Bron: https://www.bertha-dudde.org/nl/proclamation/7274
7274 Hoe moet een juist gebed zijn?
4 februari 1959: Boek 77
Alles zult u door Mij kunnen bereiken wanneer u daar op de juiste manier om vraagt. U moet niet eisen, maar in alle deemoed van uw hart Mij erom vragen, dat Ik u zal mogen helpen in aardse en geestelijke nood. En u moet geloven dat Ik u help omdat Ik u liefheb. Een juist gebed in geest en in waarheid verlang Ik dus, om u dan echter ook bij te kunnen staan naar uw geloof. Wat het ook mag zijn, Mij is alles mogelijk, zelfs wanneer u mensen het niet meer voor mogelijk houdt. Maar mijn macht is onbeperkt en mijn wijsheid ziet ook alles vooruit en kan daarom altijd tot heil van uw ziel werkzaam zijn. En mijn liefde zal het ook doen, want u bent toch mijn kinderen aan wie Ik niets ontzeg wat voor hen bevorderlijk is. Een juist gebed is het gebed dat mijn oor bereikt omdat u uw best doet Mij in u aanwezig te laten zijn, wanneer u zich van uw eigen zwakheid bewust bent en Mij smeekt om kracht en hulp voor u. Zo’n gebed verklinkt niet aan mijn oren, omdat het in diepste deemoed tot Mij is gericht.
Maar wie eist, die bidt niet juist. En vele gebeden zijn een eis die de mond eruit kraamt omdat de mens zich inbeeldt dat er alleen het aangesproken worden door de bidder voor nodig is om binnen de zegen van een gebed te vallen. Het zijn niet de woorden, maar het is het gevoelen van het hart dat het gebed de diepte en de geest geeft. Het is altijd alleen de innige verhouding met Mij die de mens die juist bidt aangaat. En hem wil Ik verhoren. Daarom volstaan maar weinig woorden om mijn oor te treffen en door Mij te worden aangehoord. Maar lange vormgebeden zijn Mij een gruwel, want de mens zal met zijn gedachten niet bij zijn woorden blijven, alleen zijn lippen spreken en de gebeden dringen niet tot Mij door. Ze worden vergeefs gesproken en zijn alleen geschikt om het geloof van de mensen nog meer te verdringen, want daar Ik zulke gebeden niet kan vervullen, wordt ook het geloof in een machtige, wijze en liefdevolle God ondermijnd. Het zal steeds meer verloren gaan, omdat Ik alleen de innige band verlang die het hart tot stand moet brengen en die dan ook mijn tegenwoordigheid in de mens waarborgt en Ik Me nu als Vader aan mijn kind openbaar, doordat Ik zijn verzoek vervul. Leer juist bidden. Want wat u tot nu toe bidden noemde, is geen echt gebed in geest en in waarheid. Geloof Mij, dat Mij een korte diepe zucht liever is dan urenlange gebeden die zo mogelijk nog in opdracht worden verricht en niet vanzelf uit het hart van een mens opstijgen. Maar weinig woorden zijn voldoende, wanneer het hart erbij betrokken is wat de mond uitspreekt of wat een mens al denkend bezig houdt. Dan zal Ik mijn oor niet sluiten. Ik zal helpen en verlenen waar het kind dat tot zijn Vader smeekt ook maar om bidt.
Amen
Vertaald door Gerard F. Kotte