Bron: https://www.bertha-dudde.org/nl/proclamation/1126

1126 Voorspelling – Natuurgebeuren – Afschuwelijke ziekte

4 oktober 1939: Boek 20

Ik heb jullie nog een korte tijd gegeven, opdat jullie je bezinnen en de weg verlaten, die jullie nu op aarde bewandelen. En als het moment gekomen is, dat jullie ondergang zal veroorzaken, zullen jullie het herkennen aan het daglicht, zoals het op een ongewone tijd verdwijnt en jullie zullen in de duisternis de laatste voorbode zien. Jullie worden voor de laatste maal gewaarschuwd en opnieuw gemaand tot een ommekeer, want het individu kan voor zichzelf nog het eeuwige verderf afwenden. Hem is nog de mogelijkheid geboden om zijn ziel te redden en hij geeft zijn leven dan alleen maar op om het weer te ontvangen.

Maar dit moment zal verschrikkelijk zijn, want de aarde zal beven, het water zal naar beneden storten en het land met bruisen en razen overspoelen en de mensheid beseft, dat ze machteloos is tegenover het razen van de natuurkrachten. En de vertwijfeling zal groot zijn en de ontsteltenis onbeschrijfelijk, als het naderende einde herkenbaar voor hen is. En er zal een grote aanklacht tegen de Godheid klinken, maar aan hun eigen schuld denken ze niet. Zelfs in deze grote nood blijven ze bij hun koppige mening, op de weinigen na, die Ik zichtbaar zal helpen. Want degenen, die God de Heer de eer geven en hun schuld aan Hem bekennen, zullen niet geheel en al verdelgd worden.

En het gericht zal slechts kort zijn en als de zon weer door de wolken breekt, is de ontsteltenis van de nacht beëindigd, maar de aardse schade niet te overzien. Stralender dan ooit zal de zon schijnen. Rustig en mild zal de lucht te bespeuren zijn en alles zal zich in het licht van de dageraad aan de ogen van de overlevenden vertonen, maar de ontsteltenis zal de mensen niet vrolijk laten zijn, zolang ze zich niet aan Mij overgegeven hebben en de rest van de weg aan Mij overlaten.

En Mijn geest zal deze zwakken verlichten, ze zullen plotseling ziende worden en de ontsteltenis wijkt voor een hoger inzicht. Ze loven en prijzen Mij en zijn gelukkig en dankbaar, dat Ik Mij over hen ontferm en hen uitgekozen heb voor de voortplanting van het geslacht. En hun liefde voor Mij zal ontvlammen en ze zullen wedijveren om Mij hun diensten aan te bieden en Ik zal hen uitverkiezen tot Mijn dienaren en nu zal hun geestelijke kost geboden worden en aan de buitengewoon grote geestelijke nood zal een einde gemaakt worden en een nieuw tijdperk, dat geestelijk streven op de voorgrond zet, zal beginnen en werelds verlangen laat zich nog maar zwak herkennen.

Degenen, die aan deze grote gebeurtenis deelhebben, zullen dit tot aan hun einde gedenken, want de goddelijke Schepper openbaarde zich duidelijk. Er gaat een boodschapper van God door het land en die laat eerst zijn aansporing klinken. De wereld zal eerst in volkomen ontsteltenis het land mijden, dat nood en ellende door ziekte en epidemieën van allerlei soort op alle mensen overbrengt. Een afschuwelijke ziekte zal de mensen overvallen en ze zullen geen redding vinden en dit zal het begin van het einde zijn.

En nu het nieuwe rijk ontstaan is, wordt dit geregeerd door een rechtvaardige rechter, een welwillende monarch, die, zonder tegenstand te ondervinden, overal erkend wordt. En ofschoon de schijnwereld momenteel alles nog overheerst, zal ze vergaan en moeten wijken voor de nieuwe tijd en waarheid en rechtvaardigheid en dat er een scheiding van al het onzuivere plaatsgevonden heeft, zal het kenmerk ervan zijn. Dat de leugen en de schijn moesten wijken, omdat het Mijn wil was.

Amen

Vertaald door Peter Schelling