Bron: https://www.bertha-dudde.org/nl/proclamation/1142
1142 Geestelijke zon – Arbeiders in de wijngaard
19 oktober 1939: Boek 20
Keer tot de eeuwige Godheid Zelf en Ze zal u in alle dingen onderwijzen. En de geestelijke zon zal u verlichten en uw hart voor alle wijsheden van boven ontvankelijk maken. Want het is Zijn wil dat de dwaling wijkt en de waarheid de plaats inneemt en standhoudt en dat alle dwaalleren weggevaagd worden, want ze vergiftigen het denken van de mens en zijn niet bevorderlijk voor de ziel, maar onmiskenbaar schadelijk.
En dus moet u, die Zijn woord ontvangt, te velde trekken en strijden tegen elke valse leer. Elke boodschapper van God moet zijn plicht vervullen en elke arbeider in de wijngaard van de Heer moet onafgebroken werkzaam zijn en voor de waarheid alles willen wagen, opdat deze zich een weg baant en dat de geest van degenen, die bereid zijn om God te dienen, vrij wordt.
Want talloze mensen gaan een verkeerde weg en bereiken daardoor moeilijker het doel. Ze gaan een voorgeschreven weg, zonder zelf te denken. Ze richten zich op vaste vormen en wandelen toch in de angstaanjagende duisternis, waar het licht zo dichtbij voor hen is. En elke stap, elke gedachte en elk werk dat het hart niet verricht, is een dode formaliteit. Ze voldoen aan de wereld en geloven God te eren. Ze zijn onbezorgd om hun zielenheil en weten niet, waar dergelijke gedachten toe leiden.
Degenen, die niet voortdurend met zichzelf strijden en zich niet inspannen om volmaakt te worden, worden door de Godheid onoverwinnelijk lijkende hindernissen in de weg gelegd en als ze deze niet de baas kunnen worden en ze zich hulpzoekend tot de Vader in de hemel wenden en dat uit het diepste van het hart, wordt hun blik omhoog geleidt en bidden ze in de geest en in de waarheid tot Hem. En pas dan zullen ze Hem merkbaar gewaarworden en Hij zal hen nabij zijn, maar anders dan zoals ze nu een vermoeden van Hem hebben.
Want het is van het grootste belang, dat ze in hun leven nu andere wegen bewandelen, opdat ze ernstig aan hun ziel denken. Ze houden nog te veel van het leven en willen van het geestelijke leven niets horen. En toch hebben juist zulke mensen een bijzondere aanleiding nodig, die hen tot nadenken aanzet en hen de goddelijke liefde goed laat herkennen. En deze aanleiding zal binnenkort hun geest actief laten worden. Ze zullen zich in alle ernst bezighouden met de vraag of de Godheid Zich zichtbaar uit. En ze zullen dit ook spoedig moeten beamen. En dan zal hun ziel gered worden, want ze sluiten hun ogen en hart niet meer voor het licht, dat hen van boven gezonden wordt. En het zal schijnen in de duisternis en het zal zo veel dwalende menselijke zielen verlichten.
Amen
Vertaald door Peter Schelling