Bron: https://www.bertha-dudde.org/nl/proclamation/7146

7146 Iedere ziel aanvaardt bewust haar weg over de aarde

17 juni 1958: Boek 76

Vele van u zijn zich er niet van bewust dat ze met geheel vrije wil hun laatste belichaming hebben aanvaard en dat hun de kennis over hun aardse levensloop niet onthouden werd, voor ze zich mochten belichamen. Maar deze kennis hield hen er niet van terug, omdat zij tegelijkertijd ook de mogelijkheid inzagen, daardoor een ontzettend lange kwellende toestand te kunnen beƫindigen en ze aarzelden daarom ook niet de gang over de aarde te aanvaarden. Dat hun dan de herinnering aan deze gunst werd afgenomen, moest zo zijn wegens hun wilsvrijheid, maar dat de mens op aarde in deze of die situatie leeft, moet voor hem steeds een bewijs ervoor zijn, dat hij zich tevoren niet verzet heeft, ondanks het feit dat hem zijn hele levenssituatie - zijn door het lot bepaalde afloop - werd getoond, want hij zou niet worden gedwongen zo'n gang te gaan als hij het er zelf niet mee eens was geweest.

Weliswaar zal deze bewering op aarde geen geloof vinden, maar ze moet diegenen tot troost dienen, die een moeilijk aards lot hebben te dragen. Ze moeten weten dat ook het resultaat overeenkomstig is, dat het voor hen de laatste korte lijdensweg kan zijn die ze voor een onbezorgd heerlijk lot verwisselen bij hun heengaan van deze aarde en ze moeten er steeds aan denken dat de tijd dat ze op aarde zijn niet eeuwig duurt. Weliswaar zullen talloze mensen falen, ofschoon ze gewillig waren deze korte weg over de aarde met succes af te leggen. Maar het ontbreekt ook geen mens aan kracht zodra ze deze uit God putten, doordat ze met Hem de verbinding aangaan. Wanneer ze dat niet doen, dan is dat hun vrije wil die op geen enkele wijze wordt bepaald.

De prijs waarom het gaat in het aardse leven is te hoog, om niet ook een zekere inspanning te vergen. Het leven in gelukzaligheid kan de mens - dat wil zeggen zijn ziel - niet worden geschonken; hij moet het zich verwerven. Hij moet een strijd voeren om het heerlijkste bezit: om vrijheid, licht en kracht. En hij moet er zelf de wil toe opbrengen om de zege te behalen. En hij kan dit in elke levenssituatie doen en hoe harder deze is, des te hoger is ook de prijs waarvoor hij vecht.

En wanneer u in het aardse leven er maar over zult nadenken, welke inspanningen het u zal gaan kosten om een bepaald doel te bereiken, dat toch waarlijk niet met het ware doel is te vergelijken, dan weet u precies dat het alleen aan uw wil ligt om u voor zo'n strijd in te zetten. En dezelfde vaste wil zult u daarom ook moeten opbrengen, waar heel wat meer op het spel staat dan alleen aards succes en aards geluk. En wanneer u er steeds aan denkt dat u eens bereid geweest bent deze weg over de aarde te gaan, dan zult u uit deze zekerheid kracht putten en steeds weten dat er Een met u gaat die steeds bereid is u van kracht te voorzien, u te ondersteunen en die u helpt ook de moeilijkste levenssituaties te overwinnen, vooropgesteld dat u Hem erom vraagt. Het lot van geen mens is toevallig, het is passend bij zijn graad van rijpheid en bevorderlijk voor zijn gelukzaligheid. En de mens zal ook steeds meester over zijn situatie worden, zodra hij om kracht vraagt bij God. Maar zijn leven zal tevergeefs geleefd zijn wanneer hij zich op zijn eigen kracht verlaat en zich daardoor weer in de handen van diegene overgeeft, uit wiens boeien hij in het aardse leven moet vrijkomen.

Amen

Vertaald door Gerard F. Kotte