Bron: https://www.bertha-dudde.org/nl/proclamation/8500
8500 De dag die is voorbestemd voor het einde wordt niet verschoven
18 mei 1963: Boek 89
De dag is niet ver meer die Mijn Wijsheid heeft vastgesteld om een verandering tot stand te brengen op de aarde, die alleen nog maar dient als woonplaats voor een materiële mensheid, waarop echter geen aanspraak wordt gemaakt als geestelijk scholingsoord. De dag is niet ver meer, waarop Mijn Wil een werk zal gaan verwezenlijken dat een volledige verandering van het scheppingswerk aarde in zijn uiterlijke vorm ten doel heeft, dat een vernietiging van al het leven in, op en boven de aarde en ook van alle bestaande scheppingswerken betekent. Want Mijn heilsplan is van eeuwigheid af voorzien en IK houd ME aan de tijd die IK in Mijn Wijsheid als noodzakelijk inzag om voor het geestelijke weer nieuwe mogelijkheid te scheppen om rijp te worden. En u, mensen zult MIJ niet kunnen overhalen van dit plan af te zien of een tijdelijk uitstel te verlenen, want IK weet en wist sinds eeuwigheid in welke geestelijke gemoedsgesteldheid de mensheid zich in deze tijd bevindt, die juist ook een totale verandering, een geven van een nieuwe vorm vereist aan al het geestelijke dat zich op de terugweg naar MIJ bevindt.
En daarom zijn ook Mijn voorspellingen letterlijk te nemen, dat u niet meer moogt rekenen op een lange tijd, dat u het aangekondigde einde niet in de toekomst zult mogen verplaatsen, want eens wordt ook de toekomst tegenwoordige tijd en deze tijd is gekomen., U, mensen zult ook zelf (bij goede wil= opm.v/d uitgever) aan alle gebeurtenissen in de wereld en om u heen kunnen zien dat het geestelijk lage niveau van de mensen bijna niet meer erger kan en ook daarin zult u de reden van een nabijzijnd einde moeten inzien, want alles is buiten de ordening getreden, er is een stilstand in de ontwikkeling van het geestelijke ingetreden als er al niet van een achteruitgang sprake is.
Daarom is het ook een valse hoop, wanneer u, mensen gelooft MIJ door gebed tot andere gedachten te kunnen brengen, zelfs al zeg IK u steeds weer dat gebeden grote kracht bezitten. Maar wat u vraagt, is steeds alleen maar een gebed vanuit eigenliefde, omdat u niet bereid bent, het leven op aarde prijs te geven en u alleen daarom bidt, dat IK de aarde moet laten bestaan om niet ook een slachtoffer van het einde te moeten zijn. Uw gebed moet alleen nog maar bedoeld zijn voor de toestand van de zielen van uw medemensen, u moet alleen voor het geestelijk rijp worden zorg dragen en voor elkaar bidden, maar er MIJ niet om vragen van een definitieve verwoesting af te zien, want die is nodig voor het nog in de scheppingen gekluisterde geestelijke, dat net als u, mensen het recht heeft opwaarts te gaan, dat het eens ook is toegelaten om de menselijke vorm aan te nemen.
Maar de mensen verspelen voor zichzelf het recht op de aarde belichaamd te zijn, daar ze zelf geen stap meer omhoog afleggen, maar veeleer weer op de diepte aansturen. En deze zielen zouden ook geen enkel voordeel hebben van een verlenging van hun bestaan op deze aarde, integendeel alleen nog dieper wegzinken en dat moet hun al belet worden, wat door een hernieuwde kluistering gebeurt, dat ze weer worden ontrukt aan Mijn tegenstander, die hen in het aardse leven als mens te zeer in zijn macht heeft.
U, mensen moet alleen voor elkaar bidden dat de zielen zich nog vóór het einde bevrijden uit zijn macht. Zo'n gebed dat in liefde ten gunste van een uwer medemensen wordt verricht, zal ook Mijn oor bereiken en worden verhoord - maar MIJ ertoe willen brengen Mijn heilsplan van eeuwigheid te veranderen, zult u niet bereiken, want IK weet toch wat dienstig is voor al Mijn schepselen en hen helpt vooruit te gaan.
Wie dus voor MIJ en Mijn wijngaard aktief wil zijn, moet op een spoedig einde als een zeker feit rekenen en nu daarmee in overeenstemming op aarde werkzaam zijn, doordat hij de liefde preekt en ook alle mensen wijst op de Verkondiger van deze goddelijke liefdeleer, op JEZUS CHRISTUS, dat ze de weg gaan naar HEM onder Zijn kruis en ze dus verlost zijn van zonde en dood, wanneer het einde is gekomen. Dan is er voor hen of een binnengaan in het lichtrijk of een geplaatst worden op de nieuwe aarde waar hun een paradijselijk verblijf verzekerd is, dat al gelijk is te stellen met het binnengaan in het lichtrijk, omdat de mensen dan de proef van hun aardse leven hebben doorstaan en vrij zijn van hun schuld. En opdat dit doel nog door veel mensen wordt bereikt, spreek IK hen steeds weer aan door u - Mijn boden op aarde, u die Mijn aanspreken direct in ontvangst neemt en ze daarheen doorgeeft waar het maar gelovig wordt opgenomen. Dit aanspreken zal niet ophouden voor het einde, want IK weet wie ervoor geschikt is, Mijn Woord te horen,(of te lezen = opm.v/d uitg.) het ook juist te gebruiken en Mijn Liefdestraal in het hart te laten binnenstromen. En dezen zullen steeds weer opnieuw getuigen dat het einde niet ver meer is, ze zullen nooit ophouden melding te maken van Mijn heilsplan en onophoudelijk wijzen op JEZUS CHRISTUS en Zijn Verlossingswerk.
Steeds weer zal IK ook de grote betekenis hiervan naar voren brengen en de mensen naar HEM DIE alleen hun redding is verwijzen, om niet in de diepste diepte neer te storten. En wie aan een einde kan geloven, zal het ook niet vrezen, want zijn geloof werd door de liefde levend en een mens die in de liefde leeft, zal ook steeds de kracht bezitten, alle stormaanvallen het hoofd te bieden die de laatste tijd hem nog zal opleveren. Want de zuivere liefde zelf is kracht, omdat door de liefde de mens met MIJ als de eeuwige LIEFDE is verbonden en omdat hun van MIJ uit voortdurend kracht toestroomt. En u allen hoeft waarlijk het einde niet te vrezen, als u maar uw best zou willen doen in de liefde te levenv Maar het ontbreekt de mensheid aan liefde en daarom zinkt ze voortdurend dieper weg en haalt ze zelf het einde naar zich toe - zoals IK het zag sinds eeuwigheid en daarom ook Mijn heilsplan wordt uitgevoerd, zoals het werd aangekondigd door woord en geschrift.
Amen
Vertaald door Gerard F. Kotte