Bron: https://www.bertha-dudde.org/nl/proclamation/5505
5505 Strijden en worstelen voert naar het doel
12 oktober 1952: Boek 60
In het strijden en worstelen zult u uw doel op aarde bereiken, de volmaaktheid van uw ziel. Deze volmaaktheid kan u niet uit mijn liefde worden geschonken. Integendeel, aan u zelf is de taak gesteld u te vormen zodat u als volmaakt binnen zult kunnen gaan in het geestelijke rijk. En deze taak vereist uw wil om te strijden en alles te overwinnen wat u als onvolmaakt wezen kenmerkt. U zult dus moeten worstelen, alle kracht gebruiken. U zult een strijd moeten voeren met u zelf. En deze strijd is vaak zwaarder dan tegen een vijand te strijden die u van buitenaf tegemoet komt. Want van de vijand die u in u hebt, houdt u nog, daar het u anders gemakkelijker zou vallen hem te verdringen.
De liefde voor uw fouten en zwakheden zal u niet ernstig genoeg te werk laten gaan en daarom wordt van u gevraagd ernstig te worstelen en strijden om als overwinnaar tevoorschijn te komen, om uw doel op aarde te bereiken, dat uw ziel de rijpheid heeft verkregen die voor het binnengaan in het lichtrijk vereist is. En het zal voor u begrijpelijk zijn dat de strijd des te makkelijker voor u is, hoe minder u nog zult houden van uw "ik" met fouten. U zult daarom uzelf moeten trachten te doorzien, om ook dat te verafschuwen wat nog aan u kleeft, wat u zult moeten overwinnen. Pas wanneer u zult inzien dat u onvolmaakt bent, zult u er ernstig naar streven zo te worden, zoals het mijn wil is. En dan zult u bewust strijden en worstelen. U zult streven naar volmaaktheid en ook de kracht zal u toestromen, dat uw strijd zegenrijk zal eindigen.
Wie echter de wereld nog al te zeer achting schenkt, die zal zichzelf ook niet herkennen en hij maakt daarom ook geen aanstalten een innerlijke verandering te voltrekken. Zijn leven op deze aarde zal wel schijnbaar gemakkelijk zijn, innerlijke scrupules en bedenkingen kent hij niet. Wat hij doet houdt hij voor juist omdat hij alleen het aardse voordeel overweegt, maar niet de schade die zijn ziel oploopt door zijn handelen. Want hij heeft geen besef van zijn toestand, zijn bestemming en zijn taak op aarde.
De mens moet zich ernstig aan zelfbeschouwing onderwerpen, dan pas zal hij strijden tegen zijn verkeerde liefde, tegen alle aandriften en fouten die hij nog in zich heeft als gevolg van de vroegere zonde. Strijden en worstelen zijn absoluut noodzakelijk, wil de mens volmaakt worden. Maar met een ernstige wil zal hij de overwinning behalen en zijn lot zal heerlijk zijn.
Amen
Vertaald door Gerard F. Kotte