Bron: https://www.bertha-dudde.org/nl/proclamation/7779

7779 De “levende christen”

22 december 1960: Boek 81

Het is niet voldoende dat u zich naar de buitenwereld toe kenbaar maakt als christen, dat u hoort bij een kerkelijke organisatie, dat u doet wat deze van u verlangt aan uiterlijkheden en gebruiken. Integendeel, slechts één ding is noodzakelijk: dat u leeft volgens de leer die elke kerkelijke organisatie uitdraagt en haar leden ook voorhoudt, dat u de goddelijke geboden der liefde vervult, die de Grondlegger van de kerk zelf u op aarde heeft gegeven. Hij, Die zelf op aarde een leven in liefde heeft geleid, heeft ook de liefde tot grondbeginsel gemaakt van diegenen die bij Zijn kerk willen horen. Want Zijn kerk is geen dood gebouw, Zijn kerk is geest en leven. Zijn kerk is gebouwd op een levend geloof dat alleen kan worden verkregen door een leven in liefde. Liefde en geloof zijn de kenmerken van de kerk die Jezus Christus zelf op aarde heeft gegrondvest. Want liefde en geloof laten het werkzaam zijn van de geest toe, dat het echte herkenningsteken is van Zijn kerk.

En zolang u mensen dit herkenningsteken niet zult kunnen laten zien, bent u alleen maar blinde meelopers van de organisatie bij welke u zich heeft aangesloten. Maar u bent geen levende christen. U bent geen aanhanger van de kerk van Christus.

En u verkeert dan in het grote gevaar dat uw ziel verloren gaat, die op aarde een wilsproef moet afleggen en deze niet kan doorstaan wanneer ze niet de kracht van boven betrekt, die echter een levend geloof vooropstelt. Pas het levende geloof, het gevolg van onbaatzuchtige naastenliefde, brengt de innige verbinding tot stand met de Krachtbron van eeuwigheid, van welke ieder mens toevoer van kracht nodig heeft, wil hij op aarde zijn doel bereiken: volmaakt te worden zoals de Vader in de hemel volmaakt is.

U mensen vat uw taak op aarde wel heel gemakkelijk op. U gelooft genoeg te doen, wanneer u plichtmatig vervult wat u wordt voorgeschreven door de mensen die zich voor “plaatsvervanger van God” uitgeven.

U denkt er niet eenmaal over na of dezen ook werkelijk Gods plaatsvervangers zijn, of dat ze zich alleen zelf tot dat ambt hebben verheven. U denkt er ook niet over na of u dan ook in de waarheid wordt onderwezen. U gelooft zonder enige twijfel alles wat u als waarheid uiteen wordt gezet, maar u onderzoekt de oorsprong ervan niet en u richt zich niet tot Degene Die de eeuwige waarheid zelf is, om Hem te vragen u naar de waarheid te leiden.

U verlangt niet naar de waarheid, daar u anders daar ook waarlijk mee vertrouwd zou worden gemaakt.

U vat uw aardse taak niet serieus genoeg op en u gelooft de wil van God na te komen door het vervullen van voorgeschreven handelingen en geboden, die echter nooit door God zelf aan u mensen zijn gegeven.

Maar u slaat geen acht op de geboden Gods, daar u anders uw best zou doen een leven in liefde te leiden en u dan vanzelf op de goede weg zou komen die omhoog leidt.

Het is alleen de liefde die God van u verlangt. Het is alleen de liefde die u het recht geeft u tot Zijn kerk behorend te voelen. Want alleen de liefde heeft een levend geloof tot gevolg, de rots waarop Jezus Christus Zijn kerk heeft gebouwd. Noem u daarom pas dan christen, wanneer u ook de geboden van Christus vervult en daardoor ware aanhangers van Zijn kerk bent geworden.

En dat zult u in elke kerkelijke organisatie kunnen bereiken, want elke leert u de liefde.

Maar plaats door mensen uitgevaardigde geboden niet op de voorgrond. Deze leveren geen resultaat op en zijn niet in staat uw ziel het eeuwige leven te bezorgen. Want alles wat niet de liefde als motief heeft, is zonder waarde.

En u zou vanzelf achter de waarheid hiervan komen, als u het maar serieus zou menen met uw plicht tegenover God.

Maar zolang u slechts voor de vorm kerkelijke eisen nakomt, zal uw ziel steeds op hetzelfde niveau blijven staan. Ze zal op aarde geen vooruitgang boeken, want deze wordt alleen bereikt door onbaatzuchtige naastenliefde, die echter ook onherroepelijk inzicht tot gevolg heeft: verlichting van de geest, zodat de mens zich dan niet meer tevreden laat stellen met een vormchristendom, maar hij serieus zal streven naar volmaaktheid, die hij dan ook zeker zal bereiken.

Amen

Vertaald door Gerard F. Kotte