Bron: https://www.bertha-dudde.org/nl/proclamation/1774
1774 Het werkzaam zijn van de lichtgeest – Misleiding door de tegenstander
12 januari 1941: Boek 27
Het werkzaam zijn van de lichtgeest is onmiskenbaar, ofschoon men dit hem van alle kanten zou willen ontzeggen. Niets van wat de tegenstander onderneemt, zal duurzaam zijn, ofschoon hij ook licht voorwenden wil. Het is enkel louter misleiding, dat geen schijnsel uit zichzelf afgeeft, terwijl het licht uit de hemel tot ver in de omtrek schijnt.
Zodra de mens zich blootstelt aan de stralen van dit licht zal het hem aangenaam beroeren en waar het niet dit effect veroorzaakt, daar is het de wil van de mens, die dit effect niet toelaat, omdat verwaand denken, onwetendheid en verkeerde geestdrift zijn blik vertroebelen en zijn vermogen om het te beseffen verzwakt hebben. Want het werkzaam zijn van God niet herkennen, veronderstelt een menselijk gebrek.
Een innig smekende gedachte, een smeekbede tot God om juist te denken, zal de mens ook een duidelijke herkenning opleveren van wat het werkzaam zijn van goede of van boze krachten is. Het licht uit de hemel zal niet zwakker worden en het zal zijn lichtintensiteit behouden. Het zal tot in de verste uithoeken schijnen. En degene die zich niet aan zijn lichtsterkte onttrekt, zal steeds door zijn stralen verwarmd worden.
Maar de misleiding van de tegenstander zal spoedig verbleken. Het zal de duisternis niet doordringen. Wat als bedrieglijk licht van beneden de mensen toegestuurd wordt, zal niet duurzaam zijn. En in de tijd, waarin de Satan erop bedacht is om grote verwarring onder de mensen te stichten, zal hij wel overal zijn vonken willen ontsteken, doordat hij probeert de leugen te verspreiden. Maar het licht uit de hemel zal zijn activiteiten helder belichten en zo herkent de mens helder en duidelijk waar het licht en waar de duisternis is, als hij maar bereid is om God te dienen, want diens blik wordt scherper gemaakt en zijn ziel wordt ontvankelijk voor de weldaad van het licht uit de hemel.
Amen
Vertaald door Peter Schelling