Het is een toestand van de grootste gelukzaligheid, waarin de wezens zich bevinden, die het aangezicht van God mogen zien en deze toestand valt de mens op aarde ook niet te beschrijven, omdat aardse vergelijkingen niet gemaakt kunnen worden en de menselijke woorden te gering zijn om deze heerlijkheid bij benadering te kunnen beschrijven. Het is een toestand van de hoogste tevredenheid met zichzelf. Het is een gevoel van geborgenheid in de Heer. Het is een nooit te beschrijven staat van helderheid, die deze wezens de nabijheid van God laten voelen. En de aanwezigheid van God is het summum van de hoogste gelukzaligheid in eindeloos vele gradaties.
Het oog van de Heer rust in eindeloze mildheid, goedheid en liefde op de Hem toegenegen schepselen en alle engelen van de hemel zweven om Hem heen en degene die God ziet, is te midden van deze schare zalige geestelijke wezens en wordt met eindeloze liefde verzorgd door de wezens, die het aangezicht van God mogen zien. De liefde van de Heer geeft Hemzelf aan Zijn mensenkinderen tot geschenk.
De zielen die voortdurend de goddelijke waarheid uit de onuitputtelijke bron mochten putten, zullen al heel spoedig het geluk van het aanschouwen van Christus mogen genieten, want ze zijn ingewijd in het goddelijke werkzaam zijn in liefde en het lijkt hen niet onmogelijk dat God Zelf Zich aan het wezen in het hiernamaals laat zien. Het valt alleen voor niemand goed te begrijpen, hoe deze daad plaats kan vinden, maar dat het bestaat, daarvoor zullen bewijzen gegeven kunnen worden door deze diepgelovige mensen, die nog een missie als taak hebben en die door hun wil om God te dienen de liefde van God verworven hebben.
En dezen zullen jullie mensen onderwijzen en hun beschrijven, wat ze aan indrukken uit het geestelijke rijk opgenomen hebben. In hen zal de gave om de juiste woorden te gebruiken aanwezig zijn en het zal de mensen duidelijk worden, dat alles vervuld wordt, wat in woord en geschrift verkondigd is. “U zult God zien van aangezicht tot aangezicht”.
Amen
VertalerE’ uno stato della più alta Beatitudine, nel quale si trova l’essere di poter contemplare il Volto di Dio, e questo stato non può essere descritto agli uomini sulla Terra, dato che non possono essere apportati dei confronti terreni e le parole umane sono troppo scarse, per descrivere approssimativamente quelle Magnificenze. E’ uno stato della più alta contentezza con sé stesso, è un sentimento di essere custodito nel Signore. E’ un grado di Chiarezza da poter mai più ammettere, che fa sentire a quegli esseri la Vicinanza di Dio. E la Presenza di Dio è il Simbolo della più alta Beatitudine in infinitamente tante gradazioni. L’Occhio del Signore riposa sulla creatura a Lui devota in infinita Mansuetudine, Benignità ed Amore, e tutti gli Angeli del Cielo volteggiano intorno a Lui, e colui che contempla Dio è in mezzo a questa schiera di esseri spirituali beati e viene assistito con infinito amore dagli esseri, che possono contemplare tutti il Volto di Dio. L’Amore del Signore porta Sé Stesso come Dono ai Suoi figli terreni. Le anime che potevano costantemente attingere la Verità divina dalla Fonte inesauribile, da Dio Stesso, potranno già molto presto gustare la felicità della contemplazione di Cristo, perché sono iniziati nell’Agire dell’Amore divino, ed a loro non sembra impossibile, che Dio Stesso Si mostri agli esseri nell’aldilà. Non è soltanto ben comprensibile a nessuno, come possa aver luogo questo Atto; ma che è, per questo potranno essere date delle dimostrazioni da quegli uomini profondamente credenti, ai quali spetta ancora una missione ed attraverso la loro volontà di servire Dio, hanno conquistato l’Amore di Dio. E costoro istruiranno anche voi uomini e vi daranno ciò che hanno accolto in impressioni dal Regno spirituale. In loro dimorerà il Dono per usare le giuste parole, ed agli uomini diventerà evidente, come si adempie tutto ciò che è annunciato nella Parola e nella Scrittura. “Vedrete Dio da Volto a volto.... “Amen
Vertaler