Bron: https://www.bertha-dudde.org/nl/proclamation/3672

3672 Antichrist - Einde

31 januari 1946: Boek 46

De geest van de antichrist is in de wereld sinds Jezus Christus Zijn verlossingswerk heeft volbracht. Voortdurend heeft hij getracht Diens werk te ontkrachten, voortdurend heeft hij gestreden tegen de aanhangers van Jezus, voortdurend heeft hij de mensen aangezet tot liefdeloosheid, dus in strijd met de wil en de leer van Christus op aarde bezig te zijn, deels door geestelijk werkzaam te zijn, de gedachten van de mensen in de war brengend, deels in de uiterlijke gedaante van een mens in het gewaad van kennis en wijsheid. Steeds weer stond tegenover de leer van Christus een menselijke leer die probeerde te weerleggen, dus antichristelijk was gericht en steeds weer was dit het werkzaam zijn van de satan, activiteiten van de krachten van beneden, om het doel te bereiken, de mensen van God afvallig te maken of hen de weg naar Hem te versperren. En deze antichristelijke activiteiten nemen voortdurend toe en zullen heel duidelijk voor het einde aan het daglicht komen.

De satan zelf zal op aarde werkzaam zijn in de uiterlijke gedaante van een mens, de antichrist in persoon, wiens werkzaam zijn uitermate noodlottig zal zijn voor de gehele mensheid. Want van hem zullen de wetten uitgaan die tot doel hebben het geestelijk gezinde denken uit te roeien, die al het geestelijk streven moeten tegengaan en de mensen helemaal moeten verwereldlijken. En dit is het laatste werk van hem, die tegen God strijdt, want het is een overschrijden van de grenzen van zijn machtsbevoegdheid, die God onverbiddelijk zal straffen.

Er zal een snelle verandering zijn in wereldse gebeurtenissen. Kort op elkaar volgend zullen zich grote wereldse veranderingen voltrekken en er zal een heersende macht op de voorgrond treden, doordat ze de lotgevallen van alle volkeren wil sturen en die in plaats van ordening een totale wanorde tot stand brengt. Want haar bepalingen betreffen op de eerste plaats het onderdrukken van elk geloof. En hij zal op de aarde veel aanhangers vinden en dit is het teken van het einde. Want de mensen verzetten zich hier niet tegen maar ze spreken zich bijna eensgezind uit voor hem, die zij als held en overwinnaar vereren en wiens doel zij aanvaarden en dus ondersteunen.

En nu begint voor de gelovigen de moeilijkste tijd. Het doen en laten van de wereld komt hen onbegrijpelijk voor, het geduld en de liefde van God komt hen onvoorstelbaar voor, die zoiets toelaat, dat Zijn allerheiligste naam gelasterd en bespot wordt en dat de aanhangers van Jezus Christus vogelvrij verklaard en vervolgd worden op de meest meedogenloze manier. Maar zij dringen steeds dieper door tot de waarheid van het goddelijk woord, dat hun dit alles heeft voorspeld en dus geven ze zich ook vol vertrouwen over aan de goddelijke leiding. De antichrist zal woeden op de meest afschrikwekkende wijze en hij verblindt de mensen door zijn daden die hij met ondersteuning van de kracht van beneden uitvoert.

De satan zelf zal door hem werkzaam zijn als de vijandige geest van Diegene die werkzaam is in de schepselen van liefde en geloof, in de mensen die God boven alles liefhebben en die vast in Hem geloven en daarom grote noden hebben te verduren door de tegenstander van God. Men zal hem huldigen, men zal altaren voor hem oprichten, men zal hem aanroepen als messias van wie het heil moet komen, want hij zal daden volbrengen waarvan de mensen onder de indruk zijn, maar het is geen werkzaam zijn in liefde, alleen een werkzaam zijn in arrogantie en heerszucht. Hij zal als mens werkzaam zijn, trachten zijn kracht menselijk te verklaren en alles bestrijden en loochenen wat goddelijk is, wat op God wijst en van God getuigt. En zijn wil is ontzettend sterk.

Hij gebiedt en wie zijn gebod weerstand biedt, vernietigt hij. Hij tracht aan elke leer van Christus, aan elk weten over Hem en Zijn verlossingswerk een einde te maken, hij probeert alles door de drek te halen en die hem helpen in zijn werkzaam zijn tegen Christus beloont hij koninklijk, zoals hij daarentegen ook vol haat optreedt tegen Diens aanhangers.

De persoon van de antichrist zal te herkennen zijn aan zijn uiterlijke schoonheid, aan zijn lichamelijke kracht, want de satan omgeeft zich met een kleed om niet herkend te worden als degene die hij is. En buitengewone vermogens richten de opmerkzaamheid van de mensheid op hem en aan de bewondering zal geen einde komen. In uiterlijke pracht en praal vertoeft hij op de aarde, in tegenstelling tot Jezus Christus die onopvallend te midden van Zijn broeders wandelde, gespeend van alle aardse goederen, met een hart vol liefde voor de medemensen. Maar het hart van de antichrist zal ruw en gevoelloos zijn tegenover elke aardse nood en toch jubelt de mensheid hem toe, verblind door zijn uiterlijke glans en zijn kracht. En plotseling en onverwacht zal hij optreden, hij zal zich openbaren in de grootste nood en zich met sterke handen de macht en het gezag toe-eigenen. Hij zal beloven redding te brengen en hij zal geen tegenstand ondervinden, omdat de mensen alleen maar aandacht schenken aan de aardse nood, maar geen acht slaan op de geest van die held, die wil uitblinken en zich als heerser opwerpt met ondersteuning van de mensen die er net zo over denken. En dan is het einde nabij. Want de nu beginnende geloofsstrijd luidt het totale vernietigingswerk in wat betreft deze aarde. Hij duurt maar korte tijd, maar is zo heftig dat er een buitengewoon sterk geloof voor nodig is om niet te bezwijken.

Maar weer keert God zelf zich tegen Zijn tegenstander. Want Hij is in de geest te midden van diegenen die voor Hem strijden en de antichrist loopt tevergeefs op tegen het bolwerk van het geloof. En van zijn troon zal hij neerstorten in de poel der verdoemenis. Niet lang zal zijn heerschappij duren, maar hij zal onuitsprekelijk leed aanrichten onder de gehele mensheid, die voor het grootste deel zijn kant zal kiezen, die elk geloof in God laat varen, die zijn aardse verwezenlijkingen geloof schenkt en tenslotte ook deel zal hebben aan de verdoemenis, want ze is de tegenstander van God horig en deelt daarom ook in zijn lot. En dit is het einde. Jezus Christus blijft overwinnaar en Zijn kerk blijft bestaan tot in alle eeuwigheid.

Amen

Vertaald door Gerard F. Kotte