Bron: https://www.bertha-dudde.org/nl/proclamation/2218
2218 Liefde is de sleutel tot de waarheid
21 januari 1942: Boek 31
Het werkzaam zijn in liefde heeft onvermijdelijk het inzicht tot gevolg en dus is werkzaam zijn in liefde de enige weg naar de waarheid. Dit is wat de mensenkinderen als eerste moeten weten. Op een andere weg zullen ze nooit ofte nimmer tot de waarheid geraken. Komt hun nu een weten toe dat hun aannemelijk toeschijnt, zonder dat hun leven een werkzaam zijn in liefde is, dan is dit een begoocheling van de satan, of, wanneer hun de waarheid wordt aangeboden, zien ze deze niet als zodanig in en wijzen deze daarom af. De zuivere waarheid wordt wel aan velen aangeboden, maar juist afgewezen omdat het de mensen aan liefde ontbreekt. Maar zulke mensen houden hardnekkig aan de onwaarheid vast en het is hun niet duidelijk te maken dat ze zich op een dwaalweg bevinden, dat ze door verkeerde leren worden misleid. De liefde is de sleutel tot de waarheid, zonder deze is de toegang versperd.
Waarheid echter is alles wat van God komt. De waarheid wordt niet verstandelijk doorgrond maar langs de weg van het hart van God ontvangen. De mens kan wel de waarheid ontvangen door middel van gedachten, maar dan zal hij steeds verlangen naar God hebben. Dit verlangen echter is liefde en de liefde heeft een uitwerking in werken van onbaatzuchtige naastenliefde. Deze getuigt pas van de liefde voor God. En dan staat de mens in het juiste denken, dat wil zeggen de gedachten die nu tot hem komen, stemmen overeen met de waarheid. Ze zijn vanuit het hart geboren, ofschoon de mens meent verstandelijk tot het resultaat gekomen te zijn. Maar is de mens liefdeloos, dan zal zijn denken nooit met de waarheid overeenstemmen, want de tegen de waarheid ingaande krachten hebben dan een sterke invloed op het denken van zulke mensen, omdat dezen door hun liefdeloosheid hun harten voor zulke krachten openstellen, deze dus toegang hebben en nu hun macht volledig gebruiken doordat ze het denken van de mensen nu in de war sturen.
God is de Waarheid. God is de Liefde. Het een is ondenkbaar zonder het andere. Bijgevolg kan de waarheid alleen daar zijn, waar de liefde is. Ontelbare dwalingen zijn er in de wereld gekomen door de liefdeloosheid van de mensen en de waarheid is verdrongen. Ze kan ook alleen dan weer toenemen onder de mensheid, wanneer deze tot liefde verandert. En daarom moet er eerst liefde worden beoefend eer de mens tot inzicht komt. Elke studie is tevergeefs als de liefde bij de mens ontbreekt. Want wat hij zich daardoor aan weten eigen maakt, stemt of niet met de waarheid overeen, of is dood leergoed doordat het niet bijdraagt aan de positieve ontwikkeling van de ziel zolang het hart er niet door getroffen is, het zich dus niet in liefdadigheid uitwerkt. En daarom moet elk geestelijk weten met de maatstaf van de liefde worden gemeten. Het moet uit een liefdadig hart stromen en weer tot liefdadigheid opvoeden, dan zal het waarheid zijn en God zelf zal de Bron van zo’n weten zijn.
Amen
Vertaald door Gerard F. Kotte