Zo is er buiten de aarde een luchtledige ruimte waarvan de bestemming is de "geestelijke partikeltjes" tegen te houden, zodat ze terugverlangen naar de vorm die ze willen ontvluchten en zich dus in de onmiddellijke nabijheid van de aarde moeten ophouden. Deze ruimte is een scheiding tussen alles wat nog in de materie vertoeft plus de materie zelf - en het buiten de materie liggende geestelijke rijk, en zal derhalve reeds zuiver uiterlijk, de aarde volledig isoleren in het wereldruim van de gehele schepping, die weliswaar op dezelfde wijze als de aarde bevolkt is, maar onder totaal andere bindend opgelegde wetten verkeert dan die de bewoners op aarde begrijpelijk zijn. Bijgevolg is het op geen enkele wijze mogelijk deze luchtledige ruimte van menselijke kant te bedwingen en door uitvindingen van welke aard dan ook passeerbaar te maken, daar juist toch de taak ervan, geestelijk opgevat, is: al het van de aarde vluchtende, weer naar de aarde terug te dringen (om een vorm van welke aard dan ook te doen leven) - aards gezien echter deze ruimte niet het voor 't menselijk leven vereiste fluïdum bevat, dat voor het lichaam van de mens onontbeerlijk is.
Een poging om de door GOD's Wil getrokken grenzen te bedwingen zal onherroepelijk het aardse einde van hem die dit toch probeert, betekenen, daar nu eenmaal alles, levende wezens en materie, alleen maar zolang levensvatbaar kan blijven als het zich bevindt in het bereik van de aarde die een zodanig leven en materie in zich draagt, daarentegen buiten deze (aarde) de elementen ontbreken die voor dit leven vereist zijn, weer vanuit door de Schepper wijs overwogen zorg voor al het geestelijke dat zijn bestemming probeert te ontvluchten en daardoor zijn louteringsweg maar eindeloos zou verlengen.
De geestelijke wereld die de luchtledige ruimte beheerst is dus in een bepaalde staat van rijpheid, waarin haar de functie is opgedragen al dit aardse af te weren. Hoe verder de wezens zich ontwikkelen, des te verantwoordelijker wordt ook hun taak, waaraan echter steeds weer het welzijn van de hun toevertrouwde wezens ten grondslag ligt en die daarom ook met ijver en liefde wordt uitgevoerd. Nooit echter zal het de mens als zodanig lukken zich een gebied ten nutte te maken dat helemaal in strijd is met de gesteldheid van de aarde en dus ook niet de geringste mogelijkheid biedt om in te leven, en alle onderzoekingen van dit gebied zullen zonder succes blijven ofwel het lichamelijke einde van de onderzoeker tot gevolg hebben.
Amen
VertalerAssim fora da Terra há um espaço sem ar, cujo propósito é banir os seres espirituais para que eles desejem retornar à forma da qual querem fugir e assim tenham de permanecer nas imediações da Terra. Esse espaço é uma separação de tudo o que ainda permanece na matéria e da própria matéria e do reino espiritual que se encontra fora da matéria e que, portanto, já puramente exterior, isolará completamente a Terra no Universo de toda a criação que, embora viva como a Terra, se move em leis de compulsão completamente diferentes das que são compreensíveis para os habitantes da Terra. Portanto, de maneira alguma é possível ao Homem conquistar este espaço sem ar e torná-lo passível de ser ultrapassado por inventos de qualquer espécie, porque a sua tarefa, tomada espiritualmente, é forçar tudo o que deixa a Terra de volta à Terra novamente. Mas, tomado por terreno, este espaço não contém o fluido necessário à vida humana, que é indispensável ao corpo humano. Uma tentativa de conquistar o limite traçado pela vontade de Deus significará inevitavelmente também o fim terreno da pessoa que tenta fazê-lo, uma vez que tudo, seres vivos e matéria, só pode permanecer viável enquanto estiver na área da Terra que abriga tal vida e matéria, mas fora dela faltam os elementos que determinam esta vida, fora do cuidado sabiamente considerado pelo Criador para com todas as substâncias espirituais que procuram escapar ao seu propósito e só prolongariam infinitamente o seu caminho de purificação. O mundo espiritual, que domina o espaço sem ar, está novamente num certo estado de maturidade, no qual a função de tal defesa contra tudo o que é terreno lhe é cometida. Quanto mais os seres se desenvolvem, mais responsável se torna a sua tarefa que, no entanto, se baseia sempre no bem-estar dos seres a cuidar e que, portanto, também é realizada com avidez e amor. No entanto, o ser humano enquanto tal nunca conseguirá fazer uso de uma área que contradiz completamente a natureza da Terra e, portanto, não oferece a mínima possibilidade de vida, e toda a pesquisa nesta área permanecerá sem sucesso ou resultará no fim físico do pesquisador....
Amém
Vertaler