Bron: https://www.bertha-dudde.org/nl/proclamation/0894

0894 Nieuwe opdracht en werkzaamheid in het hiernamaals – Heerlijkheid – Liefde

1 mei 1939: Boek 18

De opdracht van het bestaan op aarde is om vrij te komen van alle materie. Als de Heer jullie nu deze opdracht gegeven heeft en jullie het leven op aarde nu dus benutten en met volledige wil de opdracht proberen te vervullen, zullen jullie vrij worden van al het onzuivere, dat jullie nog aankleeft en jullie vormen je dus tot wezens, die na het afleggen van het vleselijke lichaam waarachtig licht en helder in het rijk van het hiernamaals over mogen gaan.

En pas nu wordt de ziel de nieuwe werkzaamheid binnen geleid, en dit al naar gelang haar bekwaamheid om weer geestelijk in te werken op die wezens, die nog in de duisternis van de geest vertoeven, zowel op aarde als ook in het hiernamaals. De nieuwe opdracht komt volledig overeen met de werkzaamheid tot nu toe in het geestelijke leven.

De ziel zal weer buitengewoon bedrijvig moeten zijn om de haar wachtende arbeid in het hiernamaals te kunnen vervullen en daarom is het van een buitengewoon voordeel, wanneer ze in haar leven op aarde eveneens gewoon was om arbeid te verrichten, wanneer ze deze ook steeds aards benut en zich nooit aan de lichamelijke traagheid overgegeven heeft. Want er moet nog veel ijverig werk gedaan worden, als het er om gaat tegen de geestelijke nood te strijden en overal hulp te brengen, waar er niet op de juiste manier acht geslagen wordt op de ziel en daardoor haar lot een kommervolle toestand is.

Anderzijds worden aan de wezens in het hiernamaals zulke wonderbaarlijke heerlijkheden geboden, dat de verstandhouding van het kind met de Vader tastbaar beloond wordt. Alle geluk van de liefde zal het wezen doorstromen en de overgave van het wezen aan de Heiland zal dus onbeperkt geluk betekenen. Maar er zal steeds in dezelfde mate aan de arme strijdende zielen gedacht worden. Eeuwig en altijd gaan hun gedachten naar deze zielen uit. En zoals de ziel nu door de liefde van God ontvangt, zo geeft ze voortdurend de liefde ook weer door. Ze geeft deze liefde aan degenen, die nog zonder inzicht zijn en probeert nu van haar kant de kwelling te verlichten en hen eveneens omhoog naar de regionen van licht en vrede te trekken.

En daarom is niets, wat in de liefde zijn oorsprong heeft, zonder resultaat. Niets, wat de liefde als drijfveer heeft, is tevergeefs gedaan en onvermijdelijk moet de liefde een verlossende uitwerking hebben, zowel op aarde, als ook in het hiernamaals.

Amen

Vertaald door Peter Schelling