un acto de ayuda para hombres que andan por mal camino o en oscuridad muy grande y que necesitan ayudas inusual para no caerse a la profundidad. Un tal regreso le puede traer al ser la filiación divina.... el mayor grado de perfección y que sólo se puede ganar en la tierra; porque el alma anda el mismo camino en la carne con todos sus obstáculos por parte de la oscuridad. No tiene ningún privilegio por la madurez anterior y una caída completa a la profundidad puede tener lugar, porque está bajo protección de almas perfectos que le ayudan, pero que no intervienen en su voluntad libre. Tiene que luchar como hombre y está sin memoria ninguna. Tiene que vivir una vida en caridad para servir a los semejantes como guía. El destino terrestre para estos almas es mucho más difícil, pero llegan a su meta, porque el amor le ha animado para otro paso por la tierra y el amor es una fuerza que gana contra todo, que consigue todo y como significa la unión con el mismo amor eterno, siempre encontrará apoyo Mío....

Amén

Vertaler
Vertaald door: Bea Gato