Bron: https://www.bertha-dudde.org/nl/proclamation/3519

3519 Einde van de wereld - De dag van het oordeel

22 augustus 1945: Boek 45

Wanneer niemand het verwacht zal het einde komen. Het zal een tijd zijn waarin de van God afgekeerde mensen volop van het leven genieten, terwijl de God getrouwen angstig in nood verkeren en het komen van de Heer verwachten. Maar de eersten denken totaal niet aan het komende einde: zonder scrupules leven ze in het wilde weg, ze houden geen maat in het aardse genieten, zwelgen en zondigen en staan geheel onder de invloed van de satan. Het zal een tijd zijn, waarin schijnbaar een verbetering in de levensomstandigheden is ingetreden, waarin de aardse nood is opgeheven voor de mensen die zich voegen naar de eis van de opperheerschappij, waarin alleen de mensen moeten lijden die uitgestoten zijn omwille van hun geloof.

En midden in deze vreugderoes komt het oordeel als bij verrassing - ook voor de God getrouwen - omdat niets tevoren er de schijn van heeft dat er een verandering in hun droevige toestand intreedt. De zondeschuld van de mensheid is op de top, ze heeft zich geheel van God losgemaakt en zich naar Zijn tegenstander gekeerd, ze heeft diens deel op aarde ontvangen, aardse vreugden in overmaat en het denken en streven van de mensen wordt steeds slechter en komt tot uitdrukking in het optreden tegen de gelovigen, die zonder erbarmen gekweld worden en hulpeloos staan tegenover hun macht en meedogenloos geweld. Ze verrichten ten volle arbeid voor de satan en de mensen zijn rijp voor de ondergang. En zo komt het einde, zoals het verkondigd is in woord en geschrift. Het zal een dag vol van ontzetting zijn voor de mensen. De aarde zal splijten, vuur zal losbreken uit het binnenste der aarde en alle elementen zullen in opstand zijn. En de mensen zullen proberen te vluchten en in onbeschrijflijke paniek geraken, maar waarheen ze zich ook keren, het is overal hetzelfde, een zekere ondergang.

Het einde is gekomen voor allen die een van God afgekeerde geest hebben en de verlossing uit de grootste nood voor de zijnen die in levende lijve worden weggenomen en zo het lichamelijke einde ontgaan. God heeft de tijd al lang tevoren aangekondigd, maar er wordt geen acht geslagen op Zijn voorspellingen en zo zullen de mensen zich plotseling in een vreselijke toestand zien, waaruit geen redding is. De ondergang van de oude wereld is sinds eeuwigheid besloten, maar wanneer dit gebeurt is voor de mensen verborgen en zo maken ze dit mee op een tijd, waarin ze zich zelfbewust en als heren van de wereld wanen, waarin ze uit het leven aan genot trachten te halen wat maar mogelijk is, waarin ze geheel door de wereld zijn gevangen en daarom God uit hun denken bannen.

En zo bereikt God dat Hij niet vergeten wordt. Hij roept ter verantwoording wat tegenover Hem heeft gezondigd, omdat het Hem niet erkent. Hij spreekt recht over alle mensen en scheidt ze van elkaar, doordat Hij de zijnen tot zich omhoog haalt in Zijn rijk en de anderen weer in de ban doet doordat Hij hen op een vreselijke manier hun lichamelijke einde doet vinden en hun ziel opnieuw gevangen neemt, dat wil zeggen de wil van het geestelijke bindt, zodat het in onvrijheid van wil weer de weg van ontwikkeling af moet leggen in de nieuwe schepping. Het is een gruwelijk gebeuren en toch een daad van goddelijke gerechtigheid, want de zondigheid van de mensen heeft zijn hoogtepunt bereikt. Ze staan in dienst van de satan en zijn zelf pure duivels geworden, voor wie er niets anders mogelijk kan zijn dan lichamelijke vernietiging en geestelijke gevangenschap, opdat de God getrouwen van hen bevrijd worden en een leven kunnen leiden in vrede en eendracht op de nieuwe aarde.

En of God ook talmt en steeds weer geduld heeft terwijl de zondigheid toeneemt; het einde komt onherroepelijk en op een tijd waarop het niet wordt verwacht. Want ook de gelovigen zullen versteld staan, omdat al het wereldse de overhand lijkt te krijgen, omdat de macht van diegenen toeneemt die de wereld vertegenwoordigen en de gelovigen door hen machteloos en rechteloos zijn geworden. En dus is de wereld schijnbaar stabiel en is toch haar ondergang zo nabij - tot de dag is gekomen die God heeft vastgesteld sinds eeuwigheid, die niemand van tevoren kan bepalen en die toch volgens Gods plan de definitieve oplossing zal brengen van datgene wat op de aarde is. God alleen kent de dag, de mensen moeten hem steeds verwachten en zich erop voorbereiden opdat ze tot diegenen behoren die God tevoren wegneemt, opdat ze niet tot diegenen behoren die verdoemd worden op de dag des oordeels zoals het is verkondigd in woord en geschrift.

Amen

Vertaald door Gerard F. Kotte