Bron: https://www.bertha-dudde.org/nl/proclamation/7251
7251 De liefde is de sleutel tot de wijsheid
10 januari 1959: Boek 77
U zult zolang verkeerd denken, als u de geboden van de liefde tot GOD en uw naaste buiten beschouwing laat. Het helpt u niets al onderzoekt u nog zoveel en denkt u nog zoveel na, zonder een eigen leven van liefde zal het resultaat van uw onderzoek altijd een mislukking zijn, d.w.z. het zal niet aan de waarheid beantwoorden.
Doch u kunt de proef op de som nemen en u zou verbaasd staan, dat en hoe uw denken verandert. Tot liefde veranderen kan ieder mens zich zelf, omdat hem het vermogen om lief te hebben in het hart gelegd is en het meestal aan zijn wil ligt als hij deze gave niet gebruikt, als hij niet tot liefdevol handelen overgaat. Daarom zullen maar weinig mensen deze proef willen doen - en toch konden zij zich daardoor zo gemakkelijk een bewijs verschaffen, dat hen oneindig verblijdt, omdat het plotseling licht zou gaan worden in hun hart. Dat de wijsheid, het licht van het inzicht, alleen het gevolg is van een leven in liefde wil echter door de mensen niet als waarheid worden aangenomen, want zij kunnen de aandrang van het hart - niet in overeenstemming brengen met het werken van het verstand. Zij willen het gevoelsleven niet verbinden met scherp verstandelijk denken.
En toch is de liefde de sleutel tot de wijsheid, en geen mens zal in de waarheid wandelen die de geboden van de liefde tot GOD en de naaste niet telt. Toch is het zo'n eenvoudige verklaring: dat GOD de WAARHEID en ook de LIEFDE ZELF is. Het ene is zonder het andere niet denkbaar, zoals ook het vuur volgens de natuurwet licht uitstraalt, zo is ook uit het vuur van de liefde het licht van de wijsheid afkomstig. Het verstand alleen is niet voldoende de waarheid te doorgronden, maar het verstand met liefde gepaard onderzoekt de diepten van de goddelijke Wijsheid. En al lijkt u, mensen deze uitspraak ook nog zo aanmatigend, u zou uzelf het bewijs kunnen verschaffen als het uw ernstige wil zou zijn alleen maar in de waarheid te wandelen.
Daarom zullen al uw pogingen vruchteloos zijn als het er om gaat achter geestelijke geheimen te komen, achter dingen die zich niet laten bewijzen en die toch voor een waarheidslievend mens van betekenis zijn. Een mens echter die zijn wezen, dat in het begin van zijn belichaming voornamelijk alleen eigenliefde kent, veranderd heeft in onbaatzuchtige naastenliefde, die zal ook zodanig denken dat het volgens de waarheid is, of er veel dichter bij is dan het denken van een verstandsmens, die de liefde ontbreekt.
U, mensen geloof dit en verander uw wezen, zodat het tot liefde wordt en u hebt uw opdracht op aarde vervuld en helder licht van het inzicht is dan reeds uw loon op aarde - en nog veel meer in het rijk hierna, dat u allen weer betreedt na uw leven op deze aarde, omdat het uw ware Vaderland is,dat u eens vrijwillig verlaten hebt en u in de duisternis deed storten, door het uitdoven van het licht van de liefde in u.
U bent u op aarde niet bewust van de geestelijke verbanden, maar ook daar was de liefdeloosheid de factor die de schuld was van uw geestelijke duisternis. En het kan dan pas weer licht in u worden als u uw eigenliefde verandert in onbaatzuchtige naastenliefde en u daardoor weer nader tot de GODHEID komt, Die in Zich LIEFDE is en u weer terug wil winnen.
En opdat uw denken weer opheldert en u ook de samenhang leert begrijpen die met uw aardse opdracht in verband staat, moet u weer de liefde in u doen ontbranden. U moet, om het eenvoudig te zeggen, weer tot GOD terugkeren, u met HEM verbinden, DIE in ZICH de LIEFDE is. Dan zal licht en kracht en vrijheid u weer beschoren zijn zoals het was in het allereerste begin. En u zult alles overduidelijk inzien, u zult weer zalig zijn omdat de eeuwige LIEFDE u doorstraalt zoals eertijds.
Amen
Vertaald door Gerard F. Kotte