Bron: https://www.bertha-dudde.org/nl/proclamation/2026

2026 Geloof in het verlossingswerk van Christus

12 augustus 1941: Boek 30

Het ver van God verwijderd zijn, blijft een onoverbrugbare kloof voor de mens, die Jezus Christus niet als Gods Zoon en Verlosser van de wereld erkent, want voor hem bestaat er geen mogelijkheid om zijn toestand te veranderen. Want dit is een toestand van kracht- en machteloosheid. Maar de kracht voor het opwaartse streven kan de mens pas gegeven worden, wanneer hij een beroep doet op de genade van het verlossingswerk. Voor die tijd bevindt hij zich nog in de boeien van degene, die ver van God af staat en niet de wil heeft om in de nabijheid van God te komen. Diens macht en invloed op de mens is nog te groot, zodat de mens zich niet alleen aan hem zou kunnen ontrukken. En Jezus Christus stierf aan het kruis voor alle mensen, bij wie het aan kracht om zich van de tegenstander te bevrijden ontbrak en Hij verwierf voor hen daardoor de genaden. Dat wil zeggen dat hij diegenen de kracht toevoert, die Hem erkennen en zich door Hem willen laten bevrijden uit deze ver van God af staande macht.

De eigen kracht, dat wil zeggen de kracht die God elk mens gegeven heeft om te leven, is tegenover deze macht tot niets in staat, maar de kracht, die Jezus Christus door Zijn dood aan het kruis voor de mensen verworven heeft, is tot alles in staat. Zodoende kan ze ook de toestand van het ver verwijderd zijn van God veranderen in de toestand van de nabijheid van God, zodra ze maar van harte verlangd en gebruikt wordt.

En daarom kan de goddelijke Verlosser niet uitgeschakeld worden. Zijn liefdeswerk, dat Hij voor de mensheid volbracht, kan niet veronachtzaamd of ontkend worden, want dit betekent een gewillig onderwerpen aan de macht, die alles verderven wil. En als de mensheid het geloof in de goddelijke Verlosser opgeeft, staat ze daar, waar ze voor de komst van Christus stond: het verst mogelijk van God verwijderd. Want ze bevindt zich volledig in de macht van het kwaad. Ze voert alles uit, wat hij verlangt. Ze is als het ware door haar wil met hem verenigd.

De offerdood van Jezus aan het kruis was het middel om de onderdrukte mensheid hulp te brengen tegen haar gevangenbewaarder. Maar als ze zich niet wil laten bevrijden, blijft ze in haar niet-verloste, dat wil zeggen van haar ver van God verwijderde, toestand en dus eigendom van deze macht. Zonder Jezus Christus en het geloof in Zijn verlossingswerk bestaat er geen vrij komen uit de macht van de tegenstander van God en de toestand van het ver van God af staan, kan nooit veranderd worden.

Amen

Vertaald door Peter Schelling