Bron: https://www.bertha-dudde.org/nl/proclamation/6596
6596 Geestelijk laag niveau gevolg van de niet gedelgde zondeschuld
16 juli 1956: Boek 71
De last van de zonde drukt de mensheid terneer. Niet dat de mensen deze last lichamelijk ervaren, maar hun zielen kunnen zich niet verheffen, wat zich uit in minderwaardige gezindheid, in een goddeloze levenswandel, in ongeloof en een sterk verlangen naar de wereld, in volledig materieel denken en streven. Het geestelijk lage niveau op aarde is dus de uitwerking, het teken, van de nog niet vergolden schuld. Het is het gevolg van een leven zonder Jezus Christus, want de mensen hebben hun verlossing nog niet gevonden en hun zielen dragen de ontzettende last van hun zonde nog zelf en worden hierdoor terneergedrukt, zodat ze zelf niet overeind kunnen komen zonder hulp.
Dus heeft de tegenstander van God nog volledige macht over deze mensen. En deze uit zich, doordat hij hen aanzet tot een weerspannig handelen tegen God, doordat hij hun elk weten onthoudt en er steeds alleen op bedacht is ze buiten de goddelijke ordening te houden. Er zou niet zoveel ellende in de wereld kunnen zijn, wanneer de tegenstander niet zoveel onheil zou kunnen aanrichten. Maar de mensen staan hem zijn rampzalig werkzaam zijn toe. Ze zijn aan hem gebonden, want ze zijn nog verstrikt in de zonde die hen aan hem overleverde toen ze van God afvielen en diens tegenstander volgden. Ze laten zich niet bevrijden van deze grote zonde door die Ene, die de macht heeft ook hun ketenen los te maken, door Jezus Christus, die terwille van deze grote zondeschuld stierf aan het kruis, die ze heeft gedelgd voor allen die in Hem geloven en onder Zijn kruis plaatsnemen.
Maar de mensen geloven niet in Hem en zijn daarom niet verlost en dus in de macht van de vijand van hun ziel. En dit is de grote geestelijke nood waarin de mensheid zich bevindt, tot op de weinigen na die Jezus Christus hebben gevonden en ook door Hem verlossing kregen van zonde en dood.
De aarde moet het gevallen geestelijke dienen om rijp te worden. En op deze aarde kwam God Zelf in de mens Jezus ter wereld om de mensen te helpen zich te bevrijden van hun ketenen. En alle mensen zouden zich totaal kunnen verlossen, wanneer ze zich maar tot Hem zouden willen wenden - tot Jezus Christus - en Hem als hun Bevrijder zouden willen erkennen en Zijn hulp afsmeken. Maar slechts weinigen geloven in Hem, in Zijn missie en in hun verlossing. Ze zitten nog zo diep in de zonde, dat hun heer het gemakkelijk kan verhinderen dat ze zich om hulp tot een ander wenden, omdat hij ervoor zorgt dat hun het weten over deze Helper wordt onthouden. Maar dit weten wordt door God in Zijn Liefde aan alle mensen gebracht en waarlijk allen zouden er gebruik van kunnen maken en een poging wagen uit de keten van de tegenstander los te komen.
Ze zouden eerst eens kunnen willen, bevrijd te worden van hun last die hen terneer drukt. Dan zou hun waarlijk al hulp worden verleend. In plaats daarvan wordt zijn invloed steeds groter, want ook het op de hoogte zijn van Jezus Christus, de goddelijke Verlosser, verwerpen de mensen als misleiding, zonder er zich eens nader mee bezig te houden. En ze kunnen niet onder dwang ertoe worden gebracht daarin te geloven. Maar ze kunnen ook niet zonder het geloof in Hem verlossing krijgen.
En zo is het geestelijk lage niveau te verklaren, dat God aanleiding geeft tot het beƫindigen van het doen en laten van Zijn tegenstander. Want de diepst gezonken mensen zouden reddeloos verloren gaan, wanneer ze niet ontrukt werden aan de tegenstander en opnieuw in het ontwikkelingsproces werden opgenomen, dat hen uit de diepte weer omhoog voert, al is het ook pas na eindeloos lange tijd.
De genaden van het verlossingswerk van Jezus Christus bleven door de mensen van deze tijd onbenut. En daarom is ook hun verblijf op aarde niet lang meer. En er moet ook een einde worden gemaakt aan de handelwijze van de satan, die probeert te verhinderen dat de mensen de weg naar Jezus Christus vinden. Maar hij zal de zielen niet bij zich houden, ofschoon hij gelooft eeuwig hun heer te zijn. Want zodra er een zeker geestelijk laag niveau bij de mensheid is waar te nemen, ontfermt de Liefde Gods zich over hen, doordat Hij door Zijn wil en Zijn macht een nieuwe aarde zal doen ontstaan en hierin, in rechtmatige ordening, het geestelijke dat als mens faalde, weer zijn verblijf neemt.
En weer zal het de gang van de ontwikkeling moeten gaan, tot het weer voor de keuze wordt geplaatst, zich uit te spreken voor Jezus Christus en zich door Hem te laten verlossen. Want alleen Hij kan de zondeschuld teniet doen, die drukt op elk wezen. En alleen Hij kan het de vrijheid geven en het uit de verdrukking van de satan verlossen.
Amen
Vertaald door Gerard F. Kotte