Bron: https://www.bertha-dudde.org/nl/proclamation/2082

2082 Geestelijke vrijheid

21 september 1941: Boek 30

Elke mededeling uit het geestelijke rijk is betekenisvol en hieraan te herkennen, als de smeekbede om opheldering eraan voorafgegaan is. Want God geeft antwoord, zij het op de meest verschillende manieren. Hij bedenkt de Zijnen overeenkomstig hun gevoel. Hij laat hen ook een blik werpen in het geestelijke rijk, als dat nuttig is voor hun zielenheil. Zijn geest is werkzaam, waar Hij een schepsel vindt, dat tot opname bereid is en het onvermijdelijke gevolg daarvan moet een geestelijke helderheid in de mens zijn. Maar als het licht eenmaal in de mens schijnt, dan kan er geen terugval in de duisternis meer zijn, want het licht is zo helder, dat het elke geestelijke duisternis doorbreekt en de duisternis wijken moet.

De eeuwige waarheid moet overal onder de mensen verspreid worden. Ze moet ook daar ingang vinden, waar mensen haar de toegang versperd hebben. De lichtstraal moet tot overal doordringen. Het zuivere evangelie moet tot overal gedragen worden. En dat is de taak van mensen, die door God waardig bevonden zijn om de waarheid direct of indirect in ontvangst te nemen. Waar de menselijke wil grenzen stelt, daar zal God de barrières neerhalen. Daar zal God Zich weer van de menselijke wil bedienen om een misstand uit de weg te ruimen, waarvan het effect geestelijke duisternis is.

Het verzet is vaak heel groot, want de duisternis van de geest brengt teweeg dat het streven naar het licht tegengewerkt wordt. Maar de geestelijke krachten brengen hun hele invloed daar tegenin en zoeken mensen op aarde om medewerker te worden. En waar de verbinding in alle vurigheid tot stand gebracht wordt met de geestelijk lichtvolle wereld, daar zijn ook de grootste geestelijke successen te behalen. Dezen zullen met het levende water verkwikt worden en wat hun aangeboden wordt, mogen ze doorgeven, opdat ook daar de akker vruchtbaar gemaakt wordt, waar nog dorheid en onvruchtbaarheid is.

Vaak moet er een gewelddadige omwenteling plaatsvinden en het denken van de mens moet wel anders gericht worden dan tot nu toe het geval was. Elk mens moet voor alles de geestelijke vrijheid behouden. Dat wil zeggen kunnen aanvaarden of afwijzen wat hij wil, wat zijn innerlijke stem hem gebiedt. Maar daartoe moet hem ook de mogelijkheid gegeven worden om te kunnen putten waar hij wil. Geestelijke dwang betekent achteruitgang en degenen die de mens in zo’n situatie brengen, zijn gebonden door de tegenstander, wiens denken en streven het is om de waarheid te ondermijnen.

“Zoekt, en u zult vinden”, spreekt de Heer. Dus voor de mens mag het zoeken niet verboden zijn. Degene die ernstig zoekt, wordt door de waarheid uit God tegemoetgekomen, want God zegent iedereen, die naar de waarheid verlangt. En zo zal Hij eerst daar de kettingen verbreken, waar de geestelijke vrijheid beperkt wordt. Hij zal veel mensen het leven teruggeven, waarin Hij hen oorspronkelijk geplaatst had. Hij zal hen plichten opleggen, waarin ze hun kracht kunnen ontplooien en voor hen daardoor een dienen in liefde mogelijk maken. Een dienen, dat geheel afwijkt van wat ze tot nu toe onder dienen verstaan hebben.

Want de ware godsdienst bestaat uit actieve naastenliefde. Deze godsdienst levert de mensen ook geestelijke opheldering op, dus de kennis en de kracht uit God. En zo mag de mens steeds op de juiste plek menen te zijn, waar hij op de één of andere manier de naaste iets kan geven. Aardse of geestelijke goederen. Alleen dit is de juiste Godsdienst, want hij dient dan in liefde, als hij op een verlossende manier werkzaam is. Wanneer hij lichamelijke of geestelijke nood probeert op te heffen, is hij pas verlossend werkzaam. Hij geeft onophoudelijk liefde en wekt daardoor weer wederliefde op. En slechts alleen liefde verlost, zowel op aarde, alsook in het hiernamaals.

God wil daden zien, niet alleen maar woorden horen. De mens moet de gelegenheid gegeven worden om liefhebbend werkzaam te zijn, waar en wanneer hij wil. Hij mag niet gehinderd worden in zijn geestelijke vrijheid. Pas dan vervult hij zijn aardse taak overeenkomstig de goddelijke wil en hij gebruikt de kracht uit God, die hem onophoudelijk op de juiste manier toestroomt.

Amen

Vertaald door Peter Schelling