Bron: https://www.bertha-dudde.org/nl/proclamation/1935
1935 De duivel tracht te verwoesten – Onderzoeken-Twijfel
1 juni 1941: Boek 28
De duivel probeert te verwoesten wat God in Zijn liefde opbouwt. Hij tracht wantrouwen en twijfels in de harten van de mensen op te wekken en hij bedient zich daarvoor van mensen, die menen intelligent en wijs te zijn en die ook intelligent en wijs lijken, want er wordt aan hun tegenwerpingen aandacht geschonken en die worden als belangrijk beoordeeld. En nu is de gehele wilskracht vereist om tegen zulke tegenwerpingen stand te houden als een werk, dat een buitengewoon groot belang heeft, geen gevaar mag lopen.
Elke tegenwerping, die zich op verstandelijke overwegingen baseert, is ongerechtvaardigd, wanneer het werkzaam zijn van de geest in twijfel getrokken wordt. Deze tegenwerping kan niet juist zijn, want de waarheid is daar, waar het werkzaam zijn van de geest zichtbaar wordt. Als de waarheid echter onwaarheid lijkt te zijn, dus onaannemelijk, dan moet ernstig onderzocht worden of de mens bereidwillig is om het aan te nemen en wat bepaalt dat hetgeen aangeboden wordt, afgewezen moet worden.
De mens moet wel alles onderzoeken en het beste behouden. Maar er zijn zaken, waarvoor geen bewijs te vinden is. Die dus op aarde nauwelijks anders geheel en al doorgrond kunnen worden, dan via de geestelijke weg. Maar door wie zou de mens daarover uitsluitsel gegeven moeten worden, als God dit niet zou willen doen? Waar is de zuivere waarheid te zoeken, anders dan bij God Zelf?
Zodoende moet degene die twijfelt, zich rekenschap geven over hoe hij tegenover God staat. Of hij God als de waarheid erkent. Of hij God Zelf om de waarheid vraagt en of hij voor God kan staan. Dat wil zeggen of hij zich zo ontwikkeld heeft, dat hij het waard is om de waarheid van God Zelf te ontvangen. Want het is alleen maatgevend of zijn gedachtengoed verworven werd bij wetende of onwetende wezens.
Als God hem antwoord moet geven op zijn vragen, dan moet hij zich eerst in het gebed tot Hem gewend hebben. Derhalve zal een om een juist inzicht biddend mens ook het juiste inzicht hebben. Maar als een mens in plaats van zijn hart enkel zijn verstand laat spreken, dan zal hem antwoord gegeven worden door degene, die het denken van de mens probeert te verwarren, die nu moeite doet om alle mogelijke tegenwerpingen aan te brengen om maar een einde te maken aan de waarheid.
En het is zo enorm belangrijk om onvoorwaardelijk geloof te schenken aan de boodschappen, die God de aarde laat bereiken, want alleen deze boodschappen garanderen de zuiverste waarheid. En de geest uit God zal die mensen, die God om de waarheid vragen, goed onderwijzen.
Amen
Vertaald door Peter Schelling