De bedoeling van al het wereldlijke streven is om de lasten van het leven op te heffen, een geordend, zorgeloos leven te leiden en het lichaam alle denkbare weldaden te bewijzen en op die manier van het aardse bestaan een leven vol vreugde en genot te maken. Maar wat voor het lichaam wel nuttig lijkt, is voor de ziel de ware dood. Geen macht op aarde is in staat de ziel uit dit gevaar te redden, alleen de mens zelf moet er zorg voor dragen dat de wereld geen dodelijk effect op de ziel heeft.
Er zijn zoveel gelegenheden die de mens een wenk geven dat hij zichzelf moet verantwoorden voor al zijn doen en laten. Het verstand en de wil zijn hem ook gegeven zodat hij over alles kan nadenken en uit eigen beweging ook het gevaar kan afwenden, wanneer hij er maar de wil toe opbrengt.
Zacht en bijna onmerkbaar roert zich de stem in zijn hart, die steeds luider klinkt, hoe meer aandacht eraan geschonken wordt. Deze stem is het waakzame waarschuwingssignaal dat de mens steeds opmerkzaam maakt op het gevaar. En als hij deze heimelijke aanmaning in het hart volgt, dan zal zijn ziel hem dankbaar zijn dat hij haar behoedt voor gevaar.
In geval van grote nood is de stem zo sterk dat de hele mens wordt aangegrepen door onrust en hij niet eerder vrede vindt vooraleer hij gevolg heeft gegeven aan deze stem. Want alles wat goed is in de mens, zoekt verbinding met de goede geestelijke kracht. En deze kracht probeert wederom gehoor te krijgen in het menselijke hart opdat het verstand de wil aanzet werkzaam te worden.
Zo komen er dagelijks waarschuwingen en aanmaningen van boven aan alle mensen toe. En degene die deze goed begrijpt en ze navolgt, die hoeft niet te vrezen dat hij aan de geestelijke dood ten prooi zal vallen. Maar als de mens zich afzondert en door aanhoudende afwijzing deze stem tot zwijgen brengt, dan zal de bijstand van waarschuwende geestelijke wezens steeds geringer worden. Het innerlijke oor zal de stem niet vernemen, de buitenwereld zal deze stem met haar roep overstemmen. Er zal gevolg gegeven worden aan de verlokkingen en de ziel zal daardoor onzegbaar leed berokkend worden.
Want het hulsel dat haar omgeeft en waaruit ze zich tracht los te maken, zal steeds dichter en minder doordringbaar worden. Spoedig zal er geen enkele gedachte aan de geestelijke wereld meer zijn en de aardse weg zal zonder licht zijn ondanks al de glanzende pracht van buiten. Want de kern van de ziel blijft zonder geestelijke voeding en moet steeds maar het verlangen van het lichaam volgen. En zo verwijdert de mens zich steeds verder van de waarheid en hij heeft spoedig geen enkele verbinding meer met alles wat zuiver geestelijk is en wat tot de verheffing van de ziel in de lichtregionen zou kunnen bijdragen.
Het lichamelijke omhulsel van de mens is door en door materieel geworden. Ze zoekt opsmuk en prullaria, ze is behaagziek en probeert aan alles de bekoorlijkheden van het leven te ontlokken. Ze stimuleert de geest van de hoogmoed, wil heersen en ze is steeds afkerig van de ware opgave. Deze houding kan haar in een opgewonden toestand plaatsen. Ze vindt alle woorden van afwijzing en ze neigt ertoe een muur op te richten tussen elke geestelijke eis die aan haar gesteld wordt en het aardse verlangen dat de mens veel liever vervult, omdat het nuttig voor het lichaam lijkt. En hij heeft steeds maar die ene intentie, het voortleven van de ziel te ontkennen om daarmee van elke verantwoording voor de tijd van het aardse leven ontheven te zijn en een des te grotere aanspraak op het genot van de wereld te hebben.
En talloze mensen zijn tegenwoordig ten prooi gevallen aan zulke verkeerde opvattingen. Alle pogingen om hen te overtuigen en hun gedachten op de eeuwigheid te richten, mislukken. En alleen een grote nood kan nog een vruchtbaar effect hebben wanneer dit niet ook dan nog eerder tot verstoktheid aanzet en de mensen zich totaal willoos naar de afgrond laten drijven.
Jullie zullen het aan de bedrukking van de enkelingen moeten herkennen, welke weg velen moeten gaan, opdat ze week en gewillig worden en zich deemoedig aan de Schepper onderwerpen. Al het lijden zal van hen afgenomen worden wanneer ze zich diep gelovig aan de hoede van de Vader toevertrouwen. Maar het aardse lot zal hen steeds zwaarder belasten wanneer ze verder verstokt blijven en de erbarmende hand van de Vader niet willen vastgrijpen. Alleen lijden maakt gewillig en alleen door lijden zal de mens verstandig worden. Want al de vervullingen van het verlangen leiden hen slechts af van de enige weg die naar de Vader voert.
De mens moet zich buigen en in diepste deemoed opkijken naar de hemelse Vader. Dan pas kan hij deel krijgen aan de genade die de Vader hem toevoert. Want God wil aan iedereen geven als hij maar het verlangen heeft de gaven van de Heer te ontvangen.
Amen
VertalerLe sens de tous les efforts terrestres consiste à réduire les fatigues de la vie, de mener une vie insouciante, sans préoccupations et d’apporter au corps tous les avantages imaginables et ainsi l'existence terrestre est une vie pleine de joie et de jouissances. Mais ce qui semble utile pour le corps est pour l'âme une vraie mort. Aucun pouvoir du monde ne peut sauver l'âme de ce danger, uniquement l'homme doit pourvoir pour que le monde n'ait pas un effet mortel pour l'âme. Il y a ainsi de nombreuses occasions qui donnent à l'homme une indication, il doit répondre lui-même de tout ce qu’il a fait ou omis de faire. Il lui a été donné l'esprit et la volonté de sorte qu’il puisse réfléchir sur tout et éviter le danger inhérent à ses tendances mondaines, si seulement il en a la volonté. Dans son cœur la voix se fait à peine entendre et presque imperceptiblement elle résonne toujours plus fort plus il lui est porté d’attention. Cette voix est un vigilant signal d'avertissement qui rend l'homme toujours attentif au danger, et s'il suit ce secret avertissement du cœur, son âme lui en sera reconnaissante et le protègera du danger. En cas de grande misère la voix est si forte que tout l'homme est saisi d'inquiétude et n'arrive pas à la paix avant qu'il ait suivi cette voix, parce que tout ce qui est bon dans l'homme, cherche l’union avec la bonne Force spirituelle, et celle-ci cherche à son tour à se procurer écoute dans le cœur de l'homme, pour que l'esprit stimule sa volonté à être actif. Ainsi à tous les hommes arrivent quotidiennement des Avertissements et des Admonestations qu’il comprend bien et s’il les suit, il n'a pas à craindre de tomber dans la mort spirituelle, mais si l'homme s’isole et fait taire cette voix par un refus continuel, l'assistance des êtres spirituels qui l'avertissent deviendra toujours plus faible, l'oreille intérieure n’entendra pas leur voix, le monde extérieur couvrira celle-ci avec ses appels, il sera donné suite à ses séductions et cela causera une indicible souffrance à l'âme. Parce que l'enveloppe qui l'entoure et dont elle cherche à se libérer, deviendra toujours plus épaisse et impénétrable, bientôt il ne lui arrivera plus aucune pensée du monde spirituel, et la route terrestre deviendra toujours plus sombre malgré tout le faste scintillant provenant de son extérieur. C’est pourquoi le noyau de l'âme reste privé de Nourriture spirituelle et doit toujours seulement épauler le désir du corps, et ainsi l'homme s'éloigne toujours davantage de la Vérité et il n'a vite plus aucune liaison avec tout ce qui est purement spirituel et qui pourrait contribuer au rétablissement de l'âme dans des régions de Lumière. L'enveloppe corporelle de l'homme est devenue complètement matérielle, elle cherche des ornements et des futilités, elle est avide de plaire et cherche à se gagner tous les charmes de la vie, elle stimule les esprits à l'arrogance, elle veut dominer et a toujours en horreur sa vraie tâche. Cette attitude peut la mettre dans un état d’excitation, elle cherchera tous les mots de refus et aura tendance à ériger un mur devant chaque sollicitation spirituelle qui lui est adressée et elle préférera se tourner vers le désir terrestre auquel l'homme aspire plus volontiers, parce qu'il lui semble qu’il convient mieux au corps. L’homme a toujours la volonté de renier la continuité de la vie de l'âme après la mort du corps, pour être ainsi exonéré de toute responsabilité pour le temps de la vie terrestre et d'avoir droit à la jouissance du monde. Un nombre infini d’hommes sont tombés dans de telles opinions erronées, toutes les tentatives de les convaincre et de tourner leurs pensées vers l'Éternité ont échoué, et seulement une grande misère peut encore apporter du fruit, si cela ne les pousse pas vers encore plus d’obstination et s’ils ne se laissent pas pousser totalement sans volonté à la rencontre de l'abîme. A travers l'oppression des individus vous serez amené à reconnaître quelles voies certains doivent parcourir pour devenir souples et malléables et se soumettre humblement au Créateur. Chez eux toute souffrance disparaitra dès qu’ils se mettront profondément croyants sous la Garde du Père, mais le sort terrestre les frappera toujours plus difficilement s'ils continuent à rester obstiné et ne veulent pas saisir la Main poignante du Père. Seule la souffrance rend malléable, et seulement à travers la souffrance l'homme arrive à la raison, parce que chaque accomplissement de ses désirs le porte seulement plus loin sur la voie qui est l'unique à mener au Père. L'homme doit se plier et regarder avec une très profonde humilité le Père céleste, seulement alors il peut avoir une part de la Grâce et voir le Père se porter à sa rencontre, parce que Dieu peut donner à chacun si seulement il a le désir de recevoir les Dons du Seigneur.
Amen
Vertaler