Bron: https://www.bertha-dudde.org/nl/proclamation/8495
8495 Opheldering over herbelichaming - Jezus en verlossing
13 mei 1963: Boek 89
Een terugkeer naar de aarde met het doel te boeten voor de zondenschuld, is een volkomen onjuiste redenering, ofschoon de wet van de goddelijke gerechtigheid een vereffenen van alle schuld vereist. Er staan Mij daartoe echter vele mogelijkheden ter beschikking, zodat eens ook zeker alle schuld gedelgd zal zijn. Het wezen kan dan weer opgenomen worden in het rijk van licht en zaligheid dat voor hem door eigen schuld gesloten is. Het rijk hierna waarin de ziel na de dood van het lichaam binnengaat, beantwoordt aan haar staat van rijpheid, zodat zij zich zowel in de diepste duisternis alsook in het helderste licht kan bevinden en haar lot navenant nu ook smartelijk of heerlijk kan zijn.
En zowel de kwellingen als ook de heerlijkheden zijn onnoemelijk en kunnen u mensen ook niet beschreven worden. En zo kunnen ook de kwellingen - dus het lot van de niet verloste, zondige zielen - ontzettend zijn en de ziel lijdt dus voor haar schuld of omwille van haar schuld onvoorstelbaar, dus verzoent zij ook door dit lijden veel van haar schuld. Ook kan haar smartelijke toestand nog wel eeuwig lange tijden duren als zij onverbeterlijk is en de raadgevingen van haar geestelijke leiders niet aanneemt die haar uit deze ellende willen bevrijden. Want zij kan het lichtrijk niet binnengaan voordat zij haar schuld gedelgd heeft, voor zover het gaat om zonden die zij op aarde begaan heeft.
Omdat echter de oerschuld van haar vroegere afval van God veel groter is en deze schuld nooit door de ziel zelf gedelgd kan worden, moet de mens op aarde, of zijn ziel in het hiernamaals, onherroepelijk de weg naar Jezus Christus gaan. Want Hij alleen kan haar vrij maken van deze schuld - waarvoor Hij aan het kruis gestorven is. Zonder Jezus Christus komt de ziel nooit los van haar schuld, al smacht zij nog tijden lang in de duisternis in het hiernamaals. Ze moet dus Jezus aanroepen om erbarmen, om vergeving van haar schuld. En haar geestelijke helpers zullen steeds weer proberen haar er toe te bewegen dat zij verlossing zoekt bij Hem Die voor deze schuld Zijn leven heeft gegeven.
En geeft de ziel zich nu geheel aan Hem over, dan zal zowel de oerschuld als ook de schuld die zij op aarde op zich heeft geladen gedelgd zijn. Dan zal zij vrij zijn van alle schuld en omwille van het bloed van Jezus worden opgenomen in het rijk van licht en zaligheid. Is de ziel echter zo verstokt dat zij zich niet tot Hem wil keren, ondanks alle beeldvormingen van de lichtwezens die haar willen helpen, dan zinkt zij steeds dieper weg. Haar kwellingen zijn onbeschrijfelijk en als het haar niet gelukt uit de hel omhoog te klimmen, wat ook dan nog mogelijk is met de hulp van de lichtwezens, dan moet zij weer de gang door de scheppingswerken gaan om eens toch het uiteindelijke doel te bereiken. Maar deze terugkeer naar de aarde is geen herbelichaming van de ziel zoals u mensen het zich voorstelt en ze is ook zeker alles behalve wenselijk. Want het is voor de in partikeltjes ontbonden ziel weer een eindeloos durende toestand van ellende, tot zij weer het stadium van mens bereikt.
Dit ene moet u mensen steeds weer gezegd worden, dat u nooit van uw schuld vrij komt zonder Jezus Christus. Daarom is het verlossingswerk van Jezus zo belangrijk, want Hij alleen is de deur tot het lichtrijk. Want al doet u door grote kwellingen in het hiernamaals ook boete voor de zonden die u op aarde op u hebt geladen, u zult toch niet het lichtrijk binnen kunnen gaan als u niet door Jezus Christus van uw oerschuld verlost bent. En evenzo zou ook een herhaald leven op de aarde voor u van geen nut zijn, doordat u weer nieuwe schuld toevoegt, terwijl u eerst Jezus moet vinden Die u echter ook in het hiernamaals zult kunnen vinden. Dus is het om die reden niet nodig naar de aarde terug te keren. Steeds weer maak Ik u mensen op deze dwaalleer opmerkzaam, omdat u door deze dwaalleer ook het verlossingswerk van Jezus onderschat. Omdat u door deze dwaalleer uw medemensen wilt laten geloven dat u zelf in staat bent uw schuld af te lossen. En daarom gaat u voorbij aan Jezus, zonder Wie u nooit vrij zult kunnen worden van uw oerschuld. Oerschuld die door ook nog zo grote kwellingen op aarde of in het hiernamaals nimmer teniet kan worden gedaan.
Laat u toch overtuigen van het belang dat u de "weg tot het kruis" moet nemen. Bedrieg uzelf niet met valse verwachtingen, waardoor u uw niet verloste toestand alleen maar verlengt en eindeloos lange tijd in de duisternis smacht. Want Hij alleen is het Licht dat op de aarde neerdaalde, dat u redding heeft gebracht van zonde en dood, als u maar vrijwillig Hem om vergeving van uw schuld vraagt. Als u er maar niet op vertrouwt, uzelf in een volgend leven van uw schuld te kunnen bevrijden en door zo'n geloof uw toestand van duisternis en ellende steeds alleen maar verlengt. Want zonder Jezus Christus en Zijn verlossingswerk zult u voor eeuwig niet tot het licht komen, tot vrijheid en gelukzaligheid. Zonder Jezus Christus kunt u niet vrij worden van uw schuld.
Amen
Vertaald door Gerard F. Kotte