Vergelijk Kundgabe met vertaling

Meer vertalingen:

Lijden (noodzaak) - Goddelijke wil boven de macht van het kwade

Laat de Heer te allen tijde heersen. Hij zal het juist doen. De vele wonderen in de natuur geven jullie er getuigenis van dat er nergens iets kan veranderen, tenzij door de wil van God. En zoals het wat betreft de groei van planten, dieren en mensen eeuwig en altijd hetzelfde zal blijven, zo zal God ook alle gebeurtenissen zo weten te sturen dat ze steeds aan een doel beantwoorden en zo de mensheid steeds op een bevorderlijke wijze zullen dienen, of ze nu schijnbaar goed of slecht zijn.

Zo heeft de hemelse Vader zich het recht voorbehouden de mensen zonder uitzondering lijden toe te bedelen en Hij voert daardoor voor hen slechts een werk van liefde uit. Jullie mensen vatten dat niet. Want jullie zien slechts de droevige momenten die dit lijden jullie bezorgt, maar niet de vaak aanzienlijke verandering van de ziel, die een gevolg is van dit lijden. Als jullie je dit indenken, dan kan één enkel ogenblik genoeg zijn om in het lijden de Heer aan jullie te openbaren. Jullie zullen plotseling kunnen begrijpen dat jullie een langdurig tasten in de duisternis bespaard blijft door een dag van leed. En jullie zullen deze grote zegen moeten herkennen. Probeer daarom allereerst de noodzaak van zulke beproevingen in te zien, dan zullen ze jullie ook niet meer zo bedrukken en belasten. De Heer zegent je immers en geeft je kracht.

Kijk, in het ganse heelal is er maar één wil. Er zijn geen twee heersende machten, goed en kwaad, die in de oneindigheid regeren, maar de macht van de eeuwige Godheid is onbegrensd en heerst ook over de duisternis. Voor de wereldwijze lijkt de inwerking van goed en kwaad van gelijke kracht en sterkte te zijn. Ja, hij wijst zelfs de mogelijkheid af dat het goede ooit de zege zou kunnen behalen en hij aanvaardt zodoende de macht van het kwade als overheersende macht.

In deze wereld op aarde is het kwade weliswaar zo overheersend sterk vertegenwoordigd, dat het gevaar zeer groot is volledig te zegevieren over de mensen, maar in tijden van hoge nood is de werkzaamheid van de Godheid erop bedacht, in de mens een plotseling inzicht in het kwade te wekken. En dit breekt de werkzaamheid van een dergelijke macht van de duisternis. God heeft de mens de vrije wil gegeven en deze wil wendt zich helaas veel te vaak naar het kwade toe.

Maar de werking van de kracht van de Liefde is toch sterker dan de kracht van de haat van de onderwereld. En zo zal de menselijke ziel, ook zonder dwang, niet volledig ten prooi vallen aan de vijandelijke macht.

Elke goede daad brengt oneindig meer zegen teweeg dan de daad vanuit haat kan teweegbrengen voor de ondergang van de ziel. En aangezien de goddelijke Liefde het hele heelal omvat, kan het nooit ofte nimmer volledig in handen van de tegenstander vallen. En ook al duurt de strijd duizenden jaren en eeuwigheden, de Liefde zal de vijand steeds de zielen ontworstelen. En elk hart dat in zonde en duisternis vertoeft, zal door het vuur van de Liefde gelouterd worden, als het maar de wil opbrengt om van de duisternis naar het licht over te gaan.

Amen

Vertaler
Vertaald door: Gerard F. Kotte

Leid (Notwendigkeit).... Göttlicher Wille über der Macht des Bösen....

Lasset den Herrn walten jederzeit, Er wird es recht machen.... Die vielen Wunder in der Natur geben euch ein Zeugnis davon, daß nirgends sich etwas verändern kann, es sei denn durch Gottes Willen.... Und so, wie immer und ewig das gleiche bleiben wird, was das Wachstum der Pflanzen, der Tiere und der Menschen anbelangt, so wird auch Gott alle Geschehnisse so zu lenken wissen, daß sie immer einem Zweck entsprechen und so, ob scheinbar gut oder böse, immer fördernd dienen werden der Menschheit. So hat sich der himmlische Vater vorbehalten, ohne Ausnahme die Menschen mit Leid zu bedenken, und tut dadurch an ihnen nur ein Werk der Liebe.... Ihr Menschen fasset das nicht, denn ihr sehet nur die trüben Stunden, die euch dieses Leid bereitet, aber nicht die oft namhafte Änderung der Seele, die eine Folge dieses Leides ist.... Bedenket ihr dieses, so kann ein einziger Augenblick genügen, um euch im Leid den Herrn zu offenbaren.... ihr könnet plötzlich verstehen, daß euch langwährendes Tappen in Dunkelheit erspart bleibt durch einen Tag des Leidens.... Und ihr müsset dessen großen Segen erkennen. Darum suchet, vor allem einzusehen die Notwendigkeit solcher Prüfungen, dann werden sie auch nicht mehr so drückend euch belasten.... Der Herr aber segne dich und gebe dir Kraft....

Siehe, im weiten Weltenraum gibt es nur einen Willen.... Nicht zwei herrschende Gewalten, Gut und Böse, regieren in der Unendlichkeit, sondern die Macht der ewigen Gottheit ist unbeschränkt und gebietet auch über die Finsternis.... Dem Weltweisen erscheint die Einwirkung von Gut und Böse von gleicher Kraft und Stärke.... ja, er weiset sogar von sich, daß das Gute je den Sieg davontragen könnte, und erkennt somit die Macht des Bösen als vorherrschend an.... In dieser Welt auf Erden ist zwar das Böse so stark vorherrschend vertreten, daß die Gefahr sehr groß ist, völlig zu siegen über die Menschen. Doch in Zeiten der höchsten Not ist das Wirken der Gottheit darauf bedacht, in den Menschen ein plötzliches Erkennen des Bösen zu wecken, und dies bricht die Gewalt solcher Macht der Finsternis. Gott hat dem Menschen den freien Willen gegeben, und dieser wendet sich leider viel zu oft dem Bösen zu. Aber die Kraft der Liebe ist doch stärker in ihrer Wirkung als die Kraft des Hasses der Unterwelt.... Und so wird, auch ohne Zwang, die menschliche Seele nicht völlig in den Bann feindlicher Macht verfallen. Jede gute Tat löst unendlich mehr Segen aus, als die Tat des Hasses vollbringen kann an seelischem Untergang.... Und wo die göttliche Liebe umfängt das ganze Weltall, kann nie und nimmer dieses der Macht des Gegners restlos verfallen.... Und wenn das Ringen Jahrtausende und Ewigkeiten währt.... immer wird die Liebe dem Feind die Seelen abringen, und geläutert wird durch das Feuer der Liebe jedes in Sünde und Finsternis weilende Herz, so es nur den Willen aufbringt, aus der Finsternis ins Licht überzugehen....

Amen

Vertaler
This is an original publication by Bertha Dudde