Bron: https://www.bertha-dudde.org/nl/proclamation/1114
1114 De innerlijke stem - Stem van het geweten - Hoorbare stem
25 september 1939: Boek 20
De innerlijke stem maakt de mens bekend met de wil van God. En daartoe moet er op deze eerst acht worden geslagen. Want zo hij deze nakomt, gaat hij ook de juiste weg. Om nu de stem in zich te vernemen, moet de mens bereid zijn de wil van God te vervullen. Hij moet als het ware de goddelijke instructies vragen om aan deze gevolg te kunnen geven. En als hij deze wil te kennen geeft, zal God Zich ook aan hem openbaren en wel al naar gelang hij dit waardig is, op verschillende manieren. Meestal door de stem van het geweten. Deze is voor ieder mens verneembaar die in zijn binnenste luistert. Ze is de aanmaning om het goede te doen en de waarschuwing om het kwade te laten. Ze is de zekerste wegwijzer, de manende stem en het waarschuwingssignaal van boven.
Wie aandacht schenkt aan zijn gedachten, zal beseffen dat deze in hem stromen, gewenst of niet gewenst. Er duiken zo vaak gedachten op die hinderlijk voor hem zijn, die hem tot iets willen overhalen of hem willen verhinderen iets uit te voeren. En steeds zijn zulke gedachten de voor de mens verneembare innerlijke stem, de stem van het geweten. Laat de mens zich nu door zulke gedachten leiden, steeds met het oog op God en met de wil het juiste te doen, dan zal hij waarlijk juist geleid zijn. Doch het niet navolgen van deze stem laat de roep van boven steeds zwakker worden, tot hij tenslotte geheel verstomt. Want de wil voor het goede, de voorwaarde om de innerlijke stem te vernemen, is niet aanwezig.
Brengt de mens echter door het ijverig opvolgen van de goddelijke wil een innige verhouding tot de Vader in de hemel tot stand, dan klinkt de stem des te luider. Want waar de wil van het mensenkind zich geheel aan de goddelijke wil onderwerpt, daar zal de Heer Zijn stem verneembaar laten klinken en ruimt Hij alle barrières op die tussen Hem en het mensenkind waren opgericht. Daar is werkelijk geen bijzondere gave voor nodig, maar daartoe voldoet een hart dat God waarachtig liefheeft en innige overgave. Want in zo’n hart kan de Heer en Heiland Zelf Zijn intrek nemen en nu duidelijk verneembaar met Zijn kind spreken. En dit brengt alle verrukkingen van de hemel teweeg in het zo gelukkig gemaakte mensenkind.
Het mag alleen maar de goddelijke stem begeren en zal nu nooit een vergeefs verzoek doen. En de goddelijke Heiland Zelf onderwijst het op de meest liefdevolle manier en maakt het Zijn wil bekend. En deze buitengewone genade komt ieder mens toe en toch wordt ze niet gewaardeerd. In rechtstreekse verbinding te staan met God, de welwillende woorden van de Vader te mogen vernemen en daar genade, troost en kracht uit te mogen putten in ongekende overvloed, is waarlijk het grootste geschenk van Gods genade. En toch wordt dit zo weinig geacht. En in tijden van nood lijdt de mensheid gebrek en wel door eigen schuld.
Amen
Vertaald door Gerard F. Kotte