Bron: https://www.bertha-dudde.org/nl/proclamation/2077

2077 Een bewust toekeren naar God – Lichtkring van de liefdesuitstraling

18 september 1941: Boek 30

De geringste wil tot God beloont Hij met Zijn liefde. De mens weet niet, dat de Vader van eeuwigheid af verlangt naar Zijn schepselen, die Zijn liefde heeft voortgebracht. Die uit Zijn kracht ontstaan zijn, dus Zijn goddelijke liefde als oorsprong hebben. En daarom weet hij ook niet met welke vurigheid de hemelse Vader voor Zijn schepselen zorgt. Hoe Hij liefdevol alle gebeurtenissen zo leidt, dat deze gebeurtenissen naar Hem terug zullen leiden. Hoe Hij geen wezen laat vallen, maar er alleen maar op bedacht is om hem Zijn liefde aan te bieden. Hij weet niet dat de schepping maar één doel heeft: Zijn schepselen weer naar de oertoestand te leiden en dat daarom alles als gevolg van de goddelijke liefde ontstaan is. Hiermee wint God weer terug, wat verloren gegaan was aan de tegenstander van God. En als nu de menselijke wil voor God kiest, al is het maar voor momenten, dan neemt de liefde van God bezit van de mens en het wezen is van de eeuwige ondergang gered.

Gods liefde is enorm groot en toch kan ze het wezen niet grijpen zonder diens wil. Want omdat het uit Zijn kracht ontstaan is, is het oorspronkelijk een vrij wezen geweest, dat niet aan dwang onderhevig was. Maar zodra het door de liefde van God doorstroomd wordt, kan het niet anders zijn, dan zelf pure liefde en het zou daardoor onvrij worden, wanneer de wil van het wezen anders gericht zou worden. Dat wil zeggen dat deze wil tegen God gericht is.

Bijgevolg moet eerst de wil zich naar God toekeren voordat de liefde van God hem kan grijpen. Maar dan vormt het wezen zich uit vrije wil tot liefde en dan zal de goddelijke liefdesschenking eindeloos gelukkig makend voor het wezen zijn. Het wezen zal naar de oertoestand terugkeren. Het zal aan God gelijk zijn, omdat het tot liefde geworden is, zoals God de liefde Zelf is.

En daarom zal God steeds proberen in te werken op de wil van de mens, zodat hij voor God kiest. Hij zal dit doen, doordat Hij de mensen het licht stuurt, doordat Hij hun probeert de waarheid over te dragen. Doordat Hij Zichzelf dichter bij hen brengt, opdat ze Hem herkennen en lief leren hebben en nu ook hun best doen om Zijn wil te vervullen.

Dan keert de wil van de mens zich bewust naar God en treedt hij de lichtkring van de goddelijke uitstraling van liefde binnen. Hij wordt door de liefde van God gegrepen en kan zich nu nooit meer losmaken, want zijn eigen wil heeft de verbinding met God gezocht en God zegent deze wil, doordat Hij deze steeds sterker laat worden, doordat Hij de mens genade geeft en Zich liefdevol over hem ontfermt, totdat hij binnengaat in het rijk dat zijn vaderland vanaf het begin was.

Amen

Vertaald door Peter Schelling