Alles op aarde dient de geestelijke verdere ontwikkeling van de mens. Niets, dat niet voor dit doel geschapen is, is zichtbaar voor het menselijk oog. Alle geest uit God geeft de materie leven en dat weer alleen maar, zodat hij vrij wordt van deze materie en vanuit zichzelf hetzelfde kan scheppen en vormgeven. Zo is bijvoorbeeld de op zich wezenloze vorm pas in verbinding met het geestelijke dat, wat jullie in staat zijn te zien en het is juist pas zichtbaar, wanneer de geest intrek in de vorm genomen heeft. Want de hele uiterlijke vorm bestaat ook uit substantie, ontleend aan de geest.
Wat niet geestelijk tot leven gebracht is, kan niet bestaan. En een voortdurende verandering van de uiterlijke vorm heeft alleen maar ten doel om de verschillende geestelijke substanties te verenigen, net zo lang, tot een compleet geheel, de menselijke ziel, gevormd is. En dit geheel moet dan in zichzelf rijpen en naar volmaaktheid streven. Het aardse leven is dus als het ware de ontwikkelingsplaats van de geest. Ze is in dezelfde verhouding dat, wat ook de aardse werkzaamheid van de mens is, een voortdurende omvorming van alles, wat voor de mens weer als materie toegankelijk is.
Wanneer de ziel van de mens zich dus uit ontelbare zielensubstanties moet vormen, dan moet ook de lucht drager van het geestelijke zijn, omdat ze voortdurend aan de verlevendiging van de ziel bijdraagt en dus de uiterlijke vorm van de ziel, het menselijke lichaam, voortdurend verzorgt met de aanvoer van wat noodzakelijk is voor het leven en al het geestelijke uit de lucht wordt als het ware door het lichaam opgenomen om zich daarna met de ziel te verenigen, zodat de menselijke ziel dus eveneens groter wordt. Alle vormen op zich worden groter door juist die aanvoer van buitenaf, die zijn leven nodig heeft, maar de zogenaamde dode materie door de scheppende wil van de mens, die weer de meest verschillende geestdragers in elkaar zet en zo hieruit weer een geheel schept.
Er kan dus door, of het samenvoegen van de materie een grote geestelijke kracht werkzaam worden, of ook door het ontbinden of kleiner maken van de materie kan er geestelijke kracht vrijkomen, die nu weer in een andere uiterlijke vorm haar verblijfplaats zoekt en wel door samensmelting in kracht toeneemt. Daarom heeft elke materie één of andere bestemming in aardse zin, want als ze volledig ongebruikt zou worden gelaten, zou de geestelijke substantie in haar geen mogelijkheid hebben om in deze uiterlijke vorm te rijpen.
Amen
Vertaler이 땅의 모든 것은 인간의 영적인 성장에 이바지한다. 이 목적을 위해 만들어지지 않은 것은 인간의 눈에 보이지 않는다. 하나님으로부터 나온 모든 영이 물질을 살아있게 한다. 그렇게 하는 이유는 사람이 단지 먼저 물질로부터 자유롭게 되어야 하고, 스스로 똑같이 창조하고 형성할 수 있게 하기 위해서이다. 그러므로 예를 들어, 그 자체로 실체가 없는 형체는 오직 영적인 입자와 관련하여 너희가 볼 수 있는 것이 된다. 영의 입자가 단지 그 안에 거할 때 비로소 보이게 된다. 왜냐하면 모든 외적인 형체도 영에서 온 입자로 구성되기 때문이다.
영적으로 살아있게 하지 않는 것은 한마디로 존재할 수 없다. 외형의 끊임없는 변화는 단지 다양한 영적인 입자들이 모여져, 완전하게 모두 한 인간 혼이 형성되게 하는 목적이다. 그리고 이 전체는 자신이 성숙해져야만 하고, 온전하게 되기 위해 노력해야만 한다. 그래서 이 땅의 삶은 말하자면 영이 교육을 받는 장소이다. 이 교육 장소는 물질로서 다시 사람에게 제공되는 모든 것을 가지고 끊임없이 재구성하는 인간의 이 땅의 활동과 연관이 있다.
사람의 혼이 무수한 혼의 입자로부터 형성되어야만 한다면, 공기도 또한 영의 입자의 운반자가 되어야만 한다. 왜냐하면 공기가 사람이 지속해서 살아있도록 이바지하기 때문이다. 다시 말해 공기는 혼의 겉 형체인 육체가 지속해서 생명을 유지하기 위해 중요한 것을 공급하기 때문이다. 동시에 공기 중에 있는 영의 입자가 혼과 연합하기 위해 육체에 흡수되어, 이로써 동시에 인간의 혼이 증가한다.
모든 형체 자체는 그의 생명을 위해 필요한, 외부로부터의 공급으로 커진다. 그러나 소위 죽은 물질은 가장 다양한 영의 입자들이 모여져 있는, 이로써 하나의 전체를 형성하는 인간의 창조적 의지를 통해 증가한다. 그러므로 물질을 합하여 큰 영적인 힘이 역사하게 할 수 있다. 또는 물질을 해체하거나 적게 만들면서 큰 영적인 힘이 역사하게 할 수 있다. 영적인 힘은 이제 다시, 마찬가지로 증가한 힘이 합쳐짐을 통해 다른 겉 형체 안에 거주하려고 한다. 그러므로 모든 물질은 세상의 의미에서 어떤 목적이 있다. 왜냐하면 물질을 완전히 사용되지 않은 상태로 두면, 물질 안의 영적인 입자는 그 형체 안에서 성숙할 가능성이 없기 때문이다.
아멘
Vertaler